Maandag 28 julixml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Tijdens en na het ontbijt nemen we afscheid van veel bekenden. Met de Engelse Gillian spreken we af dat we haar in het najaar eindelijk eens zullen bezoeken in haar historische Bailiffs cottage nabij Londen. Ik krijg van zowat iedereen nog complimenten voor de presentatie van gisteren, men rekent er gewoonweg op dat ik het volgend jaar terug doe. k Heb nu wel een heel positief gevoel over deze Europeade, ook al was ik gisteren in niet te beste conditie, ik weet nu dat ik het kan, mét improvisatie, grote plankenkoorts en al. Bretoense vriend Jean G. leerde me gisteren hoe ik door Reiki mijn pijn kan minderen. Ik stond er zeer sceptisch tegenover, maar als ik het in bed probeer omdat het weer zó erg is, helpt het wonder boven wonder en kan ik eindelijk beter slapen!
Om 10u15 laten we Martigny achter ons. De GPS zegt dat we zonder tolwegen te nemen 206 km gedurende 4 uur zullen moeten rijden. Ik bel met Detty om ons vermoedelijk uur van aankomst te melden, het valt me op hoezeer haar stem op die van haar zus Suzy lijkt.
We rijden door dit prachtig landschap een hele tijd langsheen de groenwitte rivier Dranse, onze zonnige weg omzoomd door volgeladen oranje abrikozenbomen en wijngaarden. In het Lötschental we zijn dan al ferm gestegen- waarschuwt onze GPS-madam: Neem de veerboot!. Wij schieten in de lach : we zijn hier in een smal, hooggelegen dal, geen water is er te zien, alleen iets wat op de toegang tot een stationnetje lijkt, waar alle aankomende autos naartoe rijden. Het gaat niet anders : we moeten de TREIN op om in Kandersteg te geraken!

Voor 20 ZW Fr mogen we erop, het is een lange trein en omdat wij er als een van de eersten oprijden, moeten we nog een poosje wachten vooraleer we kunnen vertrekken. Als we op de platte, ratelende trein met gebogen golfplaten overdekt de stikdonkere tunnel binnendenderen zien we voortdurend gensters vliegen en soms tokt er iets tegen onze alkoof. Het is een beetje griezelig : ons stuur draait mee met de zwakke bochten die de trein maakt, wij staan blijkbaar net boven een scharnierpunt tussen twee wagons.
Na slechts negen minuten door de inktzwarte tunnel hebben we uren omweg uitgespaard om aan de andere kant van deze bergen te geraken. Het is hier zeer mooi, we zien meerdere horns en een schitterend witte Jungfrau.
Bij de Thunersee, nabij Interlaken piknikken we met onze laatste abrikozen uit Martigny, een vleespasteitje, broodje met leverworst en een appel : alles restjes van onze lunchpakketten.
Op een parking slaan we vers bergwater in en rijden dan langsheen het turkooizen water van de Brienzersee. We moeten nog heel wat tunnels door, waarvoor we telkens onze raampjes moeten sluiten, want ze stinken geweldig en doen alle goeie lucht die we hier inademen snel vergeten.
Om 4 uur in de namiddag komen we in Luzern aan. Detty woont hier in een modern appartement met een adembenemend uitzicht over het Vierwoudstedenmeer. Na vier jaar hebben we heel wat af te babbelen en zij bereidt ons een zeer lekker etentje. Ik geef haar het boeket dat ik gisteren kreeg voor mijn presentatie. Detty staat erop dat we in haar woning blijven overnachten ipv in de motorhome, we krijgen haar eigen grote slaapkamer en een aparte badkamer met toilet. Tot 11 uur blijven we in het donker op het terras zitten praten. De talloze lichtjes van stad en bergen worden weerspiegeld in het meer. Ik zou hier wel eeuwig kunnen zitten bewonderen
we zien van op het terras de Pilatus, Jungfrau, Titlis en andere toppen waarvan ik de namen niet ken. Als we om 11 uur naar bed gaan zijn we wel erg moe. Vandaag was het Suzys verjaardag, ik denk zo dikwijls aan haar, maar dit was me ontgaan. Ze zou nu 72 geworden zijn. Wat een toeval dat we juist op deze dag bij haar enige zus belanden.
|