Goeie Blogvrienden,
Denkend aan het tuinpad van mijn vader bij dit zonnige weer, kijkend naar mijn fiets en dan die zonnegloed op mijn gelaat, was de beslissing vlug genomen. Vandaag zal ik de stad achter me laten om naar mijn geboortedorp te fietsen, als het ware een lokroep, zeker in deze meimaand, de Mariamaand. Op enkele km zie ik de ranke toren van de basiliek van Dadizele uitstijgen tussen de bomen over het vlakke land. Jammer genoeg is de weg er naartoe de voorbije jaren één groot autokerkhof geworden waar vooral veel tweedehandswagens worden verhandeld aan mensen uit de voegere Oostbloklanden. Prachtige nieuwbouwvilla's zijn dan hoog omheind door veiligheidsstaal en bewakingscamera's, maar dat vergeet een mens algauw wanneer je richting centrum Dadizele fietst. Zeker de blauwe vaandels met het Marialogo heten je welkom en ineens voel je dat je weer thuis komt. Thuis nu bij de hemelse moeder en straks bij mijn eigen moeder en vader. De basiliek is steeds nieuw, al ken ik die van kindertijd, maar met de deuren van het hoofdportaal wijdopen val je in de armen van Onze Lieve Vrouw van Dadizele, zeker nu juist een eucharistieviering op het einde loopt. Ik blijf dus dan maar achteraan staan met de ogen gericht op het miraculeus beeld ginder helemaal voorin met hoog in de lucht een kroon, getooid met witte linten die naar alle zijden naar beneden worden gedrapeerd tussen de vier steunpilaren.. Meteen maak je deel uit van die biddende gemeenschap.Maar ook de Mariale gezangen, de kaarsen, de wierook van de vele missen van vandaag doet je vergeten dat er nog een pc-wereld is en gelukkig maar. Omwille van die plotse kilte na de fietstocht loop ik dan maar het Rosarium binnen, een mooi bedevaartspark naast de kerk waar ik meteen word meegedragen door een Franstalige groep die in een oase van groen het wesgegroet bemediteren. Klinkt zo anders en niew in een andere taal. Vanop een afstand aanschouw en beleef ik dit moment .... laat ons hier drie tenten bouwen. Het park heeft zoveel aan kunst te bieden, aan stilte en natuur.
Maar ik moet haast maken wil ik nog mijn ouders spreken. Toch lonkt een tafeltje op een terras juist voor de basiliek me uitnodigend. Wat kan het leven mooi en eenvoudig zijn.
En dan komt een bejaard koppel naar me toe, vragen of ik bij hen kan zitten .... Ik weet niet of en hoe ik juist nu deze mensen moest ontmoeten, maar op deze plaats heb ik niets anders kunnen doen dan luisteren naar het verdriet van dat koppel dat haast geen enkele band meer heeft met hun kinderen ... Heb me achteraf afgevraagd of precies dat nu "bedevaarten" is.
Bijna aan mijn ouderlijk huis aangekomen, zie ik mijn ma het gras afrijden ... zie ik mijn pa het grasgedeelte tussen zijn fruitbomen ook al afrijden ... en ik keek er naar en dankte voor zo een ouders, denkend aan wat dat ander koppel me daarnet toevertrouwde.
Nog wat bijpraten en dan rij ik terug naar huis, naar "stad" ... Het was een mooie en zeer intense dag, eens alles loslaten .....
|