die Stadt, eine Ruine. durch ihre Krümme streben die Säule nach einer höheren Sphäre. sie schleppen Tympana die einer Ewigkeit trotzen von Nichts. brüchig ist der Marmor, und die Risse ehren die Menge, zerschmettert unter dem Gewicht des Diamanten, der sich als Mensch bezeichnet.
Homme
la ville, une ruïne. par leur courbure, les colonnes cherchent des sphères plus élevées. elles sont accablées par des tympans, qui affrontent une éternité de rien. des fissures suivent le marbre, et rendent hommage la foule, écrasée sous le poid du diamant, qui sapelle homme.
Man
the city, a ruin. the crookedness of the colums, striving for higher scopes. bearing tympanums that defy an eternity of nothing. fissures running through the marble, honouring the crowd, shattered by the weight of the diamond, calling herself man.
Het stemt mij droef te moede, wanneer ik weer eens over al dat gekrakeel binnen onze Belgische regering moet lezen. Kan het nu echt niet anders ?
Mens
de stad, een ruïne. in hun kromheid streven de zuilen naar hogere sferen. zij torsen timpanen die een eeuwigheid trotseren van niets. barsten lopen doorheen het marmer, en eren de massa, verpletterd onder het gewicht van de diamant die zich mens noemt.
Uomo
la città, una rovina
nelle loro curvatura
le colonne aspirano
a sfere più alte.
portano con sforzo timpani
che affrontano un' eternità
di niente.
le fenditure attraversano
il marmo, e onorano
la massa,
schiacciate sotto il peso del diamante
che si chiama uomo.
Onderstaand verhaal vond ik op een strooibriefje in een kerk in Brussel. Ik vertaalde het voor jullie uit het Frans :
Er was eens een oude man, gezeten niet ver van
een oase, aan de ingang van een dorpje in het Midden-Oosten. Een jonge man kwam
naderbij, en vroeg : Ik ben hier nog nooit geweest. Hoe zij de mensen die hier
in het dorp leven ? De oude man antwoordde hem met een vraag : Hoe zijn de
mensen in het dorp waar je vandaan komt ? Egoïstisch en stout. Dat is de
reden waarom ik blij ben, vertrokken te zijn. Je zult dezelfden hier
vinden., antwoordde de oude man.
Wat later nadert hem opnieuw een jonge man, en
stelt hem dezelfde vraag : Ik kom van een andere streek. Hoe zij de mensen
die hier leven ? De oude man antwoordt : Zeg mij, jongen, hoe waren de mensen
die in jouw dorpje leven ? Zij waren goed, gastvrij en eerlijk. Ik had er
vele vrienden, en het deed me pijn, hen te moeten verlaten. Je zult dezelfden
hier vinden.
Een handelaar die zijn kamelen liet drinken
had beide gesprekken gehoord. Toen de tweede jongen zich verwijderd had, vroeg
hij de oude man op een verwijtende toon : Hoe kun je twee verschillende
antwoorden op dezelfde vraag geven ?
Mijn zoon, zei de oude man, iedereen draagt
zijn universum mee in zijn hart. Degene die komt van een plaats waar hij niets
goed vond, zal ook hier niets goed vinden. Degene echter die vrienden had in de
andere stad, zal ook hier trouwe vrienden vinden. Want, zie je, de mensen
gedragen zich tegenover ons als dat wat wij in hen vinden.
Het is alweer twee jaar geleden, dat de laatste dichtbundel van mijn hand, "Avalon en verder", het levenslicht zag. Momenteel werk ik aan een nieuwe bundel, misschien heb ik wel genoeg gedichten voor twee bundels, wie weet. Een titel ligt nog niet vast, maar ik houd jullie op de hoogte.
Willen jullie een idee van welke woorden zo al mijn pen ontvloeid zijn, kijk dan al eens hieronder.