De Algemene Manager voor de afdeling Papier met watermerk (wat bedoeld dat dat bepaald papier, in rollen of in vellen, uitsluitend gebruikt moet worden voor het drukken van kranten, boeken en magazines, waarvoor er volledige vrijstelling van belastingen bestaat), van onze firma, over het gehele land, maar die in Rio de Janeiro leefde en werkte, was een Joodse Duits (weeral), Werner S., die werkelijk de meest sympathieke mens van de firma NIET was, maar wel behoorde, in compensatie, tot de meest ambetante. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Hij was er in geslaagd voor zijn zoon, die diezelfde karaktertrekken bezat, maar niet zodanig slim was, een tafeltje te veroveren waar hij geautoriseerd werd te verblijven gedurende het grootste part van de dag. Aangezien hij, de zoon dus, zichzelf een beetje zoals een kunstenaar voelde die nog moest ontdekt worden (ik ken een andere, gelijkaardige mens, in België) had hij van de vrije tijd gebruik gemaakt om wat schetsen te zitten maken van logotypes, voor gebruik op enveloppen, briefpapier en dergelijke, zodat hij uiteindelijk toch voor iets diende (hij was al over de dertig).
Het is eigenaardig, maar zowel de vader, als de zoon, waren onbekwaam hartelijk te kunnen lachen. Het maximum dat ze konden produceren, allebei, na veel inspanning, was een min of meer scheve glimlach, maar echt niet besmettelijk.
We besloten daarom, op een zekere noen, een enorm lange, papieren, fel gekleurde, staart aan de broekriem van de zoon te hangen, zodat hij er praktisch de gehele namiddag mee rond heeft gelopen, tot algemeen jolijt van de tientallen collegas. Eens eraan gevestigd was het moeilijk hem er terug af te knopen en het gevreesde is gebeurd. Op den duur toogde hij het kantoor binnen, nog altijd zonder argwaan, van zijn vader, terwijl wij allemaal al krampen hadden gekregen in onze kaakspieren, van het zodanig lachen.
Het duurde maar enkele seconden vooraleer de vader naar buiten vloog en rechtstreeks op mijn kantoor afbeende, schuimend en wit van de woede.
Eerlijk, ik was de dader niet geweest van deze dagelijkse zonde maar wist wel wie het zou kunnen geweest zijn en hij wilde dat ik persé, als verantwoordelijke van de afdeling, mijn collega verraadde. Ik heb moedig aan zijn verschrikkelijk aanval weerstaan, hij heeft mij uitgedaagd en uitgescholden voor alles wat lelijk was, maar hij heeft geen enkel woord uit mijn mond kunnen trekken, tenzij mijn bod voor verontschuldiging en de dader heeft weeral eens, op het nippertje, kunnen ontsnappen van ontslag, met enkele muilperen erbij.
Een eender voorval is gebeurd met één van onze oudste verkopers, César, die dat ook niet goedkoop heeft ingeslikt. In tegenstelling met de Duitser, was hij wel sympathiek, had het uitzicht van een werkelijke Schipper (naast Mathilde) en was tot diene bepaalde dag erg vriendschappelijk met mij omgegaan. Ongelukkig genoeg is onze verhouding verzuurd met dat voorval en is hij gestorven zonder dat we ooit de vrede hebben hersteld. Spijtig, maar verrader ben ik nooit geweest. Beter medeplichtige dus, maar alleen maar in de dagelijkse zonden.
De maximum straf, hier in Brazilië, voor zon kleine misdaad, is alléén maar twee dagen gevang en een rappe en pijnloze verkrachting door de gevangenisbewaker, die zelfs niet alle dagen goesting heeft en veel spuug gebruikt..
Zou het toch waar zijn dat ik altijd een deugniet ben geweest??
PS: Nog iets in verband met diene (half dwaze) zoon van Strube. Hij had, toen ik eens van plan was geweest mijn eigen firma op te richten in Brazilië (Flamagraph), een logotype ontworpen met diezelfde naam en ik had hem de helft van de afgesproken prijs al overhandigd. Zijn kunstwerk, vertegenwoordigd door de final art van het logotype bestemd voor het briefpapier had ik bewaard onder een bundel oude gazetten, boven op mijn bureelkast. Enkele weken daarna schoof ik het plan van mijn eigen firma opzij en vroeg hem af te zien van het logotype bestemd voor mijn toekomstige enveloppen. Hij was duidelijk ontgoocheld met mijn beslissing en wilde van geen akkoord weten. Hij wilde, omdat hij wilde, zijn project voltooien om de andere helft van de afgesproken prijs ook te kunnen incasseren. Ik besloot zijn opinie niet in acht te nemen en weigerde.
Weette gij dat hij geniepig mijn bureel, s avonds laat, helemaal heeft uitgepluisd met de bedoeling het al afgeleverde (en betaalde) originele logotype terug te pakken?
Diene vreemde viado. Ik heb het wel opgemerkt, natuurlijk, maar heb vermeden hem publiek te beschuldigen...