Lonely me
Golvend danst mijn zeilschuit op de baren,
rollend schuim likt aan de romp,
stuwende deining duwt haar in de kont,
t sturen moet ik met precisie klaren,
we hobbelen alsof het op de kermis was.
Stampend, slingerend, gierend en nog meer,
mijn ogen navigeren t kompas op en neer,
nergens heeft mijn bootje een houvast,
ik ben alleen nu met de wijde zee,
niets dan schuimend stijgend, dalend water,
dat is het nu voor nu tot vele uren later,
ik heb enkel het kielzog als gezelschap mee.
Zo gaan we verder dan de eigen horizon,
geen mens of land meer in het zicht,
iets waar menig zeiler toch voor zwicht,
maar voor mij is dit nog maar t begin!
Onstuimig plenst het groenbruin,
zoute vocht me tegen, een vrachtschip,
toetert me zijn manoever aan, er is,
geen kustlijn meer waar buildings staan,
en af en toe waait harde wind me toe,
als zilte regen
.
Bij mijn watertocht verlaat ik telkens weer,
diezelfde haven, die vanwaar ik alles,
opnieuw plan, van vooraf aan, waar,
geliefde vrienden staan op wacht,
om mij begaan, waardoor nooit,
eenzaamheid, aan mijn
ziel,
zal zitten te knagen
!
|