|
Uit de luidspreker komt de typische “niks-aan-de-hand-muziek” het gastvrije masker van de supermarkt, want de muziek bepaald de toon of is het omgekeerd? Een oude man schuifelt door de winkelrijen met een piepend winkelkarretje. In zijn hand klemt een papiertje met de grote beverige letters van héél oude mensen. Hij lijkt wat verloren. Hij spreekt een schappen vuller aan “Mijn vrouw is overleden en nu moet ik de boodschappen doen, maar ik vind niets”. “Daar heb ik nu geen tijd voor” zegt de jongen, die ik net nog heb zien lachen met een collega vakkenvuller, zonder verder op te kijken.
Ik krijg medelijden met de oude man en denk aan mijn oude vader die zich indertijd ook zo verloren voelde na het overlijden van mijn moeder, zoekende naar het merk dat mijn moeder ook altijd kocht, het even kwijt, dat mijn moeder in meerdere winkels boodschappen deed.
“Kan ik u helpen?” hoor ik mijzelf, die tijd in overvloed heb, zelfs als ik die niet heb, vragen.
|