Krakelingen en Tonnekensbrand in Geraardsbergen
Op één en dezelfde dag viert Geraardsbergen tweemaal feest : Krakelingen en Tonnekensbrand. De oudst bewaarde stadsrekening (1393) vermeldt reeds de onkosten voor het vuurfeest Tonnekensbrand, dat toen ook al door het stadsbestuur georganiseerd werd, en toen reeds een oud gebruik genoemd werd. Sindsdien vinden we de bewijzen van zowel Krakelingen als Tonnekensbrand ononderbroken terug in de stadsrekeningen, met uitzondering van de godsdienstoorlogen in de 16e eeuw en de Eerste en Tweede Wereldoorlog. In oorsprong zouden deze feesten Keltisch zijn.
Naar aanleiding van het Geraardsbergse Krakelingenfeest, schreef ik dit gedicht naar een Keltische mythe waarin Ker, een Keltische godin, in hoedanigheid van een witte zwaan over een duistere en mistige vijver vaart. Haar verschijning is zo verblindend mooi en innemend waardoor de Keltische hoogpriesters heel wat riviernamen verzonnen waarin Ker (Korè = meisje maagd), Cher of Jer voorkomen. Ook Geraardsbergen zou volgens keltologen van Ker, die bij de Germanen Gert of Geertrui werd en bij de Franken Gerard afkomstig zijn.
Vanuit de vijver op de Oude Berg
Helder water opborrelend in tertiaire klei!
De Keltische godin Ker zocht in de gedaante
van een witte zwaan,
al vliegend boven de stroom een weg.
Ze kwam terug,
en vertelde dat het water boven
de heuvel weelderig opwelt,
tussen bosjes met klimop en maagdenpalm.
Het water neemt
zijn vaart, wordt breder,
neemt aarde van de oevers mee,
vormt een bedding, wordt een rivier.
Waarin vissen kletsend opspringen
en dan naar de diepte duiken.
Het water vloeit diepe valleien door,
keert tegen de oevers aan,
verder naar de zeeën.
Van hieruit kwam het leven,
uit donkergrijze zwevende wieren
en schelpen uit kalk opgebouwd.
Uit de oerklei kwam Ker, de witte zwaan,
als godin van het duistere water, die alles wist,
en vertelde van Geertrui, Geert
en Geraardsbergen.
Karel De Pelsemaeker
|