Zondag 1 maartxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
We hebben uitstekend geslapen, zelfs de mullah hebben we om 4 uur s ochtends niet horen zingen, wat nochtans onvermijdelijk is, volgens Nick en PJ.
Eindelijk beginnen we wat te wennen aan de sanitaire gewoontes : water scheppen uit de tegelbak naast het toilet om je achterste schoon te maken, idem voor het douchen : Scheppen met de grote plastic schep en over je lichaam gieten.
Voor we gisteren naar het restaurant vertrokken, nam ik zo een douche. Dat was toch even naar adem snakken, want het putwater (komt van 22 meter diep) was frisjes !
Helemaal fris gewassen open ik onze kamerdeur voor de huishoudster, die lacht en vanalles in het Indonesisch vertelt, terwijl ze met een enorme emmer naar de aanpalende badkamer gaat.
Ik hoor water pletsen en denk dat ze weer even gaat dweilen, want daar is het meisje voordurend mee bezig.
Als Herman de badkamer inloopt, roept hij me om eens te komen kijken
Hij tilt het deksel van een groot rood plastic vat op dat zopas half gevuld werd met zeer warm water!
Enfin, zon frisse douche schijnt wel gezond te zijn, maar morgen wacht ik toch tot Ima eerst met haar heet water is langsgeweest en het wassen op een prettiger manier kan gebeuren.
Als ik s morgens mijn neus in de living steek, vraagt het alomtegenwoordige meisje Koffie?
Ik schud van neen en vraag een handdoek, (het Indonesisch woord voor handdoek is......handdoek!) want we hebben alleen ons strandlaken, omdat we dachten altijd op hotel te zullen verblijven.
Ima komt dadelijk met 2 grote frisse handdoeken aandragen en wanneer ik gewassen en gekleed terug in de living kom, staat er koffie en versgebakken, dikke, gele pancakes met chocoladesaus op tafel voor ons. Lekker!
We gaan buiten wat zitten lezen en schrijven, om 11 uur zouden we naar Jepara rijden, naar de fabriek waar de meubelen vervaardigd worden.
Het ruwe teakhout komt daar binnen, wordt gedroogd en tot meubels verwerkt. Hier in Semarang gebeurt de afwerking en de verscheping.
Er werken in totaal zon 200 mensen in Nicks fabrieken.
Vlak voor we vertrekken, vernemen we dat we in Jepara zullen blijven overnachten, dus grabbelen we gauw-gauw bikini, zwembroek en toiletzak mee en weg !
Het is ruim twee uur rijden over zeer slechte wegen.
baden, tandenpoetsen, kleren wassen, alles in dezelfde rivier
de geoogste rijst wordt gedroogd en gekeerd
rijstvelden
Onderweg zien we mensen zich wassen in de rivier, kleren wassen, tanden poetsen : alles in datzelfde niet al te schone water. Hier en daar is er een glijbaan van afval langs de berm tot in de rivier. Ik probeer wat fotos te maken, maar weet niet in hoever die vanuit een rijdende auto gelukt zullen zijn.
Wij zitten met 6 in de grote, luxueuze terreinwagen : Herman zit naast chauffeur Teguh, Nick, zijn vriendin Rischa en ik nemen op de achterbank plaats en PJ zit op een extra stoel achterin.
We rijden naar het Palm Beach Hotel, dat op het strand ligt. Nick en Rischa zullen hier logeren, wij zullen straks naar een hotel in Jepara-stad rijden.
Wij installeren ons aan een tafel in de schaduw en wachten op Louis, de leider van de plaatselijke fabriek, ondertussen genieten we van het zeebriesje, en eten alvast iets.
Omdat wij denken dat die Louis elk moment gaat komen, durven we niet te gaan zwemmen.
Pas uren later komt hij, samen met zijn vrouw Sari en 7-jarig dochtertje Putri. Iedereen bestelt maar en eet en drinkt de hele tijd. Ik durf eigenlijk niet, omdat ik niet weet wat de plannen zijn voor die dag. Uiteindelijk ga ik met Rischa een wandelingetje over het strand maken en we doen een babbel in het Engels.
t Is een lief kind, een supertenger elfje van 22 jaar.
Het zou boeiend zijn om hier de inhoud van ons gesprek weer te geven,
Maar omdat dit mijn weblog is en niet het hare, noch dat van PJ, noch dat van Nick, moet ik het hierbij laten en ervoor kiezen om sommige gesprekken of gebeurtenissen voor mezelf te houden.
Als het donker is, rijden we met Teguh naar hotel Kalingga, dat goedkoop is. En dat is er aan te zien ook.
PJ's kamer valt nog mee, maar de onze is een gebarsten cementen bak met zeer povere meubilering, een schraal lichtje, een groot bed dat averechts is opgemaakt (onderlaken-deken!-bovenlaken). Het hoofdkussen is zo hard als een steen, in de spleten rond de airco zit papier gepropt, maar toch schieten de cekcak (hagedissen) over de muur.
Ik ben er niet bang voor, maar heb toch niet graag dat ze op het plafond boven mijn hoofd komen paraderen.
De badkamer is een lange smalle gang met een wiggel-wc en s nachts kan je door het vele licht dat in onze kamer naar binnenvalt nog nét niet lezen : niet erg bevorderlijk voor de nachtrust!
|