Steeds weer sta ik verwonderd als ik in de rij sta bij de beenhouwer. Ja, die beenhouwerij is echt wel als een rij gebouwd. Een beenhouwer rij dus. Bij de ingang neem je een nummertje, je schuift door en betaalt aan de uitgang. Aan je linkerhand vind je wel honderd soorten in huis klaargemaakte schotels. Daarvan kun je zelf nemen wat je nodig hebt. Aan je rechterhand is dan de eigenlijke beenhouwerij met vers vlees en charcuterie. Daaruit bestel je als je aan de beurt bent.
Heel praktisch opgevat. Chapeau voor de beenhouwer. De winkel trekt dan ook massas volk, maar het schuift allemaal lekker door.
Maar ik blijf me verwonderen, en wel om de vele dames die met kennersoog de klaargemaakte schotels bekijken, er wat in graaien, en je ziét ze letterlijk denken: Dat is voor mij, dat andere zal mijn man graag lusten
de kindjes zullen dan weer tevreden zijn met dàt
en aan de kassa komen ze dan met een hele stapel schoteltjes. Voor het vers vlees hebben velen geen oog.
Modern times? Misschien. Maar wat komen die vele TV-koks dan doen op de beeldbuis? Waarom zijn die kookprogrammas plots zo in trek? Waarom wordt dat alles zo gretig bekeken? Door wie? Door Vlaamse keukenprinsessen in spé? Kookt Vlaanderen nog wel? Je zou zo zeggen van niét, want die beenhouwerij is maar één zaak van de tientallen kant-en-klaar zaken in mijn buurt. En die beenhouwer hééft tenminste nog verse producten. De andere hebben dat niét. Daar zijn: een zaak met Italiaanse specialiteiten. Een drietal broodjeszaken. Een Kebab zaak. Een meeneemchinees. Een frietjeszaak met allerlei meeneemspecialiteiten. En nog veel van dit fraais.
Nog nooit was er zoveel gratis informatie over koken te vinden, maar nog nooit ook werd in Vlaanderen zo weinig gekookt!!!
Als ik alleenstaande was zou ik me ook wel eens kunnen laten verleiden tot af en toe zon schoteltje. Maar voor de hele familie? Moet je gek zijn toch? Geen besef hebben van de waarde van je geld? En bovendien vind ik zelf het koken een plezierige bezigheid die ik, als ik alleen was, niet graag aan een ander zou overlaten!
En in diezelfde buurt volgen de faillissementen elkaar op: porseleinwinkeltjes, kledingzaken, elektrozaken, brei- en naaiwinkels (wie doet dat nou nog?), doe het zelf zaken (zélf doen geloof ik?)
ooit allemaal bloeiende onderneminkjes. Nu failliet. Maar alles wat met meeneemeten te maken heeft bloeit als nooit tevoren! Kan niet stuk! Hoéveel er ook bijkomen.
De broodjeszaken lopen dan weer vol tegen het middaguur als de school uitgaat. Dan staat daar de jeugd in de file voor een belegd broodje. Dus, de ouders kunnen ook al geen broodjes meer smeren en betalen dan maar liever drie euro voor een broodje met beleg van twijfelachtige afkomst en nog een paar euro extra voor een drankje. Dure jeugd! Als je er zo een aantal van hebt moet het maandgeld er al snel door zijn!
Niet dat ik iets tegen kant en klare maaltijden of broodjes heb, maar dan vraag ik me toch af of die mensen zich nooit vragen stellen. Er nooit eens bij stilstaan dat ze stukken goedkoper zouden kunnen leven door anders te gaan leven.
Als het nu nog mensen betrof die heus wel tegen een stootje kunnen, tweeverdieners en zo, zou ik het nog normaal vinden. Maar dat zijn ze niet. Dat zie je zó aan voorkomen en kledij. En bovendien, een mama die elke voormiddag tijd heeft om weer verse schoteltjes te gaan halen kan toch moeilijk een vaste betrekking hebben vind ik.
En nu wacht ik af. Wacht af of de crisis echt is of gefingeerd. Want ik besef dat die zaken heuse crisisbarometers zijn. En ik zal op de eerste rij zitten om de eerste tekenen daarvan te ondervinden: tien broodjeszaken over een afstand van honderd meter zullen onmogelijk nog hun brood kunnen verdienen. Bij de slager zal vooral naar de rechterkant en de verse, zelf te bereiden producten worden uitgekeken. De meeneemchinees zal niet meer meegenomen worden. En wie weet of die zaken niet op hun beurt zullen worden overgenomen door brei- en doe het zelfzaken!
Maar zolang ik die tekenen niet waarneem, is er geen crisis! Kun je mij niet wijsmaken! Crisis? Armoede? Gebrek aan luxe? Dat zie ik enkel op TV, als weer eens een reportage wordt getoond over het leven in sommige derdewereldlanden! Géén stromend water, maar kilometers ver naar een pompje lopen, of uit sterk vervuilde rivieren scheppen.. Geen wasmachines, geen TV, geen PC, geen telefoon. Eten als er voedsel voorradig is. De andere dagen maar op een lege maag lopen
Dàt is crisis! Maar wij? We zouden beschaamd moeten zijn als we over crisis durven spreken. Als we ons weeral eens een cadeautje van de domme staat zien ontnemen.
Maar laat ons ook indachtig zijn dat we al die luxe aan onze voorvaderen en aan onszelf te danken hebben. Laten we die voorvaderen dan ook dankbaar zijn en het niet allemaal te grabbel gooien aan wie er ook maar wil komen van profiteren!
Willy.
|