Citaat als onderschrift bij het evangelie van Witte Donderdag
- Maar als men je dan opmerkt dat die diakens na hun wijding toch niets anders doen dan wat ze reeds tevoren deden?xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
- Ik ben er nog niet helemaal uit. Ikzelf vond het heel zinvol tot diaken te worden gewijd. Ik voelde als het ware dat het méér dan nuttig, maar zinvol was. Ik dacht daarbij aan priester-leraars. Was het zinvol hen tot priester te wijden als zij toch levenlang op een college zouden verblijven? Waarom werden zij dan geen broeder in een onderwijscongregatie? Maar het antwoord gaat veel dieper. Ik heb het zelf niet uitgevonden, maar dankbaar ontvangen. Ik heb ooit een hoofdstuk gelezen in het boek van Paul De Haes, De kerk als dienst aan de wereld, en ik heb het daarna herhaaldelijk herlezen en nog eens herlezen. Op de duur kende ik het als het ware uit het hoofd. Maar dat artikel heeft mij een heel eind op weg gezet.
- Ik weet dat je daar veel bent mee bezig geweest. Wil je ontdekking met ons delen?
- Ik wil proberen wat ik daar geleerd heb met eigen woorden uit te drukken. Mijn excuses als het niet altijd heel duidelijk is. Ik ben helemaal geen theoloog. Maar gelukkig heb ik wat gezond verstand meegekregen. Met eigen woorden probeer ik het nu kort te verwoorden. Opdat het volk van God een volk zou kunnen zijn en nog meer bepaald volk van God, heeft Jezus aan degenen die met Hem verbonden zijn door het geloof en het sacrament van het geloof, het doopsel, een werkzaam teken gegeven. En dat zijn mensen van vlees en bloed, geen brood en wijn deze keer, geen water of olie, maar concrete mensen. Misschien maakt het volgende het wat duidelijker. Kijk, de bijbel is van heel groot belang, maar in het begin was het Woord en niet het Boek. De heilige Schrift leert ons juist het oorspronkelijke feit kennen: geschreven teksten komen op de tweede plaats. Oorspronkelijk is het Woord en het levende getuigenis. Daarom is de voornaamste en bijzonderste gestalte van het woord in de Kerk van Jezus Christus niet de Heilige Schrift, maar de gemachtigde getuige. (Tussen haakjes: hoor mij nu niet vertellen dat ik de Schrift onderwaardeer en op de tweede plaats zet!) Deze getuige heeft een naam. Bij name wordt hij geroepen. De naamafroeping bij het begin van elke wijding heeft daarom een rijke betekenis. Het referentiepunt waarin het Volk zijn eenheid betekend ziet en belichaamd weet is niet een dode letter, maar de levende persoon, de gemachtigde getuige die spreekt in de naam van de Heer. Christus heeft niet gezegd: Wie u leest, leest Mij. Hij heeft gezegd: Wie naar u luistert, luistert naar Mij; en wie u verstoot, verstoot Mij. Wij Mij verstoot, verstoot Hem die Mij gezonden heeft (Lc 10, 16). Maar deze levende mensen, met eigen naam en levensgeschiedenis, zijn niet alleen passieve referentiepunten; zij zijn ook actief en werkzaam. Ik zou ook kunnen zeggen dat een diaken-zijn een sacrament is. Een sacrament is een teken: maar het teken is hier geen zaak, geen boek of papieren, maar levende mensen die Hij zendt met een opdracht en een volmacht. Maar de diaken is ook actief als sacrament. Hij stelt de dienende Christus en de dienende Kerk tegenwoordig en staat er mede voor in dat de mensen dat ook daadwerkelijk kunnen ervaren. Ik ben geen theoloog, maar ik durf beweren dat het feit dat iemand diaken gewijd is al heel wat betekent en realiseert, afgezien van de concrete sacramenten die hij mag of maar mag toedienen. Nog iets dat daar een licht op werpt en voor ik het vergeet. Elke zondag dat onze priester hier voorgaat in de eucharistieviering in het verzorgingstehuis, vraag hij mij niet om te assisteren,
maar om te concelebreren. Let wel, concelebreren tussen aanhalingstekens! Ik kan mij voorstellen dat zelfs collegas diakens verbaasd zullen opkijken als ze dat lezen of horen van mij.
- Diaken Laurent, dat moet je ons dan eens goed uit de doeken doen!
- Het is helemaal niet de bedoeling om hier sensationele verklaringen af te leggen. Maar ik kan het als volgt duidelijk maken: wij moeten de symboliek van het wijdingsambt leren begrijpen. Het wijdingsambt heeft niet met macht te maken maar wel met dienen. De priester symboliseert Christus,de Herder en de diaken Christus, de Dienaar. Als zij beiden aanwezig zijn bij het vieren van de eucharistie is de symboolwaarde pas volwaardig aanwezig!
- Dezelfde Paul De Haes heeft het ooit ongeveer als volgt verwoord. De consecratie en de communie zijn de twee sleutelwoorden van de eucharistie. Maar zijn wij soms niet eenzijdig geweest? Er is immers een dubbele consecratie. Dezelfde waarheid kunnen wij uitdrukken met een ander woord: er is een dubbele identificatie. De Heer zegt: Dit is mijn Lichaam. Dit is mijn bloed. Brood en wijn worden geconsacreerd. Het is de Heer in persoon. Hij is het zelf, wezenlijk en waarachtig.
- Maar de Heer zegt ook: Ik had honger
Ik was ziek
Ik was naakt
Zwakke mensen, arme zondaars worden geconsacreerd tot het Lichaam van Christus dat de kerk is. Jezus zelf bouwt zijn gemeenschap op, neemt mensen op en omvormt ze tot zijn lichaam. Er is dus een dubbele consecratie, een dubbele identificatie. Jezus is niet alleen de tochtgenoot die met ons gaat: door de eucharistische communie komt Hij in ons, in een allerinnigste eenheid. Waarom? Omdat hij door ons naar de mensen wil gaan. Om wat te doen? Om te doen wat Hij gedaan heeft: - om brood te breken voor hen die honger hebben; - om wijn van vreugde te schenken aan hen die het niet meer zien zitten; - om vertrapten en vernederden op te richten en hen een waardigheid van mensen en kind van God te geven; - om eenzamen op te nemen in een vriendenkring; - om God te leren ontdekken als een lieve Vader; - om mensen te leren ontdekken niet als rivalen en concurrenten maar als broeders en zusters; - om een wereld op te bouwen waar plaats is voor iedereen, waar geen oorlog en haat meer zijn maar enkel vrede in Jezus naam. Als ik met onze priester concelebreer, komt de symboolwaarde van het gewijde ambt volledig tot zijn recht. De priester met de eerste consecratie en de diaken met de tweede consecratie! Oef! Ik hoop dat mijn laatste antwoorden niet al te ingewikkeld waren! Al heb ik deze gedachten van Paul De Haes al enkele keren mogen gebruiken bij getuigenissen, het blijft toch moeilijk om het klaar en duidelijk te zeggen. Laat ons maar terugkeren op begane grond.
Citaat uit mijn 'fictief' interview met diaken Laurent. Een mooi onderschrift bij de viering van Witte Donderdag.
|