Wie, net als ik, een beetje poëtisch is ingesteld en vijf keer daags met het hondje gaat wandelen, kan niet anders dan af en toe verliefd worden! Verliefd worden op een bloem, op een struik of zomaar op een boom, of op een heel bos, maakt niet uit. Gewoon
verliefd worden op een mooie vorm of een mooi geluid!
En dan ga je dat ding een beetje verheerlijken en vliegen er poëtische gedachten door je hoofd. En plots ook word je dan, op dezelfde poëtische manier, verliefd op een mens. Maar oei! Dat is een ander paar mouwen! Hier zullen je hersenspinsels niet langer als proza worden aanzien, maar als laag bij de grondse lust.
Is dat nou niet gek? Mooi is toch mooi? Waarom zouden we een wezen van onze eigen soort niet mooi mogen vinden zonder verdacht te worden van zedenverloedering? Iets mooi vinden betekent toch echt niet dat je het wilt bespringen?
Wat volgt hoeft dan ook zeker niet te worden gelezen als het product van een ouwe bok die een groen blaadje lust! Wél van een ouwe bok die mystieke schoonheid weet te waarderen, waar dat ook maar in voorkomt.
-o-o-o-o-
Ik wandelde in het park met Chico tijdens een sanitaire uitstap.
Ze viel me al van ver op toen ze het park ook binnenstapte op een op zijn minst prominent te noemen manier. Ze deed me denken aan de woorden van de sergeant die ons, tijdens mijn opleiding, leerde marcheren: Borst vooruit, kont naar achter. Denk aan jullie zusters!.
Maar marcheren was wel het laatste wat ze deed. Ze was enkel maar een geheimzinnige, zwarte figuur met een fiere, heel aparte, langzame en ongenaakbare gang. Zwarte, perfect aansluitende broek. Zwarte, diep uitgesneden en spannende blouse die nauwelijks in staat was de uitdagend uitpuilende vrouwelijke uitsteeksels in toom te houden. Gitzwart, kortgeknipt, bijna mannelijk haar, scherp afstekend tegen een melkwit gelaat. Een veelzeggend, maar tegelijk nietszeggend gelaat. Iets waar je eventjes naar kijkt, probeert je er een beeld van te vormen en vast te houden, maar dat lijkt niet te lukken. Alsof je een foto wilt nemen van een fata morgana, en na ontwikkeling vaststelt dat er niets op het plaatje staat. En toch was dat melkwitte gelaat ontegensprekelijk mooi te noemen.
Haar blik stond op oneindig, en toen ze me voorbijliep keek ze dwars door me heen. En toch was ze ook een hondenbaasje. Haar hond, een Engelse Buldog, wit en bruin gevlekt, liep gedwee achter haar aan en versterkte haar ongenaakbare persoonlijkheid nog. Het duo leek voor elkaar gemaakt. Twee ongenaakbaren. Met zijn tweetjes alleen op de wereld. Zelfs de hond had geen oog voor Chico, die nochtans veel belangstelling toonde. Maar de enige blik die de Bul hem waardig achtte, was eveneens een blik die dwars door hem heen ging. Hij had alleen maar belangstelling in zijn bazinnetje.
Na die eerste keer zag ik haar nog dikwijls in het park. Meestal zittend in het gras, met de hond tegen haar rug aan gedrumd, zodat het leek alsof hij als haar liefkozende ruggensteun wilde dienen. Ze zat er zomaar. Kijkend zonder te zien. Geen blik van herkenning. Niets. Totaal ongenaakbaar. Want waar hondenbaasjes elkaar minstens even toezwaaien, komt er niets van haar kant. Nooit ook is ze in gezelschap. Lijkt haar eigen eenzaam leven te leiden met alleen de hond als trouwe metgezel.
Ze zou dertig kunnen zijn, maar dat valt moeilijk te schatten. Ik leid het af van haar lichaamsbouw, die nét een tikkeltje te zwaar is om echt slank te kunnen noemen naar de hedendaagse pannenlatnormen. Al moet ik zeggen dat die zwaarte dan vooral zit waar ze moét zitten.
En juist het feit dat ik haar zon mysterieuze figuur vind, maakt de poëet in me wakker, en mijn gedachten slaan op hol.
Héél af en toe zie ik haar heel eventjes enkele minuten in gesprek met een man van ongeveer haar leeftijd. Uit hun lichaamstaal kan ik dan wel afleiden dat ze het over de honden hebben, want hij heeft nét dezelfde hond. Naar ik me liet wijsmaken een heel moeilijk ras. Ze lijken dan ook wel alletwee professionele hondenbaasjes, want beide honden gehoorzamen bijna slaafs.
En zo is mijn mysterieuze figuur uiteindelijk veranderd in twee mysterieuze figuren, want ook hij is wel een diepere studie waard. Met één verschil: hém kom ik wel eens alleen met zijn hond tegen, en dan maken we een oppervlakkig babbeltje waaruit blijkt dat hij wel een heel sociale, warme man is. Zijn hond daarentegen staat er dan gewoon bij te staan en heeft niet het geringste greintje belangstelling voor mij noch voor Chico.
Maar terug naar haar, want mannen interesseren me uiteraard minder! Maar met mijn eenenzeventig jaar is mijn belangstelling puur poëtisch. Moest ik haar leeftijd hebben zou ik waarschijnlijk stapelgek op haar worden, maar ook dàn ben ik er zeker van dat ze geen enkele belangstelling zou tonen. Neen. Het zou me eigenlijk helemaal niet verwonderen dat mannen haar totaal niet interesseren! Misschien wel is ze lesbisch
of misschien is ze in zo sterke mate een einzelgänger dat ze helemaal geen belangstelling heeft in andere mensen.
Nu ze mijn belangstelling heeft gewekt als duo vrouw-hond, valt ze me ook wel eens op op straat als ze boodschappen doet. Zonder hond dan. Maar met diezelfde typische, gracieuze gang. Onlangs zag ik haar ook staan praten met een vrouw en had ik binnenpretjes. Die andere vrouw leek haar namelijk aan de praat te willen houden, maar heel haar lichaamstaal vertelde me dat ze weg wou. Weg van dit onnozele, zinloze gesprek dat de andere blijkbaar zo interessant vond. Weg om haar eigen gedachten weer de vrije loop te kunnen laten. En ik kon het lachen niet bedwingen, want daar herkende ik nét mezelf in. Die andere vrouw had dat natuurlijk niet door, maar toch, nog vóór ik op haar hoogte kwam had ze die plakkerige praatzieke dame toch weten af te schudden.
Of ik ooit contact met haar zou willen zoeken? Een hondenpraatje maken? Neen! Of ik haar persoonlijkheid verder zou willen onderzoeken? Neen! Alleen al uit angst de mythe doorprikt te zien. Want die kans zit er dik in. En trouwens, in dat geval zou ik haar ook kwijt zijn als mysterieus figuur, en dat is nou net wat me aan haar interesseert!
Bovendien: dat ze een einzelgänger is staat buiten kijf. En ik zou me rot voelen als ik dat niet zou weten te respecteren.
En dus: laat mij maar lekker verder fantaseren en de poëet uithangen. Daar voel ik me goed in. Meer verlang ik niet. Meer heb ik ook niet nodig!
Maar alleen omdat ze zoveel emoties in me weet los te maken, vond ik dat ik er maar eens een stukje moest over plegen.
Willy.
|