Op een morgen valt er een dikke brief in de bus bij familie van Zuylen. Hij is bestemd voor mama, maar één ding is wel gék. Er zitten vreemde postzegels op.
Verwonderd draait Ineke, het dochtertje van de familie, die de post heeft opgeraapt, de envelop om en om.... Dan komt mama in de gang, om te zien waar haar meisje toch blijft. Ze ziet de brief en begint te lachen.
"Ach, wat leuk. Een brief van Fientje Verlaat.Dat is een tijd geleden...."
"Wie is Fientje Verlaat?"
"Fientje heeft vroeger naast mij op school gezeten. We waren vriendinnetjes, net als jij en Christiaan nu. Maar, toen de grote school afgelopen was en we allebei dertien jaar waren, is Fientje verhuist, helemaal naar Amerika. Dat heet emigreren, verhuizen naar een ander land.Ik ben zo benieuwd wat ze te schrijven heeft. Vlug lezen." " Misschien is het wel leuk." "Kan best." "Is die mevrouw getrouwd?" "Ja. Nog maar met Kerstmis. Hou nou eventjes je kleine snater, hé, dan kan ik beter lezen."
Mama leest, terwijnl Ineke met opeengeklemde lipjes naast haar zit, haar best doend om niks te zeggen, maar dat is erg moeilijk, vooral als je zo nieuwsgierig bent.
Er valt een kleurenfoto op de grond. Ineke raapt hem op en bekijkt hem. Er staat een jonge mevrouw op met zwart haar en een blauwe jurk. Wat is die mevrouw bruin. Het zal in Amerika wel altijd lekker weer zijn. Naast de vrouw staat een leuke blonde man met een snor.Hij staat met zijn arm rond haar schouder. Ze houden van elkaar, dat kun je zien, want zo heeft ze papa en mama ook wel eens op de bank zien zitten.
Dromerig kijkt het meisje voor zich. Amerika....Tjonge, wat een eind wég.... Ze hoort mama zeggen:"Hee, wat enig. Fien komt morgen met het vliegtuig aan, met Jerry, die meneer op de foto. En ze blijven wel 6 weken lang logeren in Nederland. En, raad eens, ze komen hier 2 weken bij ons logeren. Morgen is het Zaterdag. Zou je het leuk vinden om mee naar Schiphol, waar al de vliegtuigen uit de hele wereld aankomen?" "Ja, dat wil ik best zien." "Ga maar aan Christiaan vragen of hij het ook leuk vindt dat hij mee mag naar Schiphol." "Joepie."juicht Ineke, en ze geeft mama een klinkende kus op haar wang. Juist op dat moment komt Papa binnen die nog van niks weet. Hij zegt lachend:"Nounou, wat een vrijpartij. Ben je iets leuks beloofd?"
Mevrouw van Zuylen legt het uit. Dus zegt papa, zijn dochter plagend in het nekje blazend:"Wie zegt dat ik Christiaan meeneem?" "Mama"roept Ineke triomferend.
Ze lachen alle drie, en ons meisje gaat het vlug aan haar vriendje vertellen. En, die avond mag Christiaan bij zijn vriendinnetje logeren. Smorgens, na de koffie, om 10 uur, gaan ze op weg. Wow. Waren ze er maar vast. Vooral het jongetje kan bijna niet wachten om al die grote vliegtuigen van dichtbij te zien.
Ze moeten al een uur van tevoren binnen zijn, maar dat is geen probleem. Er is een groot restaurant, waar je zo naar buiten kunt kijken. Er is een promenade, dat is een heel lang wandelpad, en daar staan verrekijkers en je kunt er naar de vliegtuigen kijken. Aan de andere kant zijn de startbanen.
Deze keer is de enigste keer dat Christiaan minder belangstelling heeft voor een pannenkoek met stroop dan anders het geval zou zijn. Hij wordt vreselijk aangetrokken door al wat er te zien is. Zowat iedere minuut start of landt er een vliegtuig.
Als de pannenkoek op is zegt buurman:"Kom mee, Chris, dan gaan we de promenade op. Dan kun je het nog beter zien, en ook horen. Wacht, ik heb de verrekijker meegenomen van thuis. Dan kijk je zo op het laad en los platform."
Dat is óók interessant. Om de beurt kijken Ineke en Christiaan naar de bussen en auto's vol koffers en andere bagage, die onderin het vliegtuig gaan. Tankwagens die benzine moeten geven. Er gaan natuurlijk líters benzine in. Veel meer dan in de auto. Nu gaat er een machine rijden, en, als hij bijna aan het eind van de baan is gaat ie omhoog, helemaal vanzelf, en de wielen gaan ook naar boven, daar gaan klepjes voor. Wow.
Eindelijk zegt mevrouw van Zuylen:"Let eens goed op. Het vliegtuig waar wij op wachten moet straks te zien zijn, kijk, daar, links..."
En, ja hoor, even later een stipje aan de horizon. Papa van Zuylen kijkt nu door de verrekijker en zegt, een beetje zenuwachtig : "Ja, dat is 'm. Kom, we moeten naar de aankomsthal. "
|