Sport is gezond. Meer lichaamsbeweging leidt tot minder gebruik van de gezondheidszorg, minder arbeidsverzuim en een hogere productiviteit. In totaal heeft dit een economische winst van 725 miljoen euro per jaar tot gevolg, zo heeft het ministerie van VWS berekend. De keerzijde van meer sport is echter meer sportblessures. Over de omvang daarvan is nog slechts weinig bekend.
Er wordt steeds meer gesport in Nederland. Het aantal sportletsels zal dan ook naar verwachting toenemen. Vooral vrouwen van middelbare en oudere leeftijd gaan steeds meer sporten. Dit zal naar verwachting leiden tot meer letsels op latere leeftijd. Huisartsen zien de meeste sportletsels waarvoor medische behandeling nodig is. Op verzoek van de Stichting Consument en Veiligheid heeft het NIVEL dan ook in 50 huisartsenpraktijken uitgezocht hoeveel sportletselpatiënten huisartsen zien.
Mannen
De eerste conclusie van het NIVEL-onderzoek is dat mannen 2,5 maal zo vaak vanwege sportletsels naar de huisarts gaan als vrouwen (128 per 10.000 mannen per jaar versus 56 per 10.000 vrouwen per jaar). Op het platteland gaan mensen vaker met sportletsels naar de huisarts dan in de stad. Dit heeft ongetwijfeld te maken met de afstand naar het dichtbijzijnde ziekenhuis, die op het platteland uiteraard groter is. Het aantal sportletsels is aanzienlijk lager in de zomer. Dit is logisch aangezien veel wedstrijdseizoenen en trainingen eindigen in mei.
Piek
Sportblessures komen op alle leeftijden voor, inclusief 85-plussers (18 per 10.000 mannen). De piek ligt bij meisjes in de leeftijd van 10-14 jaar (243 per 10.000) en bij jongens van 15-19 (435 per 10.000). Meer dan tweederde van alle sportletsels vindt plaats bij mensen jonger dan 30 jaar. Extrapolatie van de onderzoeksgegevens, die zijn gebaseerd op de Continue Morbiditeits Registratie (CMR) Peilstations van het NIVEL, leert dat huisartsen ongeveer 150.000 sportletsels per jaar behandelen.
CMR
De Continue Morbiditeits Registratie (CMR) Peilstations van het NIVEL vormen een representatieve groep van 66 Nederlandse huisartsen in 49 praktijken. Hun patiëntenpopulatie bestrijkt ongeveer 1% van de Nederlandse bevolking en is verspreid naar regio en over stad en platteland. De peilstation-huisartsen rapporteren wekelijks (waardoor trends zeer snel zichtbaar worden) of op jaarbasis over het vóórkomen van een aantal ziekten, gebeurtenissen en verrichtingen, die in routine-registraties ontbreken en daarin niet gemakkelijk op te nemen zijn. De CMR-peilstations bestaan sinds 1970. Ook volgend jaar zullen de CMR-peilstations het aantal sportletsels registreren.
Bron : Zorgkrant.nl
|