KRISTIAAN VAN INGELGEM
Organist – beiaardier – componist Kristiaan Van Ingelgem werd op 9 juni 1944 geboren in Sint-Gillis (Dendermonde). Hij bezorgde ons niet alleen veel mooie composities en luistermomenten, maar was tevens de pater familias van een zeer muzikale familie. De liefde voor muziek, naar eigen zeggen geërfd van zijn vader, gaf hij op zijn beurt door aan zijn kinderen Maarten, Pieter en Tineke.
Op 15 februari 2024 overleed hij in Aalst.
Opleiding
De eerste muzieklessen en piano-onderricht kreeg hij thuis van zijn vader, Frans-Jan, die organist en koordirigent was in Opwijk.
Ook op school werd zijn interesse voor muziek gestimuleerd door o.a. priester Marcel Weemaes (dichter en componist van liturgische liederen).
Na een opleiding in de muziekacademie van Dendermonde trok hij naar het Lemmensinstituut in Mechelen en nadien in Leuven en werd er laureaat orgel en pedagogiek. Hij behaalde er de prijs Lemmens-Tinel (1969). Een van zijn leraars was Kamiel D’Hooghe.
Verder bekwaamde hij zich in het orgelspel en improvisatie aan het conservatorium van Maastricht (1972).
In 2004 promoveerde hij aan de Koninklijke Beiaardschool Jef Denyn te Mechelen tot gediplomeerd beiaardier.
Organist, beiaardier en leraar
In 1970 startte Van Ingelgem zijn carrière als leraar aan diverse instellingen zoals de Koninklijke Beiaardschool in Mechelen, de Rijksmuziekacademie in Etterbeek, de Kunsthumaniora in Brussel en de Muziekacademie in Aalst.
Aan het Brusselse en later aan het Antwerpse conservatorium doceerde hij praktische harmonie.
Naast deze pedagogische opdrachten was Van Ingelgem organist-titularis aan de Sint-Maartenskerk in Aalst (1972) en stadsbeiaardier in Aalst.
Hij trad als organist solistisch op in binnen- en buitenland met een voorkeur voor Vlaamse en Franse componisten. Hij werd geprezen omwille van zijn groot improvisatietalent. Ook als begeleider van koren en orkesten werd hij zeer gewaardeerd, o.a. door het knapenkoor Cantate Domino o.l.v. E.H. Michaël Ghijs en het koor De Tweede Adem o.l.v. Kristiaans zoon Maarten. Zo speelde Kristiaan orgel bij grote uitvoeringen van oratoria (vb. ‘De Oorlog’ van Peter Benoit) of op manifestaties zoals het Vlaams-Nationaal Zangfeest. Hij was vaste organist van het omroeporkest van de BRT. In Diksmuide bespeelde hij de beiaard tijdens een misviering van de IJzerbedevaart die rechtstreeks uitgezonden werd door de toenmalige BRT.
Van Ingelgem organiseerde in Aalst jaarlijks orgelconcerten en was medewerker van het Festival van Vlaanderen.
Componist
Van Ingelgem componeerde vaak in opdracht van muziekverenigingen of instanties.
Vanzelfsprekend componeerde hij voor zijn 2 instrumenten: het orgel en de beiaard.
Voor orgel vermelden we o.a. ‘Toccata’, ‘Sonate’, ‘Passacaglia en fuga’, ‘Te lucis ante terminum’, ‘Impressies’, Jesu, dulcis memoria’ en ‘Fuga’ op een dodecafonisch thema.
In deze orgelcomposities merken we invloed van de Franse romantische en moderne orgelliteratuur (Franck, Vierne, Widor, Duruflé, Dupré, Messiaen) vermengd met de Vlaamse orgelschool van Lemmens, Tinel, Peeters en Roelstraete. Gregoriaanse invloeden worden vervlochten met moderne en vrije technieken en klanken.
Voor beiaard schreef hij o.a. ‘Sprookje op de naam Fabiola’ (1998) als plichtwerk bij een beiaardconcours te Mechelen, ‘Sonant’ en ‘Beiaardsuite’. Deze werken zijn spitant met soms een vleugje ondeugendheid.
Naar de roman van Lous-Paul Boon componeerde Van Ingelgem het orkestwerk ‘Mijn kapellekensbaan’ voor kamerorkest en daarnaast schreef hij enkele kamermuziekstukken zoals ‘Fantasie’ voor hobo, cello en piano en ‘Sonate’ voor viool en piano.
Als theatermuziek componeerde hij voor vocale en/of instrumentale bezetting ‘De Wolken’ (tekst: Gaston De Cock, 1985, naar Aristofanes)) en ‘Passio Christi’ (tekst: Wouter De Bruyne, 1991).
Ook voor piano schreef Van Ingelgem enkele composities.
In zijn muziek toont Kristiaan Van Ingelgem zich enerzijds als een “denkend” en anderzijds als een “bedachtzaam” componist. “Denkend” in zijn zoeken naar een betekenisvolle interactie tussen werk en context en “bedachtzaam” in zijn gevecht tegen oppervlakkigheid. Hij wil geenszins de Vlaamse traditie verloochenen, maar hij wil die een plaats geven binnen de moderne klankwereld.
Niet te verwaarlozen zijn zeker de koorcomposities van Kristiaan Van Ingelgem.
Als oud-student van het Lemmensinstituut bleef hij enerzijds trouw aan de grootsheid en machtige klankidioom van Mgr. Jules Van Nuffel maar met een eigen inbreng van polyritmiek, imitatieve dialoog en homofone declamatie. Toch blijft hij in vergelijking met tijdgenoten zoals Vic Nees, Raymond Schroyens en Kurt Bikkembergs vrij klassiek en behoudsgezind.
Een greep uit zijn koorcomposities: ‘Twee Feestliederen’ (1970); ‘Drie liedjes van de Koele Wijn’ (1970), ‘Een Gracie’ (4 ad 5 voces, 1971); ‘Vijf oud-Nederlandse volksliederen’ (3 ad 5 voces, met piano, 1972); ‘Amor vincit’ (voces aequales, 1972); ‘Ave Maria’ (vocaal kwartet én gemengd koor, 1977: een originele combinatie van het Ave Maria van Arcadelt en een eigen tegencompositie); ‘Tien geestelijke koorliederen’ (diverse zettingen, 1978); ‘Twaalf oud-Nederlandse volksliederen’ (voc. aeq., 1979); ‘Twee kerstliederen’ (voor vier mannenstemmen, 1979); ‘Victimae paschali’ (4v., 1981); ‘Veni Sancte Spiritus’ (4v., 1981); ‘Vier koorwerken voor mannenstemmen’ (5 ad 6 voces, 1983); ‘6 Liederen’ (voor drie gelijke tot vier gemengde stemmen, 1986); ‘Te Deum’ (soli, koor en symfonisch orkest, 1989); ‘Een lofzang op de Schepper’ (4 ad 5 voces, 1990); ‘Hymnus de organorum opifice’ (4v., 1990); ‘Drie gelegenheidsliederen’(Für Elise voor Louise – E-mail voor Emile – Liedje voor de Liereman, 1996); ‘Psalm 150’ (koor, bariton en symfonisch orkest, 2002); ‘Drie gelegenheidscomposities’ (Als bij nacht de zangers slapen – Missa Falurda – Pridi ty (4 ad 6 voces, 2003)); ‘IJzerbedevaarthymne’ (resp. 1975, 1992, 2004).
Andere vocale werken zijn nog: ‘Die winter is vergangen’ (SATB, uit De Monte Koorreeks 1968, heruitgegeven in 2011 door Koor&Stem); ‘Vita dulcis’ (SSAA, uitgegeven door Euprint, 2005); ‘Missa nubentium’ (SATB, 2006, uitgegeven door Euprint, 2020); ‘Er viel ’n keer een bladje’ (SSA, op tekst van Guido Gezelle, klavier, 2007, verscheen in 2021 bij Euprint); ‘Het liedje van de liereman’ (SABar, in Mi lanct na di, uitgegeven door Koor&Stem, 2011); ‘Cirkelzang’ (3 soli, SSSA, harp, op tekst van Annie Van Keymeulen, uitgegeven door Euprint, 2014); ‘Hodie Christus natus est’ (2 soli, SSA, harp, uitgegeven door Euprint, 2014); ‘La Najtingalo’ (SSA, 2015, uitgegeven door Euprint, 2016. Voor EMJ/Neerpelt).
Erkenning
Hij ontving de Stimusprijs voor uitvoering van hedendaagse composities en voor beiaardsuite kreeg hij de Jef Denijnprijs.
In 2013 kreeg hij de Gaston Feremansprijs.
Te beluisteren
Verschillende improvisaties, maar ook originele composities voor orgel, beiaard of koor zijn vastgelegd op cd of zijn te beluisteren via archiefopnames van radio en televisie.
KRISTIAAN VAN INGELGEM IMPROVISEERT OP HET ORGEL VAN DOORNIK, Région Wallonne, 1986
KRISTIAAN VAN INGELGEM OP HET ORGEL VAN DE NORBERTIJNENABDIJ POSTEL, CD 5509, 1990
THE ORGAN OF O.L. VROUW HEMELVAART AT NINOVE, Monumenten en Landschappen, CD 88 808, 1992
ERIC HALLEIN SPEELT SYMFONISCHE ORGELMUZIEK UIT VLAANDEREN, CDSE 92124, 1992
KRISTIAAN VAN INGELGEM OP HET PELS-ORGEL VAN DE HEILIG-KRUISKERK TE LEBBEKE, P5625, 1994
KRISTIAAN VAN INGELGEM BESPEELT DE ORGELS VAN BERLARE, UITBERGEN EN OVERMERE (n.a.v. 200 jaar Boerenkrijg), KB 7023, 1998
300 JAAR FORCEVILLE-ORGEL TE NIEUWENKERKEN BIJ AALST, 2003
20 JAAR KOORLEVEN IN VLAANDEREN, BRTN Radio 3, CD 1536
KERSTNACHT, DIE SCHONE, 1991 (Koor Jubilate Lanaken o.l.v. Ludo Claesen)
Op YouTube (kristiaan van ingelgem - YouTube ) vindt men verschillende opnames van werken van / door Van Ingelgem.
|