Inhoud blog
  • Saint-Hubert 2
  • Saint Hubert 1
  • Zwarte woud 6
  • Zwarte woud 5
  • Zwarte woud 4
  • Zwarte woud 3
  • Zwarte woud 2
  • Zwarte woud 1
  • Diepenheimroute 2
  • Diepenheimroute 1
  • Zandvlietroute
  • Weekend Lommel 3
  • Weekend Lommel 2
  • Weekend Lommel 1
  • De witte van Zichem
  • Fietsen in Zoersel
  • Te voet naar de Panne dag 8
  • Te voet naar de Panne dag 7
  • Te voet naar de Panne dag 6
  • Te voet naar de Panne dag 5
  • Te voet naar de Panne dag 4
  • Te voet naar de Panne dag 3
  • Te voet naar de Panne dag 2
  • Te voet naar de Panne dag 1
  • Te voet naar de Panne - de voorbereiding
  • Klimmen en dalen
  • Joey's spreekbeurt
  • Heidefietsroute
  • Paasfietstocht
  • Kanaal Dessel-Schoten
  • Het Land van Stille Waters
  • Najaarswandeling Schoten
  • Herfstwandeling Brechtse Heide
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Foto
    Foto
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    flicka
    blog.seniorennet.be/flicka
    Foto
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    zeewind
    blog.seniorennet.be/zeewind
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    alfons
    blog.seniorennet.be/alfons
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    oostendeplaty
    blog.seniorennet.be/oostend
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    kwbekerendonk
    blog.seniorennet.be/kwbeker
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    mamouchkatje
    blog.seniorennet.be/mamouch
    Wij wandelen en fietsen

    26-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Saint Hubert 1

    Dinsdag 19 november 2013. Het heeft vanmorgen heel vroeg geregend. Dat begint al niet goed, hé mannekes? Er wordt voor vandaag slechts lichte regen voorspelt met kans voor een opklaring. We zijn benieuwd. Vandaag vertrekken we naar Saint-Hubert. In de Ardennen zou er wel eens mist kunnen hangen. Het is windstil. Dat zou wel eens de spelbreker kunnen zijn. Als er mist hangt, duurt het wat langer voor deze verdwijnt. Niets aan te doen. We hopen op mooie herfstfoto’s. We zullen wel zien. Voor het moment valt er druilige, miezerige regen. De temperatuur bedraagt ongeveer een zes graden. Maar hoe zit dat in de Ardennen? Even op teletekst kijken. De dag van vandaag staat niet meer op teletekst. Voor morgen voorspellen ze wisselend bewolkt. Wat dat ook mag zijn. Voor donderdag luidt de voorspelling: winterse buien. Ik moet ook nog enkele programma’s programmeren van vanavond. De soap van moeder de vrouw, “thuis” en “eigen kweek”.

    Ik kijk er wel naar uit. Het is van september 2006 geleden dat we in de Ardennen waren om te wandelen. In Bertrix was dat. Voor onze 40ste huwelijksverjaardag krijgen we een Bongo bon cadeau van de kinderen en kleinkinderen. Een “Weekend Natuur”. Een overnachting in Saint-Hubert zien we onmiddellijk wel zitten. Nog eens een stevige kuitenbijterwandeling maken. Nog eens extra genieten met ons tweetjes. Er is ook een etentje bij voor twee personen en toevallig in hetzelfde hotel. Landelijk tafelen, geschonken door Bommi en Bompi. Waarvoor onze oprechte dank. Dat kunnen we echt niet laten gaan. Onze fietsen laten we uiteraard thuis. Al hebben we fietsen met elektrische ondersteuning in de Ardennen zien we dat niet zitten. Ons plan bestaat uit een bezoek aan het centrum van St-Hubert. Eerst naar het plaatselijke VVV-kantoor. Nadien een korte wandeling in de buurt. Daarna naar ons hotel in Poix de Saint Hubert. En dan zien we wel. Een grote koffer nemen we niet mee. We blijven slechts voor één nacht weg. In onze handbagage nemen we onze avondkledij mee. In onze wandelkledij kunnen we toch niet op restaurant gaan, of toch? We moeten ons wel warm kleden. Alhoewel! Van wandelen krijg je ook het wel warm. Ons Rina heeft reeds voor de nodige picknick gezorgd, en een thermos warme koffie. Ook een stuk cake heeft ze in onze rugzak gestoken. Kwestie van onze cholesterol op peil te houden.

    Vanaf de oprit van de snelweg op de Noorderlaan is het al aanschuiven. Borden boven de snelweg verplichten ons om 50km/u te rijden. Maar zelfs dat halen we niet. Ook radio-traffic waarschuwt voor file. Op de E19 richting Brussel is een ongeval gebeurd. De rechter rijstrook is verspert. Daar moeten wij nu net naar toe. Niets aan te doen. Aanschuiven en op onze tanden bijten is de boodschap. Het gaat tergend langzaam. Vertraagt tot stilstaand verkeer. Een half uur later is de file plots opgelost. Bij de splitsing E17-E19 gaat het terug vlotter. Het is uiteraard wel druk, maar we rijden. De E19 is een belangrijke noord-zuidsnelweg die Amsterdam met Parijs verbind. Na de Craeybeckxtunnel wordt het iets rustiger. De tunnel is in 1981 open gegaan. We hebben een half uur verspeeld. Het is 09:40u. Bij de splitsing bij Machelen wordt er weer op de remmen gestaan. Het wordt terug bumper kleven. Daarnet was het mist die viel, nu begint het serieus te regenen.

    Rond 10:00u stoppen we op een parking om onze benen te strekken en een kopje koffie te drinken. De mist en de regen hebben we achter ons gelaten. Een info-bord naast de snelweg laat ons weten dat we in Wallonië zijn. Wallonië omvat de provincies Henegouwen, Waals-Brabant, Luik, Namen en Luxemburg. We rijden voor het moment in het zuidelijkste deel van België. Uiteraard is het hier heuvelachtig. Sterk heuvelachtig zelfs. Ik draai mijn raampje open en haal diep adem. Vanaf nu heb ik groene longen. Of een zware bronchitis, kan ook. Om 10:55u nemen we afrit 18, Courriére, March of de N4. Het wordt wel heel mistig. De zichtbaarheid is slechts 100 of 15O meter. De temperatuur slechts 6°C. Een half uur later nemen we de afslag naar Saint-Hubert. Saint-Hubert wordt ook de “Europese hoofdstad van de jacht en de natuur” genoemd. Nog 12km tot het centrum. Het is uitsluitend mist die uit de lucht valt. We zitten op een fameuze hoogte en de temperatuur daalt met 3°. De dikke mist zorgt voor trager verkeer. Het zicht is minder dan 100 meter. Ik heb er geen probleem mee. We komen er wel. Panorama foto’s nemen zit er echter niet in. In het centrum is het marktdag. We zien een uitnodigend bord, en français, voor lang parkeren. We volgen de pijlen heuvelop.

    We dalen te voet af richting markt en moeten al hijgen en puffen. Onze conditie is niet meer wat het geweest is. Het stadhuis van Saint-Hubert werd gebouwd tussen 1864 en 1873. De voorgevel is van graniet. Je betreedt het stadhuis langs een monumentale trap. Tegen het bordes van het stadhuis is een gedenkplaat bevestigd voor het 87ste Infantry Division ter ere van de GI’s “Golden Acorn” die de stad bevrijdden. Generaal Patton was hier de bevelhebber.

    Voor het stadhuis staat het grote monument dat geplaatst werd door het stadsbestuur ter ere van de Franse schilder Pierre-Joseph Redouté. Hij leefde en werkte van 1750 tot 1840. Het hoge monument bevat een buste van de beroemde schilder. De oorspronkelijke fontein is versierd met sfinxen en bezit ook de werktuigen van een schilder. Iets verder is het klein marktje gelegen, langs de kant van de weg. De auto’s blijven tussen de kramen doorrijden. Het is net 12:00u. De klokken van de basiliek luiden.

    De basiliek van Saint Hubertus is een rooms-katholieke kerk uit de middeleeuwen. Het gebouw ernaast is een voormalige abdij. In de loop der eeuwen verbouwt en vergroot. De basiliek werd een bedevaartsoord na de legende van Hubertus. De heilige Hubertus wordt de patroonheilige van de jacht. De kerk krijgt dan ook de naam Saint-Hubert. De basiliek kreeg zijn huidige vorm in 1683. De voorgevel in grijsgrauwe steen is van 1700-1702. We kunnen de kerk binnen. In het voorportaal is een eerste jaartal, 1731 geschilderd. Het is een koude kerk. Het oude altaar is afgesloten voor toeristen. Hoog boven ons in de middenbeuk is een wit net gespannen om brokstukken van het plafond op te vangen. Links en rechts van de ingang staan de vier evangelisten in een glazen vitrine, levensgroot gebeeldhouwd, afgeschermd voor de veiligheid, denk ik. Het zijn Lucas, Johannes, Mattheus en Marcus. Tijdens onze rondgang houden we halt bij het praalgraf van St-Hubertus. Geschonken door koning Leopold I. Niemand weet echter waar het lichaam van de heilige Hubertus is. Het praalgraf is dus leeg. Infoborden staan tijdens de rondgang ter beschikking van de bezoeker. Je komt hier van alles te weten over de geschiedenis van de kerk. Soms echter hangen er geplastificeerde affiches die uitsluitend in het Frans zijn opgesteld. Enkele schilderijen en het houtsnijwerk in het koorgestoelte tonen de verering van de Heilige Hubertus, en zijn wijding tot bisschop.

    Onze handen en voeten lijken bevroren na een wandeling door de basiliek. We staan even stil bij het abdijencomplex naast de kerk. Gesticht in het jaar 817, na de overbrenging van de stoffelijke resten van Sint-Hubertus. Het geheel werd een toevluchtsoord voor pelgrims die de Heilige kwamen smeken om genezing en bescherming tegen hondsdolheid. Het complex wat we nu zien is van 1729. Gebouwd onder het bestuur van abt Dom Celestin de Jongh. Het geheel wordt afgesloten met een prachtig hek. Thans zijn er de staatsarchieven en de culturele dienst van de provincie Luxemburg gehuisvest. De voormalige abdij is slechts beperkt toegankelijk tijdens tentoonstellingen. De laatste renovatie dateert van 2003. Een lust voor het oog.

    Voor de basiliek staat de oude Hubertusfontein. Reeds meer dan duizend jaar heeft deze bron de stad en de abdij bevoorraad. Zij ontspringt op een tiental meter van de kerk. De monniken verzekerden dat de bron nooit zou uitdrogen. Nu nog bevoorraadt zij de fontein hier voor ons. Ze wordt tijdens de koudste maanden wel afgesloten. Het is een bronzen fontein en dateert van 1858 en het laatst gerestaureerd in 1953. Terug naar de markt. De marktkramers beginnen in te pakken. Het is even zoeken maar we vinden het VVV-kantoor in een zijstraat, verstopt achter de marktkramen in de Rue Saint Gillis 12. Het doet goed om ergens binnen te komen. We voelen dat de verwarming hier brandt. Onze handen zijn verkleumt. Het toeristen bureau is ondergebracht in een gerenoveerd rijhuis. We worden in het Nederlands aangesproken. We krijgen een plattegrond van het centrum en de vrouwelijke bediende zet met een gele markeerstift een streep waar er iets te zien is. We nemen nog enkele belangrijke folders mee.

    Terug buiten en naar rechts voor een kleine kerk. De kerk van Saint-Gillis is een heel oude Romaanse kerk. Gebouwd tijdens de 11de eeuw in de plaatselijke steen. De kerk werd ingehuldigd in het jaar 1064 en bleef een parochiekerk tot 1809. Rondom vinden we nog oude grafzerken tegen de gevels. Uit de 17de en de 19de eeuw. De tekst is onleesbaar geworden. Tijdens de volgende eeuwen kreeg het kerkje een ander uiterlijk. In de 16de eeuw kreeg het een gotisch aanzien. De barokstijl kwam er in de 18de eeuw. Volledig gerestaureerd in 1947. Aan de overkant staat het voormalige klooster. Nu is het de school “Instituut Notre Dame”. Er staan wat zitbanken rond het kerkje maar ik vindt het te koud om buiten te picknicken. De deur staat uitnodigend open. De warmte overvalt ons. Zou het hier warm zijn door de brandende kaarsen? Mijn eerste indruk is: warm, klein, gezellig, rustig en mooi. Links naast de deur is een Lourdesgrot nagebootst. De jonge Bernadette zit geknield te bidden. Haar ogen opgeslagen naar het beeld van de heilige maagd Maria. We vinden het hier binnen zo knus en warm dat we spontaan onze picknick bij de Lourdesgrot hebben opgegeten.

    Helemaal verzadigd gaan we verder naar het wildpark van Saint-Hubert. Hier moeten we, volgens het VVV-kantoor, herten, reebokken, damherten, everzwijnen en verschillende soorten Ardense vogels vinden. Een wegwijzer maakt het ons gemakkelijker. We dwarsen de grote baan en wandelen het bos in. Via horizontale korte boomstammen, die trapsgewijs tegen de heuvel zijn geplaatst, kunnen we naar boven klimmen. Een ware uitdaging. Na enkele trappen blijven we hijgend staan. Onze conditie laat te wensen over. Vroeger stak ik dan een sigaret op en wachtte tot het hijgen gedaan was. Nu ben ik al enkele jaren afgekickt en kan dus enkel wachten tot mijn conditie terug op pijl is. We blijven klimmen en hijgen, wachten en terug klimmen. Halverwege is een zitbank aangebracht, maar we laten ons niet kennen. Waarom ontwerpen ze een park bovenop een heuvel? Als we boven zijn, weten we niet goed wat we hier moeten doen. Verder zijn er geen trapjes meer omhoog. We zien ook nergens een pad tussen de bomen. Een dik pak afgevallen bladeren ligt als een tapijt op de grond. In alle kleuren en maten. Ik probeer nog hoger te klimmen, maar zonder pad is het niet te doen. Geen wegwijzers, zelfs niet in het Frans. Op goed geluk wandelen we naar rechts. Het is enigszins plat tussen de bomen. Geen enkel dier te bespeuren natuurlijk. Een volgende trap leidt naar beneden. Die nemen we dan. Iets minder vermoeiend, maar veilig is iets anders. We wandelen rustig verder tot aan de rotonde van Saint-Hubert. Hier staat het bronzen symbool van de stad. Het hert van Hubertus. Hubertus was lid van de Merovingische aristocratie van de zevende eeuw. Volgens de legende bekeerde de edelman zich tot het Christendom toen hij tijdens een jachtpartij een ontmoeting had met een hert dat tussen zijn gewei een lichtgevend kruis droeg. Door de wonderlijke verschijning verliet Hubertus het hofleven en zijn gezin om zich toe te leggen op zijn geloof. Op 3 november 727 wordt hij heilig verklaard. De dag van vandaag, op 3 november, vereert de stad met pracht en praal zijn patroonheilige Saint Hubert. De dag van zijn heiligverklaring. Dan worden de bekende Hubertusbroodjes gezegend en uitgedeeld.

    Om 14:00u zijn we terug bij de auto. In een plaatselijke wijnwinkel hebben we een fles rode en witte wijn gekocht. “Vin de Saint-Hubert”. We besluiten om naar ons hotel te rijden en daar een boswandeling te maken. Het is toch nog te vroeg om op de kamer te mogen. Gewoonlijk is dat vanaf 15:00u. Hier in Saint-Hubert kan je ook een wandeling maken met symbolen, maar je weet niet hoelang de wandeling is. In het toeristenbureel koop je wandelkaarten, maar ik stel voor om dat bij ons hotel te doen. In een hotel hebben ze gewoonlijk ook wandelfolders. Onze GPS brengt ons ongeveer 7km verder naar Poix-Saint-Hubert. We houden halt in het hart van de Ardennen bij Hotel “Le Val de Poix-Saint-Hubert”. Vlak aan het station. Het gebouw doet geen dienst meer, maar je kan er nog wel op en af de trein stappen. We gaan eerst naar de receptie. Onder een doorgang. Links en rechts een deur met lange gang. Lakens en emmers met dweilen doen mij vermoeden dat de kamers duchtig onder handen worden genomen. Een houten brug brengt ons over de Lhomme.   Met veel kabaal stroomt de rivier onder ons voorbij. De Lhomme is een zijrivier van de Lesse, die hier in de buurt van Saint-Hubert ontspringt. Het begint harder te regenen. Een schuifdeur laat ons in de grote hal. De receptie is een verdiep hoger. Een vrouw op leeftijd staat ons in ongebroken Nederlands te woord. We krijgen meteen de sleutel. Het hotel heeft 42 kamers, voorzien van alle comfort. Een verdiep hoger moeten we voor kamer 4.

    Na een koffie met een stuk cake kleden we ons voor een stevige wandeling. Het is al half vier als we aan onze wandeling beginnen. Eigenlijk wat laat, zo zal later blijken. Saint Hubert vormt de ideale uitvalsbasis voor kilometers lange wandeltochten door prachtige natuur. Deze streek is een paradijs voor natuurliefhebbers. Uitgestrekte bossen nodigen uit tot lange verkenningstochten. Wij gaan dat uittesten met ”De wandeling van Smuid”. Een wandeling van 5km, waarvan 2,5km door het bos. Voilà, peace of cake. Het symbool dat we volgen is een groen kruis op witte achtergrond. We volgen eerst de Lhomme over een afstand van 1,1km. Dan begint onze wandeling. De regen gaat over in druilige mist. We hebben een paraplu mee en stevige stapschoenen. Het wordt een modderige wandeling. Hopelijk spotten we herten of reeën. Misschien zien we wel een everzwijnfamilie, wie weet. Hoop doet leven. Op een bepaald punt komen kleine stroompjes in de Lhomme terecht. Het water krijgt een serieuze snelheid. Iets verder zijn enkele verlagingen in zijn loop. Daarna splits hij zich in twee. We blijven de rivier volgen. Op een recht stuk op de baan moeten we, volgens ons symbool, links afslaan. Er is slechts een oprit van een woning. We gaan verder rechtdoor. Hier een kleine zelfgemaakte grot met enkele kleine heiligen beelden. Wat oude kaarsen, die reeds lang gedoofd zijn. Enkele plaketten met dankbetuigingen zijn in de rots geschroefd. Het is lang geleden dat er nog iemand naar omgekeken heeft. Even later komen we bij de spoorwegtunnel. Hier splits de weg. Links een zandweg, of rechts de baan volgen. Dit klopt al niet. Terug naar ons laatst gezien symbool. Moeten we toch langs de oprit? Ons Rina neemt poolshoogte. Nergens een bordje te bespeuren. Wat nu? Opgeven? We zijn nog niet vertrokken. We ondervinden nu wel hoe we in Vlaanderen en Nederland verwent worden met fiets- en wandelknooppunten. Op elke hoek een bordje, en als je afdraait weer een bordje dat bevestigt dat je juist wandelt/fietst. Is er een bordje verdwenen dan wordt er met een boze vinger gewezen. Hier halen ze wellicht alleen de schouders op. Terug naar de spoorwegtunnel.

    Dan vindt ons Rina het bordje. Een groen kruis op een witte achtergrond. We moeten naar rechts. Voorbij de tunnel naar rechts. Het bos in. Vanaf hier begint de eigenlijke wandeling. Deze wandeling leidt ons door een groots bosgebied. Door te stappen hebben we de koude verdreven. Goed dat we de moed niet hebben laten zakken. Rechts boven ons rijdt de trein. Daarna draait de spoorweg rechtsaf en wordt het bos. We volgen nog steeds de Lhomme. Sommige bomen hebben nog een mooie kleurenpracht. Groen, geel, oranje en rood. Gewoon prachtig. De mist en de regen laten enkele bladeren naar beneden dwarrelen. Nog één zware storm en alle bladeren zijn van de bomen. Maar dat hoeft niet vandaag te zijn. Het is klimmen en dalen. Het laagste punt is heel modderig. We proberen er rond te lopen. Ook in de sporen van tractors blijft het hemelwater staan. Voorzichtig om niet uit te schuiven. Goed dat het nog licht is. Als het donker wordt wil je hier niet zijn. Het is vermoeiend, maar we genieten. Voeten opheffen, want je zal maar over een rotsblok struikelen. Algoed dat ons Rina haar naaldhakken niet aanheeft. We beginnen namelijk te klimmen. Praten zit er niet in. Klimmen en hijgen. We zijn dichtbij het Domein Mirwart. Het is 16:00u. We hebben nog een paar uur voor het donker wordt, dacht ik. We volgen een modderige zandweg tussen naaldbomen, met de gewone spar en de gele lork. Het is donker langs beide zijde. Alleen voor ons zien we in de verte een lichtpuntje. Regenen doet het niet meer. De wandelpaden brengen ons voorbij prachtige loofbossen van beuk en eik. De druppels vallen nog wel van de bomen. We krijgen het warm. Bij ons Rina loopt het zweet van de rug, zegt ze. Het is muisstil. In de verte horen we nog wel de Lhomme stromen. Wij zien geen wilde dieren, maar zij ons misschien wel. Maakt niet uit. Plots staan we voor een oprit van een villa. Volgens de houtstapel die de eigenaar vergaart heeft, wordt het dit jaar een strenge winter. Ik kan niet goed volgen. Moeten de eigenaars elke dag met hun auto langs die modderige paden rijden? Zegt de man ’s avonds tegen zijn vrouw: - Ik rij even naar de car wash, schat! We komen langs weilanden zonder vee. Ze staan allemaal op stal. Maar goed ook. Het kan hier vannacht koud zijn. Ze voorspellen vorst aan de grond. Hier waait ook nog een strakke bries. Ons Rina glundert. We hebben een mooi panoramazicht. Ze probeert met haar fototoestel in verschillende standen, om een mooie herfstfoto te maken. Een groep loofbomen rond de weide bezit nog genoeg bladeren voor een mooie foto.

    We komen in het dorpje Smuid. Het rustige dorpje is een deelgemeente van Libin. Het is ondertussen 16:30u geworden. Een paaltje met twee bordjes. Eén wijst links en het ander rechts. Allebei hebben ze een groen kruis. Je kan van hier de wandeling in twee richtingen doen, misschien? Wij nemen links. Volgens mij zijn we in de helft. Mooi zo. Het bordje leidt ons het hele dorp rond. We komen langs een kleine wegkapel van 1865. Mooi onderhouden. Binnenin enkele heiligenbeelden op een mozaïeken altaar. Onze wandeling is nog altijd klimmen en dalen langs een wirwar van straatjes. We komen bij de Sint-Margarethakerk uit 1824. Ze is reeds afgesloten. Het is puffen en hijgen. Op de hoek van de straat staat boven op de nok van het dak een haan. Toch is het geen gewone kerk. Door het raam zien we toch een altaar en kerkstoelen staan. Maar geen Christusbeeld. Ik gok op een Protestantse Kerk. We komen bij een ander kleine wegkapel en een grote kapel, over elkaar. Eveneens afgesloten. We willen de weg terug volgen, maar blijven in een kringetje rondlopen. Waarschijnlijk een bordje gemist. Door straat in en straat uit te wandelen weten we niet meer waar we zijn. We lopen nog langs de begraafplaats van Smuid. Het wordt donker. Een auto komt aangereden en we vragen aan de chauffeur de baan naar Poix-Saint-Hubert. –Langs daar, nog 2,5km. zegt hij in het Frans en wijst met de vinger achter zich. We nemen de weg en vragen ons af of we niet beter de gewone baan nemen, of terug langs het bos. Als het bordje met groen kruis terug zien kiezen we unaniem voor het bos. Het begint nu helemaal donker te worden. We gaan een tandje bijsteken. We weten niet hoe ver we nog verwijderd zijn van ons hotel. Gelukkig is het steeds afdalen. Onderweg houden we even halt om twee kruisen te bekijken. Beiden naast elkaar als broeders, maar dat zijn ze niet, volgens hun naam. Het linker kruis werd tijdens de eerste Wereld Oorlog geplaatst. In 1915. Het is een houten kruis. De rechter grafzerk is van steen en is van de Tweede Wereld Oorlog. Gestorven op 21 jarige leeftijd, op 1 januari 1945.

    De baan is gevaarlijk. We wandelen tussen weilanden. Eén weiland wordt gebruikt als kwekerij van dennen. Netjes achter een hoge afspanning. Wat verder stappen we weer door het bos. Steeds in dalende lijn. We kunnen nog net onze bordjes zien hangen. Het begint harder te miezeren. In de verte zie ik precies een pad dat terug stijgt. Nu is het echt pik donker. Rechts in de verte zie ik straatverlichting. Ik denk zelfs dat ik een auto hoor. Maar dat kan ook alleen tussen mijn twee oren zitten. Ver kan het niet meer zijn, zeg ik om de moed erin te houden. We zijn moe en ik weet zelfs niet of we door de modder ploeteren, of we op natte bladeren stappen. Daarstraks bij de aanvang van onze wandeling hebben we minstens een kwartier verspeeld. Toen we onze weg niet vonden. Anders hadden we al terug geweest. Plots horen we een trein rijden. Vlakbij. Bijna naast ons. Ik kan een glimlach niet onderdrukken. Oef, we zijn er. Dan zien we de spoorwegtunnel. Nu nog de Lhomme volgen tot ons hotel. Nu wordt het pas echt gevaarlijk. We lopen links van de baan. De auto’s verblinden ons met hun lichten. We durven geen pas meer te zetten. Wel een stap naar links, in de zijberm. In het lange natte gras. Om ons te verwelkomen begint het te regenen. Nog even moed houden, maar ik zie nog geen lichtpuntje. Ik kan niet zien hoe laat het is. Het is te donker. Ons Rina kijkt op haar horloge. –Half zes, zegt ze. Valt nog mee eigenlijk. Tien minuten later zijn we bij onze auto. Wandelschoenen uit. Ze hangen vol modder.

    Na een welverdiend bad en een sterk bakje koffie zijn we bijna weer de oude. Buiten regent het nu heel hard. De weergoden hebben lang medelijden met ons gehad. Nu laten ze zich gaan. We hebben hier een diner voor twee besteld. Na een fikse wandeling schuiven we maar al te graag aan in de voortreffelijke keuken van het restaurant Comme chez Nous. We kiezen voor de forel met frietjes. Met water en een glas rode wijn. Als afsluiter van de dag kiezen we elk nog een dessert. Ons Rina de tiramisu met speculaas. En ik neem de Dame blanche met warme chocoladesaus. We laten het ons smaken. Tot morgen. Tekst: Luc Verschooten. Foto’s: Rina Meurs.







    26-10-2015 om 09:44 geschreven door Luc Verschooten

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    19-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zwarte woud 6
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Zondag 18 september 2011, het is heel zwaar bewolkt als we opstaan om zeven uur. Er staat een strakke wind en er valt motregen. De weergoden maken het ons gemakkelijk om afscheid te nemen. We ontbijten voor de laatste keer in de chalet. Daarna afwassen en poetsen. We willen de chalet achterlaten zoals we ze hebben gekregen. Onze gastvrouw "Maria" is nog niet terug van België. We kunnen geen afscheid nemen en leggen de sleutel op de afgesproken plaats.

    We rijden noordwaarts, richting Offenburg. Het heeft niet opgehouden met regenen en toch stoppen we in Gengenbach, dicht bij Offenburg. We bevinden ons in het Kinzigdal op een hoogte van 175 meter. Gengenbach is een pittoresk stadje met veel bloemen. En ik kan me voorstellen dat bij heerlijk helder weer je hier over de koppen kunt lopen. Nu bij dit regenweer lijkt het hier somber, grauw en uitgestorven. Het beetje bedrijvigheid dat hier is is van de handelaars die ondanks het slechte weer kraampjes opstellen en tafels en stoelen voor hun zaak opstellen. Door de wind wordt alles toch nog kletsnat. We maken een korte wandeling in het centrum van Gengenbach, een centrum voor onderwijs, industrie en wijnbouw. De stad heeft een schilderachtige oude kern. Op de Marktplatz staat een 16de- eeuwse fontein, versiert met kleurige bloembakken. Het Rathaus in classicistische stijl werd gebouwd in de 18de eeuw. De kerk met zijn, voor ons althans, onuitspreekbare naam: Stadpfarrkirche, is een kolossale kerk van de 12de eeuw. De toren met zijn elegante achthoekige klokkenstoel is van op grote afstand te herkennen. We wandelen langs vakwerkgevels versiert met bloemen. De toegangspoorten tot de stad zijn uit latere eeuwen en zijn vaak gerestaureerd. De Kinzigtorpoort is uit de 14de eeuw. De Haigerachter Tor is gebouwd in de 16de eeuw. Hier maken we een eind aan onze rondwandeling. Ondanks onze paraplu worden we nog helemaal nat. We gaan nog iets warms drinken in het nabijgelegen theehuis. Het is ondanks het vroege uur bijzonder druk. Aan een tafeltje voor twee genieten we nog van ons lang weekend in het zwarte woud. De terugtocht naar huis verloopt chaotisch. Vele files. Eén keer zelfs moeten we van de snelweg wegens een ongeval. Gelukkig hebben we onze GPS, die ons dan naar de volgende oprit brengt, en onze tocht kunnen verder zetten. Dan weer wegenwerken. We zijn dan ook blij om rond zeven uur ’s avonds in Ekeren te zijn. Tot schrijfs. Tekst: Luc Verschooten. Foto’s: Rina Meurs.

    19-10-2015 om 09:35 geschreven door Luc Verschooten

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    12-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zwarte woud 5
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Zaterdag 17 september 2011. Het is bewolkt. De zon doet zelfs geen moeite om er door te geraken. We gaan na het ontbijt een boswandeling maken. We trekken onze stevige schoenen aan en stappen tot aan de kerk. Vanaf hier vertrekken verschillende wandelingen. Wij gaan voor "Auf der Eckken". Een wandeling van 1,5 km. Om 09:30u. starten we de wandeling. We moeten onmiddellijk beginnen met klimmen. Rechts van ons de begraafplaats. Daarachter duiken we het bos in. Omdat de zon niet schijnt hebben we een truitje aangedaan, maar dat moeten we na enkele ogenblikken om ons middel binden. Klimmen en klimmen. Tot ons tong op onze schoenen hangt. Af en toe eens stoppen om op adem te komen. Dat heb je met die plattelandsmensen. De zon doet toch een poging om door de wolken te breken. Het is rustig en stil in het bos. Overwegend spar en dennen groeien hier. Na een half uur komen we uit het bos op een open vlakte. De zon verwelkomt ons. Het wordt direct een paar graden warmer. Rechts een paaltje met nieuwe wandelrichtingen. Onze wandeling was hier ten einde. We staan middenin "Auf der Eckken". We oriënteren ons op de kaart en besluiten om naar "Vorenbach" te stappen. Nog een wandeling van 1,5km. Een peulschil. We drinken eerst een koffietje en wandelen een tijdje op een boomloze vlakte. Naar mijn gevoel zelfs licht afdalend. Het is 11u als we aan een driesprong komen zonder bordje. Welke kant moeten we nu uit? Links? Of rechts?

    Op een nabijgelegen bankje discuteren we erover, weer met een kopje koffie. Gelukkig hebben we dat toch bij. Ons kopje troost. Na onze rustpauze slaan we linksaf op een asfaltbaan. We zijn terug in de bewoonde wereld. Rondom ons weiland met koeien. Zonder koebellen. Eureka! Enkele stappen verder een nieuw wandelpaaltje. Onze wandeling is weer gedaan. We gaan voor Langenschiltach, met 2,2km. Een glooiend landschap zonder huizen of boerderijen. We beginnen aan de afdaling. Niet voor lang. We verlaten het landschap en stappen terug het bos in. Rechts van ons, afgebakend met een houten reling, een kweekvijver. Honderden kleine visjes van ongeveer 15 à 20 cm zwemmen in koud bergwater rustig rond. Dat het water koud is moet ik niet voelen. Dat ligt voor de hand.

    De rest van de wandeling verloopt uitstekend. Langzaam dalen of stijgen. In totaal hebben we zo een 5km gewandeld, denk ik. Op de middag zijn we terug in ons chalet voor het middageten. Na de middag willen we naar het bijgelegen St. Georgen rijden voor een stadsbezoek.

    Sankt Georgen ligt in het dal van de Brigach. Een bedrijvig stadje op een hoogte van 862m. De plaats ontwikkelde zich als uurwerkindustrie. We kunnen het dan ook niet nalaten om een bezoek te brengen aan het Phonomuseum. We zien er een collectie geluidsapparatuur tentoongesteld, waaronder een model van de eerste spreekmachine die Edison maakte in 1877. We zien er zelfs nog een bandopnemer die ik vroeger had. Of een klein platenspeler van ons Rina waar ze haar eerste 45 toeren plaatje afspeelde van Will Tura.

    Na het Museumbezoek slenterden we naar de Marktplatz, aan het beeldhouwwerk van de klokkenmaker. Even verder een minigolf van 18 holes. De zon schijnt mooi en we spelen dan een partijtje golf. Uiteraard heeft de beste gewonnen. Nadien nog door het stadje op ons dooie gemak gewandeld. Om 5uur zijn we terug aan ons chalet, op het terras, om na te genieten met een stevige Duitse pint. Om 18:15u is het zwaar bewolkt. Heel in de verte is het zelfs zwart. Maar wat wil je in het zwarte woud? Het weer kondigt het einde van de vakantie aan. Morgen naar huis. De zomer is weer voorbij. Tekst: Luc Verschooten. Foto’s: Rina Meurs.

    12-10-2015 om 09:03 geschreven door Luc Verschooten

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zwarte woud 4

    Dag 4 vrijdag 16 september 2011. We worden wakker om 07:00 uur. Eigenlijk veel te vroeg, maar de zon schijnt en we willen er volop van genieten. We ontbijten en maken een picknick klaar. We trekken vandaag naar het Titisee. Daar willen we aan de oever van het meer onze middagpauze nemen met een romantische picknick. Hopelijk wil "Lucy" dat ook, als je begrijpt wat ik bedoel.

    Onze GPS brengt ons zonder problemen op de parking naast het station van het meer. Het centrum is geheel autovrij. De parking kost € 3 voor een hele dag. Het is net 09:30u en het is nog heel rustig. We staan hier praktisch alleen. Een bordje wijst ons naar rechts voor het meer. Na de parking komen we op het voetpad en weten niet waar we naar toe moeten. Vermits we van links zijn gekomen en het meer niet gezien hebben nemen we aan dat we naar rechts moeten. Dat doen we dan ook maar na tien minuten ben ik er niet gerust in. We vragen aan een plaatselijke bewoner waar het meer is. Hij stuurt ons terug en zegt ons de bordjes "centrum" te volgen. Gelukkig kunnen we er mee lachen. Het moet niet altijd de GPS zijn die ons verkeerd stuurt.

    Het is zalig wandelen door het centrum. Heel veel souvenirwinkeltjes, restaurants en hotels. Het meer zelf is nog niet volledig te zien. Boven het oppervlak hangt nog dikke mist. Enkele mannen poetsen de bootjes en de watertrappers droog, in afwachting van de eerste toeristen.

    Wij gaan rond het meer wandelen. Een tocht van ongeveer 7 kilometer. Deze keer zijn we onze wandelschoenen niet vergeten. Titisee; een gletsjermeer van twee kilometer lang en veertig meter diep heeft een oppervlakte van 1,3km². We houden het water aan onze rechterzijde. Het is een tijdje klimmen en dan gaat het gewoon plat. Een half uurtje later is de mist volledig verdwenen en kunnen we mooie foto’s maken. Na een camping verdwijnt het meer achter de bomen. Goed dat er bordjes zijn die ons de weg wijzen. Al is het soms niet duidelijk. Maar kom, de zon schijnt, we wandelen, we hebben eten en drinken bij en we hebben een zee van tijd. Toch zijn we na twee uur rond. Terug bij het meer houden we onze picknick op een bankje. Het uitzicht is schitterend. Bootjes varen af en aan. Grotere toeristenboten varen rond het meer. Door een megafoon praten de gidsen in verschillende talen tot de toeristen. Na ons middagmaal schuimen we langs de winkeltjes op zoek naar een geschenk voor de kleinkindjes. Het is er ondertussen heel druk geworden. Het is 12:30u als we in de auto stappen en "Lucy" afstellen op Feldberg.

    De hele streek rond het Feldberg massief is sinds 1950 beschermd natuurgebied. Onderweg stoppen we nog een paar keer om mooie panorama foto’s te maken. Er groeien overwegend naaldbomen. Aan de loofbomen is het reeds te merken dat de herfst is aangebroken. Om 13u rijden we Feldberg binnen. De gemeente is genoemd naar de dichtbij gelegen hoogste berg van het zwarte woud. Na een steile klimming met de auto staan we op de grote parking, die bijna volledig bezet is. De buitentemperatuur bedraagt 21° C. Het Museum laten we links liggen en stappen naar de gondels die ons naar het hoogste punt van de berg brengt. Op 1450 meter hoogte stappen we uit. Honderd meter verder staat een uitzichtplatform. De lift doet er 20 seconden over om ons naar de elfde verdieping te brengen. Het is de moeite waard. We hebben een fantastisch uitzicht. Het uitstekende weer leent zich ertoe de bergtoppen tot aan de Vogezen en zelfs de Alpen te zien. Drie kwartier later staan we terug met beide voeten op de Feldberg. We wandelen rond de puntige steenhoop die als nagedachtenis is gebouwd aan Bismarck. Een 19de eeuwse staatsman. We genieten daar nog van de uitzichten. Aan de oostzijde zien we tussen steile rotsen en dichte dennenbossen in een trechtervormige diepte de Feldsee. Een donker meer op een hoogte van 1100 meter. Het meer is alleen te voet bereikbaar. We gaan te voet terug naar beneden. Het is een steile en niet ongevaarlijke afdaling. We zijn blij dat we een half uur later zonder kleerscheuren terug beneden zijn. Aan de cafetaria drinken we nog een stevige pint voor we terug naar de auto gaan. Dat is sneller dan we dachten. We worden namelijk geplaagd door wespen. En op deze hoogte zijn de beestjes precies nog agressiever. Om 15:00u rijden we door met bestemming Freiburg. We rijden de stad binnen langs de St. Martinspoort. Rond het jaar 1900 vernieuwd en verhoogd. Een spitsboog van 63 meter hoog. Lucy, onze GPS, brengt ons veilig naar een bovengrondse parking aan de Bertholdstrasse. We gaan een wandeling maken door het centrum van Freiburg. De hoofdstad van het zwarte woud. Ze is eveneens het culturele en historische hart van de streek. Met zijn 200.000 inwoners en haar ligging op 210 meter hoogte behoord Freiburg tot de charmantste en levendigste stad. Deze universiteitsstad ligt vlakbij de Zwitserse en Franse grens.

    We starten onze stadswandeling in de Bertholdstrasse over een afstand van ongeveer 2,3 km. We wandelen zo richting centrum om wat verder aan de rechterzijde de oude synagoge voorbij te stappen. Het gebouw is van 1987. We wandelen tot bij het oude en nieuwe stadhuis. Twee gebouwen uit de 16de eeuw. Het nieuwe raadhuis ontstond rond 1900 door de samenvoeging van twee huizen met renaissance gevels. In het torentje op de middenvleugel hangt een carillon of beiaard, dat rond het middaguur te horen is. Op het plein staat het standbeeld van Berthold Schwarz, de uitvinder van het buskruit. We gaan rechts de Gauchstrasse in, stappen rechtdoor en kruisen de Kaiser-Josephstrasse. Dit is een straat met grote warenhuizen. We slaan links af, de kleine Marktgasse in. We komen aan het imposante Munsterplaats, wat vroeger een kerkhof was rond de O.L.Vrouwkathedraal, opgetrokken in de 13de eeuw. Een toren van 116 meter hoog. Een deel van kerk en toren staat steeds in de steigers, omdat het behoud veel zorg vraagt. We kunnen de kerk niet binnen. Er is een dienst bezig. In het portaal onder de toren bewonderen we de beeldhouwwerken met bijbelse figuren en voorstellingen. Aan een gezellig restaurantje nemen we een avondmaal met schnitzel en frieten. Het sloeg wat tegen. Het was veel te zout. We hebben meer dan de helft laten liggen. Geef ons maar de Belgische keuken.

    Een klein uur later staan we voor het Kaufhaus. Het sierlijke gebouw van 1520 was eigenlijk bedoeld voor het bestuur van de markten. Nu doet het gebouw dienst als ruimte voor tijdelijke tentoonstellingen en allerhande feestjes. Op het einde van het plein gaan we naar links. We wandelen voorbij de grote beek tot aan de grote ring waar de Schwabentor staat. Eén van de drie stadspoorten van Freiburg die oorspronkelijk diende als vestiging. De eerste toren werd gebouwd in de 13de eeuw. De aanpalende gebouwen dateren van vorige eeuw. Opvallend zijn de schilderingen aan de binnenzijde van de poort. Een andere bezienswaardigheid zijn de zogenaamde Bachle; goten in het oude centrum waar water door heen loopt. De vroegere riolering die nu regenwater afvoert. Ondertussen zijn we aan het Museum für Neue Kunst.

    Even verder zijn we terug aan Martinstor waar onze wandeling eindigt. Het begint te schemeren. Het is 19:00u. Ik wou graag uit de stad zijn voor het donker is. Maar ook hier is het vrijdagavond en we zitten meteen met het verlaten van de parking in de file. Dan begint het ook nog te regenen. Dan maar rekenen op "Lucy" dat ze ons zonder problemen uit de stad krijgt. Een half uur later rijden we op de snelweg richting Langenschiltach. Tot morgen! Tekst: Luc Verschooten. Foto’s: Rina Meurs.





    05-10-2015 om 03:24 geschreven door Luc Verschooten

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per maand
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    engelengeduld
    blog.seniorennet.be/engelen
    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    maatschap
    blog.seniorennet.be/maatsch
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    biekebolleke
    blog.seniorennet.be/biekebo
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    toegankelijkkontich
    blog.seniorennet.be/toegank
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    rs
    blog.seniorennet.be/rs

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!