ik zag voor het eerst diepte in de verte van haar blik ontmoette haar even was er een kier
kijk mij hier leek zij te zeggen een open gebaar met zuchtende slik
pas nu dringt het tot mij door, hier keek een kind even uit de wind weg van een dwingend koor; was zij wel ooit bemind tot het moment, hiervoor
hoe zij dat ervoer kan ik niet weten alleen ik ving de glinstering in een verlengd ogenblik dat mag een tel van geluk heten; een schijfje steen in mindering
21-02-2017 om 12:20
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Keer op keer
vaak zie ik de mens, alleen als ik hem passeer of hij mij soms kijken we elkaar aan dan hebben we iets gemeen
niet altijd zijn de ogen open zeker, de leden zijn uit elkaar maar kunnen zich nog tonen als waren zij gebroken of in een vluchtig wuif gebaar groeten of hooghartig honen
aan een uiterlijke rimpel herken ik iets meer in het gezicht en de wenkbrauw is daarbij een wimpel, al helpende op duiding gericht
hoe hij gaat, vertelt nog meer waardig, soepel of verstijfd toch blijft het een puzzel, keer op keer immers mijn blik is nochtans ingelijfd
21-02-2017 om 12:12
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
ken je ook
ken je ook dat ontglippen van wat je dacht vast te hebben
of de idee je wereld dagelijks uit de krant te kunnen knippen,
dat het blijkt niet meer te zijn dan een farce, iets dat was
mijn handen lijken dan te trillen alles, ja alles wil als zand door mijn vingers slippen
zo voelt ook soms de liefde dralend aan haast stuurloos en vervreemd
het lijkt of ze de eigen weg is gegaan
ken jij dat ook
ja, dan voel ik me pas echt ontheemd
21-02-2017 om 12:12
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
hoe ik ga
werwaarts ga ik als deze kromme allee, aldaar zich kruist met het pad waar links en rechts nog bramen rusten in de nevel
en het vocht van sappig gras mijn blote voeten wassen omdat najaarswarmte zich laat gelden, werwaarts ga ik
wat ligt ten grondslag aan een te verkiezen richting ga ik af op gevoel dan wel het redelijk denken u kent mijn aard, doch, werwaarts ik
daar aangekomen voelt het als kiezen uit "quattro stagioni"
het kind ligt ver achter mij ouder ligt om de hoek, ginds, onzichtbaar maar niet ongemerkt, het lijkt balanceren in het nu, werwaarts ga ik toch
spreid op het snijpunt even de armen ik ben een kruis en vervolg mijn richting, voorwaarts
21-02-2017 om 12:11
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Tot het einde van de tijd
de tijd gaat voorbij aan mijn binnenbeeld zij toont de varianten van dezelfde ervaringen
van het begin tot nu of al dan niet daarvoor geteeld maar duidelijk van meerdere kanten in een caleidoscoop van verklaringen
ik geraak dan dieper bewust het leidt vaak tot plotse openbaringen alsof ik uit een slaap ontwaak er is dan even niets dat mijn onrust sust
het zijn vraagt om open ogen maar het is echter niet zo dat een voortschrijdend inzicht eindigt bij een dragend gedogen
morgen wordt er weer iets opgelicht, zo de adem dit kan dragen, men wordt wel wijzer maar ik weet niet of dit leidt tot al maar meer, mij nog toekomende, vreugdevolle nadagen
21-02-2017 om 12:10
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Ingebeeld (2)
hoe droog waren mijn lippen toen ik, ten langen leste, dorstig van stoffige wijsheid proefde
tandenknarsend viel mijn wereldbeeld in duigen toegedekt met droge blaren
zocht opnieuw, gelijk de mens is, een andere schim
*
ik was van mijn schepping getuige en kon wederom de horizon verklaren
21-02-2017 om 12:09
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Zijn
vandaag stond ik langs de lijn voor een dag geschorst of meer vertoefde even nog in schone schijn
moest echter naar leegte uitwijken aldaar ging de werkelijkheid redeloos en onstuimig te keer
voelt u zich ook wel eens teveel dat moet haast wel iedereen neemt daar ooit aan deel
of zou het zo zijn dat het eigen is aan de mens per saldo staat men alleen
en blijkt het verbinden, onverhoopt, een ingebeelde wens
21-02-2017 om 12:08
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Uur van de waarheid
zie mij als dichter bij de nacht, gedachten van de dag zijn bevlekt en bevracht maar eindelijk zonder gezag lossen op in het dagelijks zweet zout, zuur, vreugd en leed ik maak van de hemel gewag
de plek waar niets er toe doet enkel de pendule tikt zijn gang er is even iets wat niet moet behoudens de letters die ik nog even niet bevroed maar zweven als een duif die verlate brieven brengt naar mijn nimf die op dit uur niet met mij jaagt of mij verleidt op de weg die ik straks droom mijn zin heeft haar niet gevraagd de strijd haar niet uitgedaagd
dit is het uur van de waarheid gelijk aan een etmaal gelee ik word niet meer door mijn ik geleid de leegte van het donker is gedwee de tijd staat stil het hart vertraagt mij ontbreekt de wil gister en morgen zijn afgezaagd van aardse zorgen
het is de verre slaap en mijn laatste sigaret die geluk vertalen in laat mij met gesloten ogen in het ondermaanse verdwalen
21-02-2017 om 12:07
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Kerend getij
plots word ik mij weer gewaar van het ruisen van de wind een gevoel vol van verwondering dat ik zo vaak als muziek heb bemind
bladeren laten de geliefde zomer achter als ware het voortaan een vreemdeling zij moeten zich van haar onthechten om te vergaan op de bodem van verwachting waar zij zich met het aardse zullen vervlechten
zelfs mensen moeten vaak hun thuis verlaten vluchten dan voor natuurlijk of barbaars geweld met de onzekerheid of anderen hen zullen dulden : zij die leven in vrijheid en waar welvaart telt
dit kerend getij kent tevens vaak vele stormen ook nu weer of nog steeds uit een verre hoek met mannen, vrouwen en kinderen die zwerven : velen zijn oprecht naar onze gastvrijheid op zoek
21-02-2017 om 12:07
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
vluchten kan niet meer
nog altijd ontmoet ik mannen en vrouwen die iedere dag of nacht, soms in het zweet, rouwen als slachtoffer van toen; wie had dat in '45 nog verwacht
"nooit meer" zeggen we op 4 mei en gedenken dat vaak ook in stilte ik ontmoet "de ver van mijn bed show" en kilte, zelfs vernederende woorden nu ik zoveel mensen zie op de vlucht voor hen die wijken, soms verdrinken, voor een moorddadige tucht wie van ons zou nog
een schuilplaats bieden aan een medemens in nood wie is nog in staat gastvrij te zijn, het brood te delen met ontheemden: wat is onze menselijk maat.
"nooit meer", staat op onze lippen en vieren onze bevrijding groots er zijn er nog maar enkele die dagelijks echt weet hebben van die oude oorlog, voelt de herinnering voor ons nu doods?
21-02-2017 om 12:05
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
wat niet is.
zeg nimmer dat ik er niet ben of de indruk geef dat het mij koud laat, al wat is van zachte waarde wel is het zo dat ik niet ieder moment ken als jij zweeft tussen hemel en aarde
dat je er bent is onmiskenbaar in mijn hand geschreven maar daarin staat niet elk gevoel dat met jouw hart, al kloppend, blijkt te zijn verweven
alleen pure krachten kunnen uit onzichtbare gedachten een stille verwachting zeven
een mens, zoals ik, is daartoe doorgaans niet toe in staat mijn armen zijn vaak te kort oren neigen soms geluid te verzachten en mijn gevoel staat met regelmaat voor een gesloten poort; ik weet me dan ook geen raad
we delen de verlatenheid in het aardse bestaan de hoop erkent echter niet de gelatenheid; die duidt ons samen verder te gaan
21-02-2017 om 12:05
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Zij aan zij
in 't land van daar onbereikbaar ver voor mij ligt mijn heimwee, zo teder stil
waarom dat woont in menig stap, ik heb daarvan geen weet het is niet uit vrije wil noch in aanvang gedoopt ik word zomaar meegesleept
is het haar dans in kleine pasjes of de krekel in de avond die fluistert in mijn oor
is het de kleur groen in een overweldigend koor of ligt de smaak aldoor in mijn mond
ik heb geen weet doch het leeft wel in mij 't is een wezenlijk verlangen eeuwig en waar ik ook in gedij
vraag maar niet verder waarom ik ben bevangen door het land van daar over de verte heen, zij aan zij
21-02-2017 om 12:04
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Soms
soms ben je zelf de stille vriend die naar je luistert even het beste gezelschap dat je op enig moment verdient
immers de ander is iemand die enkel fluistert en niet jouw verte ziet
vreemde woorden doven ook al is je weerstand week ze raken niet je hart, hoop laat je in de steek
het is vluchten in een heelal van verborgen zuchten maar tegelijk vastzitten in een klemmende val
zelfs een glimlach mist zijn doel er heerst een ijzig gezag; samen voelt als koel
21-02-2017 om 12:03
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
nummer 8
lucht van de lege straat kent een stadse geur de stilte is vreemd
ik ga voorbij de verlatenheid, aan de linkerzij, deur voor deur
doeken dienen als luiken immers de hitte speelt op
het beklede raam sluit de wereld buiten de oude man op nummer 8 ontmoet alleen zijn naam
hij denkt in dromen over de wens naar morgen als zijn naasten weer zullen komen, nu leeft hij in zijn avond verborgen
21-02-2017 om 12:03
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
groen blaadje
u lust nog een groen blaadje? dat is niet aan mijn dovemansoren gericht doch enige rijpheid van het groeiend zaadje verhoogt de smaak wellicht
niet dat ik zou weigeren bij het naderen van mijn aangezicht toch zal ik het wassen niet laten het is niet iets waar ik vaak over zal praten
maar ik maak me zorgen over de onbevlektheid toch voor het oog althans vaak onzichtbaar verborgen
ik zal trachten al was het maar uit fatsoen enige afkeer te overwinnen want al wordt het, als zijnde vers gekeurd
de groenten van het land blijken vaak met gif besmeurd
21-02-2017 om 12:01
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
wat zegt u
dat het mooi weer is ja, dan hoor ik het goed met regen is het mis had ik u ook niet gegroet of enkel gewuifd
knikken kan ook doch wegkijken is niet mijn stijl verstoppen achter mijn sigarenrook zou niet lukken de wind waait het weg o ja, ik zou nog kunnen bukken
veters aantrekken zogenaamd maar dan loert spit om de hoek dat heb ik soms, maar dan zou ik me ietwat hebben geschaamd
ik loop immers in korte broek en dan kom ik in een houding die mij, als heer van stand niet echt betaamt
wat vertelt u me nou oh, u moet al verder het is goed u weer eens te zien de groeten aan uw vrouw
is die met de noorderzon vertrokken? ja, mijn oprecht medeleven het is geen ramp zie ik in uw ogen wel, geniet van het vrije leven
alles zelf doen nu? ach, u loopt wel weer eens tegen de lamp
21-02-2017 om 12:00
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Vibratie
soms is de diepte zo ver en leeg dat woorden weerkaatsen op de bodem van de ziel
al staan duizenden op wacht er is er niet een die zich in het zwart kan verplaatsen
dat zijn die momenten in een dode lente en de winter deuren sluit,
bruggen lijken opgehaald ook oren verzwijgen dan haast ieder uiterlijk geluid
toch verzachten klanken gepaard aan het hart het gevoel in kille mistbanken
meedrijven op een melodie die het ritme van de adem grenzeloos herkent en zo het moment uitspreidt en verzacht
ik gun ieder zo'n fragment als de nacht overheerst waarin een viool dan gelijk met de stuurloze macht op een zachte wind vibreert
21-02-2017 om 12:00
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Op 't vroege uur in Mokum
ik zie voor mij uit over de oude gracht waar aan beide zijden rijkdom wordt herdacht
het is een verstard beeld op dit te vroege uur een enkele rimpel in 't water laat mijn ogen iets bewegen; het voorkomt leeg getuur
boten, ijzeren huizen achter elkaar, groot in getal liggen aan een verhoogde kade daar woont men in het dal verstild in de onderste stadslade
bolle bruggen, vaak beklinkerd in diagonaal verband verbinden beide oevers ze leggen al eeuwen contact met de huizen op stand
ieder met een eigen gezicht dat wel, onderscheid moet er zijn het duidt op onze lage landse aard toch leven we naast elkaar veelal in straten met aan weerszijde een stilstaande stenen trein
21-02-2017 om 11:59
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Muze
the lady in blue beschreeuwt , al beeldend, haar schoonheid
die zich tevens doch onvermijdelijk mengt met sterfelijkheid
dat is wat ik voel, het wonderbaarlijke doet ook lijden, wordt met melancholie aangelengd
het is niet enkel de schepping van een vreugd vertaald in een sensuele zucht
het heeft ook de dood in zich, verlies van de tanende jeugd het omvat beiden in een levenslange glijvlucht
het pure is ontegenzeggelijk de dag èn de nacht
maar maakt ook van nature van de nood een deugd doorheen de ijzige koude en vele hete vuren
21-02-2017 om 11:58
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9
Dochters in 't klein
jaren waren zij al onderweg maar in toenemende mate vroegen zij vaak, onbewust, om meer ruimte en om wat "zekerheid" achter te laten
ach, ik zag hen van klein naar groter groeien en toch, ze bleven zo teer in mijn veel oudere hart
al doende zag ik ze bloeien, en ze vaak met hun innerlijk en uiterlijk stoeien.
de voordeur was tot voor kort een poort van buiten naar binnen nu is het niet meer om de veilige thuishaven van de wereld af te sluiten; ze gaan aan de volgende ongewisse reis beginnen
ook wel om zich door jonge heerschappen te laten verleiden of om nieuwe dromen te volgen waar hun ziel van nature om vraagt ja zeker, gepaard gaande met een voorspelbare weerbarstigheid
ik zal ze missen, deze meisjes maar met belangstelling volgen, " naar vermogen " op weg naar volwassenheid
* (voor Dewi en Noa)
21-02-2017 om 11:58
geschreven door Julius V.E. Dreyfsandt zu Schlamm : Gedichten 9