Moslimmeiden zetten dawahproject
ar-rahmah in Suriname op!
voor alle duidelijkheid als jullie de foto's willen bekijken van het project moet je me even mailen,
dan stuur ik je de foto's van begin tot eind.
Ik ben bekeerde in 1986 via Surinaamse moslims tot de islaam en
ben in 2009 voor het eerst naar Suriname gegaan en was diep onder de indruk van
de overweldigende natuur en de kennis die mensen hebben van de planten en
kruiden en hoe men dit toepast als geneeswijze. Een andere zaak die indruk op
me maakte, is het feit dat er wel moskeeën zijn, maar geen krachtige lezingen,
dawah, weinig boeken en veel verdeeldheid. Soms zijn moskeeën dicht of vrijwel
leeg omdat er geen iemaam is of djamaaah. In augustus 2010 besloot ik samen
met een groep moslimmeiden uit Amsterdam een dawah centrum in Suriname op te
richten in het dorp Lelydorp. Het
idee ontstond omdat men in Suriname ook de Nederlandse taal spreekt en er dus
in de Nederlandse taal onderwezen kan worden en de Nederlandstalige boeken met
islamitische kennis ook bruikbaar zijn. Mijn intentie was om de meisjes het
belang van sadaqah-djaariyah te laten inzien, aangezien de meeste jongeren
veel tijd aan het wereldse geven en weinig voorbereiden als sadaqah-djaariayah.
Abu Hurairah heeft
overgeleverd dat de Profeet heeft
gezegd: De goede daden die een gelovige na zijn dood zullen bereiken
zijn: Kennis welke hij leerde en vervolgens verspreidde, een vroom kind dat hij
achter laat, een kopie van de Quraan welke hij als erfenis achter laat, een
moskee die hij bouwt, een huis dat hij voor reizigers bouwt, een kanaal dat hij
graaft, of sadaqah welke hij tijdens zijn leven gaf toen hij nog gezond was. Deze
daden zullen hem na zijn dood bereiken.
Hadieth Hasan volgens al-Albaanie in: Sahieh Ibn Maadjah
Wij verzamelden 4500 euro waarvan ik slechts betrouwbare
boeken kocht en naar Suriname verscheepte.
Vervolgens verzamelden wij 5000 euro in, waarvan verf, cement,
hout voor kozijnen en deuren, ramen, verf, airco, tafels en stoelen, een
zithoek etc. zijn gekocht om het centrum af te maken. De mannen die het
stort; timmer en stukadoorswerk hebben gedaan zijn ook betaald, het verfwerk
heb ik allemaal zelf gedaan. Het centrum wordt Ar-rahmah genoemd
vanwege de vele overleveringen die gaan over rahmah (compassie, genade) en
omdat wij rahmah als basis van het samen zijn en werken met de mensen willen
hanteren. Het bestaat nu uit een klaslokaal/ bibliotheek en
ontmoeting/zitruimte ernaast.
Sinds 2011 storten meerdere mensen maandelijks geld om lessen
te kunnen verwezenlijken waarin kinderen de Quraan uit hun hoofd leren. Dit is
zodoende het salaris van de Quraanleraar.
Het doel van het project is: Het
geven van Quraanlessen en betrouwbare islamitische kennis gebaseerd op de
Quraan en de soennah en het begrip van de metgezellen, het begeleiden en
steunen van nieuwe moslims, een bibliotheek in het centrum waaruit men kan
lenen, het werven van sadaqah voor deze dawah vanuit Europa en andere landen. Het
in het bijzonder onderwijzen van kinderen en jongeren om hen een ruim begrip
van de islaam te geven
Wij willen graag op het erf (zie linker twee fotos) een
paar huisjes zoals op de fotos rechts laten bouwen. (400 per hut/huisje) Wij
hebben nog geld nodig voor het storten van de grond en dak van de gebedsruimte
(4000 euro), afbouwen van het terras, (1500) afbouwen van de bovenverdieping
(5000). We hebben jullie hulp hard nodig. Alle verdere gegevens staan op mijn
site: www.compassion-in-islam.com.
Ook het rekeningnummer staat bij: projecten.
Djafar bin Muhammad adviseerde Sufyaan Ath-Thawrie: Daden van vrijgevigheid worden perfect door
drie kwaliteiten; het sneller weggeven, het als iets kleins zien (hoe groot de
hoeveelheid ook is), en het in het geheim weggeven. (Sifatus-Safwah
deel 2. P. 169. En: Hilyatul-Awliyaa. deel 3. P. 198)
En Al-Hasan radjia allahoe 3anhoe zei:
In dit leven is een gelovige net als iemand in een gevangenis. Hij probeert
zichzelf vrij te kopen en zelfs dan voelt hij zich nog niet veilig (of zijn
daden wel of niet van hem geaccepteerd zullen worden) totdat hij Allaah de
Verhevene en Meest Geëerde zal ontmoeten.
Djaamie ul-Uluum wal-Hikam p. 269
|