xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
We zijn met zijn drietjes onderweg met de auto : kleindochter, Herman en ik.
Onze kleine taterwater is - wonder boven wonder- al een heel poosje stil.
Dan rolt het er pardoes uit :
-Sommige kinderen worden ... plastiekig opgevoed en sommige kinderen houtig.
Begrijpt ge dat Mamie? en ze herhaalt haar stelling.
-Niet helemaal, vrees ik, zoetje, leg het mij eens uit?
-Er zijn mensen die de kinderen plastieken speelgoed geven en die zijn lief en niet streng. Andere mensen willen niet dat de kinderen met plastiek spelen, maar alleen met houten speelgoed en die zijn streng en hun kinderen moeten altijd goede manieren hebben.
Dat is : een plastiekige en een houtige opvoeding. Snapt ge?
Ze heeft er duidelijk over zitten nadenken.
Wil ze nu gewoon haar filosofie verkondigen of verwacht ze dat ik een standpunt inneem? Ik pols voorzichtig :
-Ik denk dat ik het begrijp, ja. En wat vindt ge zelf van de houtige en de plastiekige opvoeding?
Tot mijn plezier verwoordt ze heel goed al haar eigen pro- en contras en verwerpt noch houtig noch plastiekig.
Het onderwerp is voor haar nu behandeld en wordt rustig geklasseerd.
|