Ik ben alien in space, en gebruik soms ook wel de schuilnaam zotspook.
Ik ben een vrouw en woon in in het spokenkot (spokenland) en mijn beroep is zorgkundige.
Ik ben geboren op 14/03/1952 en ben nu dus 72 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: tuinieren, turnen, dansen, fietsen, reizen en uitstappen maken, Barbie- en Bratzpoppen verzamelen, mazen, haken en breien..
M'n andere grote hobby is de Russische Tsaren verzamelen, en vooral de laatste tsaar met z'n familie boeien mij enorm.
Vandaag ben ik nog is in m'n piepklein landje Neutraal Moresnet of Kelmis geweest en volk als daar was amai hoor dat was ongeluvelijk. Het was toch nog zo mooi weerke vandaag.
Waar hebben we vandaag weeral gezeten, amai eerst de Voerstreek, vooral Moelingen, St Pietersvoeren, Remersdaal naar Teuven, en zo naar Heyenraeth, natuurlijk zaten we daar heel verloren, dan naar Epen, in Nederland, naar Vijlen, daar kwamen we aan een hotelleke dat zich alpenzicht noemde hahahaha de Alpen laat mij is goed lachen, nadien kwamen we in Vaals en stonden voor een gek caffeetje met de prachtige naam het Hijgende Hert, nadien reden we door naar het Vaalser Broek, een kasteel of zoiets, totdat we aan het drielandenpunt kwamen, en overal krioelde het van het volk amai, motos, voetgangers, wandelaars, trekkers, jeugdverenigingen op speurtocht, toeristen, autos, fietsers, renners enz....... en zo reden we verder naar Gemmenich, Moresnet, Moresnet Chapelle, en Kelmis waar we naar het natuurreservaat Altenberg of Vieille Montagne reden, en daar natuurlijk is lekker gewandelt, met aan het kasteel van Hergenrath natuurlijk superdruk, want daar was een wedstrijd schermen aan de gang met paarden die verkleed waren, jaja echte ridders waren daar heel goed bezig met hun riddertornooien. Of wat dacht je, en ik heb m'n ogen is rondgekeken. Van al die jonge ridders op hun paard. Daar waren super ridders bij. Zou daar niet een lekker hapje voor mij tussen gezeten hebben, wie zal het zeggen.
Vandaag zijn we nog eens een visje aan de haak gaan slaan in Berg in Voeren, en we hebben heerlijk gevist hoor, jammer van de regen die af en toe kwam, en de kou. En hieronder mij een heel verhaal van een kannunik, wat het betekend tja dat weet ik niet, maar hij moet vier kloosterordes gesticht hebben, in Gent, hij was 250 jaar geleden geboren, en wij zijn in Gent op bezoek geweest in het voetspoor van die kannunik. Goed he spoken in de voetsporen van kannunik Triest
De goede mijnheer Triest, zoals iedereen hem in Gent noemde, pleitte bij de Nederlandse koning Willem I voor het behoud van de begijnhoven in Gent. In 1830 werd de tot dan toe ere-kanunnik Triest, titulair kanunnik van het Sint-Baafskapittel en tevens lid van de bisschopsraad.
Een jaar voor zijn dood, stichtte hij nog een vierde congregatie: de Zusters Kindsheid Jesu om de zorg van de vondelingen te behartigen. De inkleding van de eerste zusters en de overhandiging van hun regel heeft hij niet meer mogen meemaken. De 'Belgische Vincentius a Paulo' stierf op 24 juni 1836 met deze woorden op de lippen: "Geef, dan zal jullie gegeven worden" (Lk. 6, 38).
Op 15 mei 1802 kon Triest voor het eerst in het openbaar optreden. Vergevensgezind van aard, nodigde hij ook zijn parochianen uit hun vijanden van harte te vergeven. Een conflict met de antiklerikale burgemeester Fostier van Ronse bracht Triest in 1803 naar Lovendegem, waar hij geconfronteerd werd met schrijnende armoede. Om aan deze noden te beantwoorden stichtte hij op 4 november 1803 zijn eerste kloostergemeenschap: de Zusters van Liefde van Jezus en Maria.
De evangelisch bewogen en sociaalvoelende pastoor Triest werd in 1805 naar Gent geroepen om er met zijn zusters te zorgen voor ongeneeslijke zieken. Hij werd er lid van de Commissie van Godshuizen met de verantwoordelijkheid de armenzorg te helpen organiseren. Het werden dertig bewogen en actieve jaren met slechts één doel: vanuit Gods liefde armen, zieken en lijdenden opnemen, verzorgen en troosten. Om arme bejaarde mannen in de Bijloke beter te verzorgen stichtte hij op 28 december 1807 een tweede congregatie: de Hospitaalbroeders van de Heilige Vincentius, later Broeders van Liefde genoemd.
Triest was een goed organisator, een praktisch man, die de steun van politieke en kerkelijke gezagdragers wist te verkrijgen. Hij had tevens een diepe innerlijke spirituele rijpheid bereikt, die hem in staat stelde weldoordachte geestelijke richtlijnen uit te schrijven voor de zusters en de broeders. Gedurende zijn hele leven zal Triest blijk geven van een vernieuwende aanpak en een vooruitziende visie.
Om tegemoet te komen aan de thuiszorg van de armen stichtte hij in 1823 de Broeders van Sint-Jan de Deo, die in 1946 samengingen met de Broeders Hiëronymieten. Ondertussen verzorgden de Zusters en Broeders van Liefde bejaarden en ongeneeslijken in hospicen, ziekenhuizen en psychiatrische instellingen. Zij vingen wezen op, openden scholen voor het arme volkskind, kostscholen voor burgerkinderen en specialiseerden zich in onderwijs voor doven en blinden. Samen met Dr. Jozef Guislain werd Triest de grondlegger van de psychiatrische zorg in België.