Oktoberfoor.
Leuk weertje, leuke zondag, en alsof dat nog niet genoeg was: oktoberfoor in Oostende!
Tja, als je dàn nog thuisblijft na het eten hoor je eigenlijk wel thuis in een psychiatrie. Dus snel zeewaarts om het reinigend effect van de heerlijke zeelucht diep te laten doordringen in onze bruingerookte longen.
Een wandelingetje van vijf minuten bracht ons aan t zèèètje, waar we direct al konden vaststellen dat enkele duizenden toeristen nét datzelfde idee hadden. Maar ze waren braaf vandaag. En zélfs in de overdrukke Kapellestraat liepen ze voorwaar netjes aan de rechterkant!
Wat een effect die laatste zonnestralen van het najaar toch kunnen hebben op de menselijke geest. Geen tijd meer verspillen aan vitterijen nu. Genieten maar! De tijd dringt want de winter staat voor de deur.
Of zouden ze mijn blog gelezen hebben misschien? Enfin, het zonnetje scheen, de mensen waren braaf, en bovendien, toen we pal naast de foor op ons favoriet terrasje afstevenden, kwam daar nét een tafeltje vrij. Pal in de zon, en het enige vrije plaatsje. Ons geluk kon niet meer op.
En omdat ik niet echt een gewoontedrinker ben, en dikwijls kwaliteit boven kwantiteit stel, bestelde ik meteen een heerlijk frisse Gordon Scotch. Je reinste godendrank met een schuimkraag om U tegen te zeggen.
Ik laat de dienster trouwens nooit toe om zelf mijn Scotch uit te schenken. Dat doe ik liever zelf: één forse geut, en netjes de helft bier en de helft schuim in het glas. Dan kan ik nog minuten lang, als in een erotische extase, genieten van de strijd op leven en dood tussen het schuim en de zon. Wié het op de duur zou winnen weet ik niet, want zo lang kan ik nooit wachten alvorens dat eerste, hemels lekker teugje door mijn keelgat te voelen lopen. (Had ik nu maar de nek van een giraffe!).
En naarmate mijn glas minderde, verbeterde natuurlijk ook mijn humeur.
Mijn vrouw merkte schalks op dat ze in haar budget eigenlijk geen rekening had gehouden met het feit dat ik een Scotch zou bestellen. Oei! Ze had overschot van gelijk, en dus dronk ik snel het restje van mijn scotch op, riep de dienster en bestelde nog een gewoon pilsje! Fout goedgemaakt. Iedereen weer tevreden?
En de foor
die draaide lustig door
de verschillende kramen probeerden hún muziek boven de andere muziekjes te laten uitstralen. Een ware, maar gezellige kakofonie. Ik deed nog een vertwijfelde poging om al die muziek tot één melodietje te laten samensmelten, maar dit klonk dan zo wansmakelijk dat ik het maar snel doorspoelde
en overgelukkig vaststelde dat mijn glas nog half vol was. Leve de oktoberfoor. Leve de zon. Leve het leven.
Willy.
|