Roken?
In de eerste plaats gaat het er niet om of ik roker, ex-roker of niet-roker ben en wil ik ook geen stelling pro of contra innemen. Neen. Ik wil gewoon objectief de beweegredenen doorlichten die tot dergelijke verregaande bemoeienissen van vadertje staat hebben geleid, en bewijzen dat zulke praktijken meer en meer naar Big Brother toestanden toeneigen.
1. Waarom een parlement? In een staat moet orde heersen; mensen moeten tegen zichzelf en tegen anderen worden beschermd. Daarvoor moeten er wetten zijn, en dàt is de taak van een parlement.
2. Wat moet een parlement? In de eerste plaats wetten maken en goedkeuren die een eerlijk beleid mogelijk maken en diegenen die buiten de lijntjes lopen kunnen straffen.
3. Wat is buiten de lijntjes lopen? Wel, stelen, vechten, moorden, enz. En bovendien, als bepaalde stoffen of middelen tot deze wandaden kunnen leiden, die middelen verbieden. Drugs bvb kunnen zowel tot diefstal (om aan drugs te komen) als tot moord (niet meer beseffen wat je doet) leiden. Alcohol eveneens, maar in mindere mate.
Maar wat zien we gebeuren? De gevaarlijkste dingen worden meer en meer gedoogd (drugs) omdat het probleem te moeilijk en te complex lijkt voor die arme parlementaire hersentjes
Andere, ongevaarlijke gewoontes (roken), worden dan weer draconisch streng beteugeld (als compensatie voor hun machteloosheid tegenover échte problemen?) Toch heb ik nog nooit iemand een moord weten plegen omdat hij gerookt had, noch er een auto-ongeval door weten veroorzaken. Waar steekt dan de logica? Gewoon in het feit dat de roker een gemakkelijker, gewilliger en minder complex doelwit is dan de drugsverslaafde en veel andere personas non gratas. Bovendien zijn rokers meestal geen jankers, en worden dus niet gehoord. De openbare opinie lijkt aan hun kant te staan, verkozenen wagen er dus hun zitje niet mee en kunnen het klusje in een handomdraai klaren.
Is roken gezond? Neen. Zeker weten. MAAR: Is eten gezond? (met de tegenwoordige fastfoodproducten?) Is ademen gezond? (uitlaatgassen e.d.) Is autorijden gezond? (Verminkingen door ongevallen?) Is leven uiteraard wel gezond? (blijkbaar niet, want niemand heeft dit ooit overleefd)
Waarom wordt dan juist een heuse heksenjacht ontketend op alleen maar die onschuldige roker?
Leef je langer als je niet rookt? Ik denk het niet! Veel rokers roken gewoon de stress van het dagelijks leven weg, en wàt intellectuelen hier ook over verkondigen: dat wérkt. Je relativeert meer
je trekt je minder aan van wat niet jouw probleem hoeft te zijn en richt je meer op jouw eigen taak
je kniest minder, kortom, je geestesleven vaart er wel bij en komt tot rust. En een geruste gemoedstoestand is juist een garantie voor een lang leven.
En nu komt de hamvraag: wie zal langer én beter leven? De vrolijke roker die gods water over gods akkers laat vloeien en nooit kankert, maar misschien, héél misschien, ooit aan een longaandoening 'zou' kunnen sterven? Of de eeuwige kankeraar die nooit tevreden is en op alles en nog wat gaat vitten? Niet kan relativeren maar integendeel van élk probleem 'zijn probleem' maakt en in letterlijk àlles inspraak eist, ook al kent hij er geen snars van? Die zijn leven grondig verpest met problemen die hij beter aan deskundigen zou overlaten? Ooit al eens stilgestaan bij de relatie tussen de ziekte 'kanker' en het werkwoord 'kankeren'?
Het antwoord op die hamvraag ken ik niet. Daar zou eens uitgebreid onderzoek moeten naar gedaan worden. Maar feit is: het is niét de taak van het parlement om ons als een big brother voor te schrijven hoe we ons leven moeten inrichten en welke keuzes we moeten maken om zo lang en zo gezond mogelijk te leven, zo lang we met die keuzes niemand kwaad doen.
Een goed alternatief voor het rookverbod had kunnen bestaan in een wet die de horeca- uitbaters er toe verplicht een keuze te maken: ofwel de hele zaak rookvrij, ofwel roken toegelaten, zélfs als er gegeten wordt.
Dan ligt de keuze bij het publiek zélf en dat moet iedereen dan maar voor zichzelf uitmaken. Maar ik vrees dat de niet-rokers zaken minder aantrekkelijk zullen zijn, zelfs voor de niet-rokers. Omdat er niet gerookt wordt? Neen! Omdat het een pak minder gezellig is om tussen de uitgestreken gezichten van de kankeraars te gaan zitten eten.
Want dàt is juist waar de niet-rokers hebben op aangestuurd: ze hielden wel van de gezellige drukte, maar ach
die rook. Met andere woorden, ze wilden wél mee profiteren van de gezelligheid die de rokers meebrachten
maar dan liefst zonder rook.
Sorry jongens, het is het een of het ander!
De media maken ons wijs dat de horeca het goed blijft doen, ondanks het rookverbod. O ja? Vanwaar dan die vele faillissementen? Waarom moet je tegenwoordig zo ver zoeken naar een gezellig cafeetje, daar waar je er vroeger op elke hoek van elke straat een had?
Gewoon: door de roker te bannen, ban je ook grotendeels de gezelligheid. De rokers blijven thuis
en de niet-rokers kunnen enkel nog zitten staren in een cleane inrichting die eerder de sfeer en de geur van een kerk oproept, ofwel
ook thuisblijven.
Jawel
het heeft geen zin te ontkennen: ik rook. Niet véél, maar toch een tiental sigaretten per dag. En ik zou er helemààl geen probleem mee hebben als ik uit rookvrije zaken zou geweerd worden. Integendeel, ik zou weer, en méér dan vroeger, eens naar een rokersrestaurant kunnen gaan eten waar niemand een zuur gezicht zou trekken als ik na het eten een sigaretje rook.
Want dat niét-rokers het niet leuk vinden als er tijdens of na het eetmaal wordt gerookt, dat heb ik altijd al begrepen en gerespecteerd. Daarom alleen al zou ik een rokers-restaurant waar ik me niet moet gegeneerd voelen als ik er eentje opsteek, toejuichen.
Tja
op die manier zou de zaak mooi opgelost geweest zijn. Maar over zoveel gezond verstand (lees: boerenwijsheid) beschikken de parlementen blijkbaar niet.
Let wél: ik scheer noch alle rokers, noch alle niet-rokers over dezelfde kam! Niet-rokers zijn niet altijd kankeraars, maar heel dikwijls mensen die gewoon geen nicotine nodig hebben om wat minder op scherp te staan en te relativeren.
En ook hebben niet alle rokers de beleefdheid om niét te roken waar dat niet gewenst is.
Alleen: er dient keuze te zin voor iedereen, en dat had gekund als het parlement zich er op een verstandiger wijze had mee bemoeid in plaats van in een zuiver discriminerende manier!
Willy.
|