Destijds werden ze nog met "Mijnheer de agent" aangesproken doch tegenwoordig is het van "vooële flik" en krijgen ze er op de koop toe nog een pak rammel bij. Een uniform en een ferme snor volstond om van de goegemeente respect af te dwingen. Nu, datzelfde uniform en die snor volstaan allang niet meer maar wordt van de moderne "man der wet" verwacht ook nog eens zijn wereld te kennen. En daar schijnt soms meer dan eens het schoentje te wringen of vergis ik mij ? Een voorbeeldje. Mijn vrouw zaliger, zeer milieubewust en om zich in vorm te houden, ging eens naar 't stad (enkele km verderop), met de fiets uiteraard. Aan de bewuste winkel aangekomen, parkeerde zij haar fiets tegen de gevel (dat mocht toen nog), vergrendelde haar fiets met het fietsslot en deed haar boodschap. Tot zover verliep alles zoals het hoorde. Om huiswaarts te keren pakte zij haar fiets beet, stak het sleuteltje in het fietsslot en dat verrekte ding weigerde alle medewerking. Niet te verwonderen want reeds van enige ouderdom en veelvuldig gebruik moeilijk te bedienen. Tot zover geen vuilje aan de lucht doch dat was buiten de "arm der wet" gerekend. Staat daar plots achter haar een kleerkast in het blauw met een snor om "U" tegen te zeggen. Begint die kleerkast toch te spreken zeker : "Awel, madammeke, is da uwe fiets wel ?" Om achterover te vallen van 't verschieten. Na nog enkele van die diepzinnige vragen te hebben gesteld, springt het fietsslot, na al dat gepruts toch eindelijk open en kon mijn echtgenote huiswaarts keren achternagestaard door een voldane wetsdiener en de ondertussen toegestroomde nieuwsgierige omstaanders, aangetrokken door het imposant machtsvertoon van "mijnheer den agent". Sla de kranten van vandaag maar eens open. Er is blijkbaar niet veel veranderd sindsdien.
|