Vandaag heb ik eigenlijk niets speciaals te vertellen en ga dus maar eens
verschiet niet
de culinaire toer op. Een culinaire toer die zijn oorsprong (nog maar eens) vond in Spanje. Een culinair wetenswaardigheidje waar mensen meestal niet aan denken, eenvoudig te bereiden is, en heerlijk fris smaakt op warme zomeravonden. Straks volgen bijzonderheden, maar eerst het Spaanse verhaal.
Tijdens een van onze rondritten in Spanje belandden we op een late namiddag, samen met een Nederlands koppel dat we onderweg in een bar waren tegengekomen, op een camping pal op het strand in een buitenwijk van Malaga. Na inschrijving en zo stelden we vast dat we door onze mondvoorraad heen waren en gingen op zoek naar avondeten. De Nederlanders hadden ondertussen hun handen vol met het opzetten van hun tent, daar waar wijzelf in de auto sliepen en dus niks omhanden hadden.
De gekozen plaats lag nou niet direct in een druk winkelcentrum, en dus, behoudens een carniceria (beenhouwerij) en een bar, was er niet veel te vinden. Dan maar eerst de sfeer in de bar gaan opsnuiven met een fris biertje. (Wat dacht je wel?)
We kregen het biertje, en naar oud Spaanse traditie, kregen we daar een tapa, een proevertje dus, gratis bij. Die bestond die dag uit een schepje van een enorme berg ondefinieerbaar wit spul met kleurige stippels, die in een plateau op de toog stond. Het smaakte ons enorm, en vooral: het smaakte naar meer. Ik vroeg de jong vrouw achter de toog dan ook wat het was. Bleek ensalada de patatas te zijn. Aardappelsalade.
Ik vroeg of we daar soms een kilootje konden van krijgen om mee te nemen. Ze keek wat vreemd op, maar de vleierij om haar culinaire kunsten raakte haar wel en ze woog, duidelijk gevleid, een kilo van het spul af. We betaalden en schrokken van de rekening: kostte ons weinig meer dan onze twee biertjes. Hongerprobleem opgelost. Nu enkel nog naar de carniceria om een paar stukken Chorrizo en we hadden ons avond-feestmaal en konden terug naar de camping.
Onze Nederlandse nieuwe vrienden, nieuwsgierig geworden, kwamen dichterbij kijken en we nodigden ze prompt aan tafel. We hadden toch meer dan genoeg voor vier. En óf we het ons lieten smaken. We werden die avond trouwens vrienden voor het leven.
Het geheim en de ingrediënten van die ensalada heb ik nooit kunnen achterhalen. Elke Spaanse huisvrouw maakt ze immers weer anders. Meestal bestaan die ensaladas trouwens uit brokjes aardappelen en andere groenten, maar niét uit dat smeuïge mengsel dat op een ijsberg leek.
Maar zoals die Malagueña ze gemaakt had, dàt leek me wel een idee waarop voort te borduren viel. En ik later ook dankbaar deed. Want eerlijk gezegd: ik lust geen brood en maak s avonds altijd iets voor mezelf klaar: restjes, pasta koud of warm, en wat ik ook maar vind.
En nu dus mijn recept. Eigenlijk zijn het honderden recepten in één, want je kunt er, naar gelang je persoonlijke smaak, alle kanten mee uit.
De basis is: een restje koude, gekookte aardappelen. Die plet je met een vork, net alsof je aardappelpuree zou maken. Maar in plaats van melk, boter en ei, overgiet je het met bevoorbeeld vinaigrette met bieslook (Albona Aldi), of mayonaise of gewoon olijfolie, en je mengt tot een smeuïg mengsel ontstaat. En dan gooi je er maar alles in wat je lekker vindt; onder andere:
Stukjes tomaat; Stukjes hardgekookt ei; Gesnipperde uitjes; Gesnipperde venkel als je een anijssmaak weet te appreciëren. Ontdooide diepvries erwtjes; Geraspte wortel; Wat in stukjes gesneden olijven (liefst de zwarte); En wat je ook maar kunt vinden aan restjes in je frigo.
Dat meng je dan voorzichtig door de massa.
Tip: bij Delhaise vind je in de frigos doosjes met versgemaakte Spaanse kipsalade. Héérlijk om door je mengsel te mengen, maar dan krijg je wél een oranjegele massa.
Echt een aanrader voor die zwoele zomerdagen als je weinig lust hebt tot koken, en toch iets heerlijk fris (én gezond) wenst te eten.
Smakelijk!
Willy.
|