nog altijd ontmoet ik mannen en vrouwen die iedere dag of nacht, soms in het zweet, rouwen als slachtoffer van toen; wie had dat in '45 nog verwacht
"nooit meer" zeggen we op 4 mei en gedenken dat vaak ook in stilte ik ontmoet "de ver van mijn bed show" en kilte, zelfs vernederende woorden nu ik zoveel mensen zie op de vlucht voor hen die wijken, soms verdrinken, voor een moorddadige tucht wie van ons zou nog
een schuilplaats bieden aan een medemens in nood wie is nog in staat gastvrij te zijn, het brood te delen met ontheemden: wat is onze menselijk maat.
"nooit meer", staat op onze lippen en vieren onze bevrijding groots er zijn er nog maar enkele die dagelijks echt weet hebben van die oude oorlog, voelt de herinnering voor ons nu doods?
21-02-2017 om 12:05
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
wat niet is.
zeg nimmer dat ik er niet ben of de indruk geef dat het mij koud laat, al wat is van zachte waarde wel is het zo dat ik niet ieder moment ken als jij zweeft tussen hemel en aarde
dat je er bent is onmiskenbaar in mijn hand geschreven maar daarin staat niet elk gevoel dat met jouw hart, al kloppend, blijkt te zijn verweven
alleen pure krachten kunnen uit onzichtbare gedachten een stille verwachting zeven
een mens, zoals ik, is daartoe doorgaans niet toe in staat mijn armen zijn vaak te kort oren neigen soms geluid te verzachten en mijn gevoel staat met regelmaat voor een gesloten poort; ik weet me dan ook geen raad
we delen de verlatenheid in het aardse bestaan de hoop erkent echter niet de gelatenheid; die duidt ons samen verder te gaan
21-02-2017 om 12:05
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Zij aan zij
in 't land van daar onbereikbaar ver voor mij ligt mijn heimwee, zo teder stil
waarom dat woont in menig stap, ik heb daarvan geen weet het is niet uit vrije wil noch in aanvang gedoopt ik word zomaar meegesleept
is het haar dans in kleine pasjes of de krekel in de avond die fluistert in mijn oor
is het de kleur groen in een overweldigend koor of ligt de smaak aldoor in mijn mond
ik heb geen weet doch het leeft wel in mij 't is een wezenlijk verlangen eeuwig en waar ik ook in gedij
vraag maar niet verder waarom ik ben bevangen door het land van daar over de verte heen, zij aan zij
21-02-2017 om 12:04
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Soms
soms ben je zelf de stille vriend die naar je luistert even het beste gezelschap dat je op enig moment verdient
immers de ander is iemand die enkel fluistert en niet jouw verte ziet
vreemde woorden doven ook al is je weerstand week ze raken niet je hart, hoop laat je in de steek
het is vluchten in een heelal van verborgen zuchten maar tegelijk vastzitten in een klemmende val
zelfs een glimlach mist zijn doel er heerst een ijzig gezag; samen voelt als koel
21-02-2017 om 12:03
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
nummer 8
lucht van de lege straat kent een stadse geur de stilte is vreemd
ik ga voorbij de verlatenheid, aan de linkerzij, deur voor deur
doeken dienen als luiken immers de hitte speelt op
het beklede raam sluit de wereld buiten de oude man op nummer 8 ontmoet alleen zijn naam
hij denkt in dromen over de wens naar morgen als zijn naasten weer zullen komen, nu leeft hij in zijn avond verborgen
21-02-2017 om 12:03
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
groen blaadje
u lust nog een groen blaadje? dat is niet aan mijn dovemansoren gericht doch enige rijpheid van het groeiend zaadje verhoogt de smaak wellicht
niet dat ik zou weigeren bij het naderen van mijn aangezicht toch zal ik het wassen niet laten het is niet iets waar ik vaak over zal praten
maar ik maak me zorgen over de onbevlektheid toch voor het oog althans vaak onzichtbaar verborgen
ik zal trachten al was het maar uit fatsoen enige afkeer te overwinnen want al wordt het, als zijnde vers gekeurd
de groenten van het land blijken vaak met gif besmeurd
21-02-2017 om 12:01
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
wat zegt u
dat het mooi weer is ja, dan hoor ik het goed met regen is het mis had ik u ook niet gegroet of enkel gewuifd
knikken kan ook doch wegkijken is niet mijn stijl verstoppen achter mijn sigarenrook zou niet lukken de wind waait het weg o ja, ik zou nog kunnen bukken
veters aantrekken zogenaamd maar dan loert spit om de hoek dat heb ik soms, maar dan zou ik me ietwat hebben geschaamd
ik loop immers in korte broek en dan kom ik in een houding die mij, als heer van stand niet echt betaamt
wat vertelt u me nou oh, u moet al verder het is goed u weer eens te zien de groeten aan uw vrouw
is die met de noorderzon vertrokken? ja, mijn oprecht medeleven het is geen ramp zie ik in uw ogen wel, geniet van het vrije leven
alles zelf doen nu? ach, u loopt wel weer eens tegen de lamp
21-02-2017 om 12:00
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Vibratie
soms is de diepte zo ver en leeg dat woorden weerkaatsen op de bodem van de ziel
al staan duizenden op wacht er is er niet een die zich in het zwart kan verplaatsen
dat zijn die momenten in een dode lente en de winter deuren sluit,
bruggen lijken opgehaald ook oren verzwijgen dan haast ieder uiterlijk geluid
toch verzachten klanken gepaard aan het hart het gevoel in kille mistbanken
meedrijven op een melodie die het ritme van de adem grenzeloos herkent en zo het moment uitspreidt en verzacht
ik gun ieder zo'n fragment als de nacht overheerst waarin een viool dan gelijk met de stuurloze macht op een zachte wind vibreert
21-02-2017 om 12:00
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Op 't vroege uur in Mokum
ik zie voor mij uit over de oude gracht waar aan beide zijden rijkdom wordt herdacht
het is een verstard beeld op dit te vroege uur een enkele rimpel in 't water laat mijn ogen iets bewegen; het voorkomt leeg getuur
boten, ijzeren huizen achter elkaar, groot in getal liggen aan een verhoogde kade daar woont men in het dal verstild in de onderste stadslade
bolle bruggen, vaak beklinkerd in diagonaal verband verbinden beide oevers ze leggen al eeuwen contact met de huizen op stand
ieder met een eigen gezicht dat wel, onderscheid moet er zijn het duidt op onze lage landse aard toch leven we naast elkaar veelal in straten met aan weerszijde een stilstaande stenen trein
21-02-2017 om 11:59
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Muze
the lady in blue beschreeuwt , al beeldend, haar schoonheid
die zich tevens doch onvermijdelijk mengt met sterfelijkheid
dat is wat ik voel, het wonderbaarlijke doet ook lijden, wordt met melancholie aangelengd
het is niet enkel de schepping van een vreugd vertaald in een sensuele zucht
het heeft ook de dood in zich, verlies van de tanende jeugd het omvat beiden in een levenslange glijvlucht
het pure is ontegenzeggelijk de dag èn de nacht
maar maakt ook van nature van de nood een deugd doorheen de ijzige koude en vele hete vuren
21-02-2017 om 11:58
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Dochters in 't klein
jaren waren zij al onderweg maar in toenemende mate vroegen zij vaak, onbewust, om meer ruimte en om wat "zekerheid" achter te laten
ach, ik zag hen van klein naar groter groeien en toch, ze bleven zo teer in mijn veel oudere hart
al doende zag ik ze bloeien, en ze vaak met hun innerlijk en uiterlijk stoeien.
de voordeur was tot voor kort een poort van buiten naar binnen nu is het niet meer om de veilige thuishaven van de wereld af te sluiten; ze gaan aan de volgende ongewisse reis beginnen
ook wel om zich door jonge heerschappen te laten verleiden of om nieuwe dromen te volgen waar hun ziel van nature om vraagt ja zeker, gepaard gaande met een voorspelbare weerbarstigheid
ik zal ze missen, deze meisjes maar met belangstelling volgen, " naar vermogen " op weg naar volwassenheid
* (voor Dewi en Noa)
21-02-2017 om 11:58
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Over de kim
het wordt stil om me heen of krimpt het buiten in mijzelf heeft elke mens dat gemeen een geringer en dalend gewelf
zal het de rijkdom zijn die mij verblindt en goed is gezind dan wel de som van weerstand en verlies die altijd komt maar ik niet verkies
het kan de telkens kerende zandloper zijn die mij vermoeid doet raken en aan een uitgebalanceerde eeuwige berusting bindt
ach, het is om het even het uitzicht verdwijnt toch als sneeuw voor de zon
mij maakt het niet zo uit wat ik nu zeker weet is dat altijd weer de lente komt, naar verluidt, achter mijn eindeloze horizon
21-02-2017 om 11:57
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Betoog
vrouwen zijn onderweg en lijken voortdurend in de leg herkauwen aldoor het kwaad dat zij immer vinden op hun weg
ons wijzend naar wat liefde zou moeten of kunnen zijn met uitzicht op de teder volle baat,
waar is dat te vinden, juist, in een soort blauw azuur, een paradijs zonder levenspijn
een ding ontgaat hen echter daar wonen geen mannen met haren op hun borst
er rust een edele prins in rozengeur die zijn gebrul uit wil bannen en sokken draagt met gelijke kleur
geef mij maar de kroeg op de hoek bij Tanja aan haar brede toog zij is voor mij een open boek
oké, wat gerafeld aan iedere hoek maar heeft geen weet meer dat ik ooit aan haar tepels zoog
21-02-2017 om 11:56
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
's Herenweg
mannen zijn onderweg drie mannen volgen elkaar zoals ik nu zeg achter verloren dromen
neen, niet een zichtbare doodlopende weg maar toch, het zijn verleden gedachten die aan hun ogen voorbij komen
en de aanstaande morgen in het ochtendgloren gewis niet zullen verzachten
de kruisingen op hun gelaat verhalen van verwarde snaren is het levensverraad of gewoon de laatste jaren baren
d'ogen blikken in de ziel van een spiegel als zij, de mannen, de richting kiezen, eigen aan hun bestaan
daar gaan ze drie baarden ooit komen zij daar aan
21-02-2017 om 11:54
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Kringloop
als het grijs komt of kaalte toeslaat en jong groen verder ontluikt schijnt een beeld te ontstaan waarbij de toekomst morgen is en het heden al is vergaan
ik zou met die gedachte toch zelf niet verder gaan ook al vertragen de jaren de ziel is nog steeds van vandaag
ik zou het kind in mij niet tot verplichte rust verklaren het is nog immer scheppend en vrij
in mijn ziel zijn al doende vruchten gerijpt en nog steeds draagt de geringde boom elk jaar nieuwe scheuten
men hoede zich ervoor zich niet van wasdom te ontdoen het bij voorbaat te beschouwen als een gesloten aureool of een haast versleten schoen
21-02-2017 om 11:53
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Als de lente verzaakt
ze gaat steeds vroeger, zonder licht
gedachten verzwaren het ademen
de lach zwicht voor verleden gevaren terwijl de ziel bij voortduring dicht in lettergrepen van pijn
in het heden leven blijkt ooit te zijn
in dromen blijven zweven welke angst beleven en morgen ja, is er een morgen die voor haar mag zorgen
is het doek te zwaar voor jouw schouder; ben je bij mij niet geborgen
wordt mijn kracht, holle macht mijn liefde een steen des aanstoots veranderen mijn oren in een lange schacht waar kwelling enkel op kwelling wacht
goud smelt soms bij koude regen bevriest vaak door uitzichtloos verdwalen
ga maar vroeg ga maar ik hoop dat een diepe slaap weer-zin doet verschralen
21-02-2017 om 11:52
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
A la Campagne
ik was er weer even, · daar, bij mijn grote liefde, het orgel à la campagne in het kerkje van Pleaux, Romaans en zonder franje
daar huist een geschenk hemels groots, te groot voor mij in het schaduw-rijke bedehuis, oprijzend aan de linker zij
de toetsen weten dat ik geen gedachten meer denk als ik mijn gevoelens door de loodrechte pijpen sluis
en onbewust verenigd word met de melancholieke melodie die deels mij toebehoort
maar ook weer vreugde schept indien de schoonheid daarvan als van zelve wordt aangeboord
21-02-2017 om 11:52
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
zonder titel
midden in het bomenland door groen gras omgeven ligt stil en haast verscholen mijn houten thuis, een stulpje met groei en bloei verweven
de tijd heeft het beschutte lijf van pannen op gelaagde planken gevormd, het heeft zijn pracht aan wisselende seizoenen te danken
in een verlatenheid, haast van mystieke aard, waar enkel de natuur zorgt voor ongedwongen klanken
daar kan ik van zelve mijn denken vertragen, woorden versagen; zij zouden gevoelens verkillen
ik zwijg derhalve en kan een innig verlangen naar hoger inzicht tillen
21-02-2017 om 11:50
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9