Wat zijn we toch kleine mensen geworden! Soms ben ik beschaamd tot het menselijk ras te behoren! Fysiek schijnt het dan wel dat nieuwe generaties steeds groter worden, maar als ik om me heen kijk zie ik toch telkens weer het tegengestelde op psychisch gebied:
Kleine mensjes met kleine trekjes!
Zagen en klagen En niets meer verdragen, Dat tekent de moderne mens. Bekeken door een objectieve lens!
Maar ook ik wil zagen en klagen Over mensen die niets meer kunnen verdragen. Mensen die niets doen dan janken en zagen. En dat kan ik nou totaal niet verdragen.
Dat maakt mijn objectieve lens troebel en vuil. Maar ach, waarschijnlijk ben ik wel de uil.
Wat me dit deed neerpennen? Wel, ik herinnerde me net een klein voorvalletje van enkele jaren geleden.
Het was dan wel een regenachtige Paasdag, maar zoals gewoonlijk liep het in de Kapellestraat vol met toeristen. Met enkele vrienden stapten we een tearoom binnen en daar kwam juist een tafeltje vrij. Een jong gezinnetje was net opgestaan, stond in het middenpad, en mama schikte nog wat aan de kledij van de kleintjes.
Ondertussen namen we plaats. Enkele tellen later kwam een dienster de tafel opruimen en de bestelling opnemen. Koffiekopjes werden weggenomen, en nét wou ze ook een schoteltje met nog een tweetal paaseitjes (die gratis bij de koffie verstrekt werden) wegnemen, toen iemand uit ons gezelschap er nog snel eentje van kon meegraaien en aan mijn vrouw gaf met de woorden: Hier
voor je Pasen.
De mama met het gezinnetje dat juist enkele stappen naar de deur had gedaan, keerde zich plots om met de woorden: Hé kindjes, die mensen stelen jullie paaseitjes!
Het gezinnetje hield halt. De kindjes keken een beetje raar op, met op hun gezichtjes de uitdrukking Wat kan ons dat nou schelen! Die wilden we toch niet? We hebben al chocolade genoeg gegeten vandaag!
Maar ze ging door. Blééf maar zagen over dat paaseitje dat van HAAR kindjes werd gestolen en dat mensen moesten beschaamd zijn dat te doen!
Wij deden of we niets hoorden of zagen, waardoor haar stem nog luider ging klinken. Ik moest onwillekeurig denken aan een kind dat niet met de bal wil spelen
tot een ander kind er naar grijpt.
Wié waren daar eigenlijk de volwassenen? De mama? Of de kinderen die het zich niet aantrokken? Of de papa die er een beetje schaapachtig met rode oortjes bij stond?
Zij was dan wel een erg mooie, sexy jonge vrouw, maar ik kreeg toch medelijden met die man. Had voor geen geld ter wereld met hem willen ruilen, hoé sexy ze er ook maar uit zag!
Kreeg ook medelijden met die nog onverdorven kinderen die het zich totaal niet aantrokken. Welk leven stond hen te wachten als ze constant met dergelijke voorbeelden van kinderachtigheid werden geconfronteerd? Hoe zouden ze zelf worden als volwassenen?
Ondertussen was onze eigen bestelling al op tafel aangeland en ging het geweeklaag nog altijd door. In accentloos Nederlands zodat het niet mis kon worden verstaan. Een beetje schooljufachtig en het zou me niet verwonderen dat ze dat ook wàs.
Ik kon het niet meer aanhoren en voor het eerst keek ik haar recht in de ogen, maar met de blik op oneindig, alsof ik dwars door haar heen keek naar de muur achter haar en ze niet bestond voor mij. Een duidelijk signaal gevend van Mens, rot toch op, jij bent lucht voor mij.
De stem stokte, ze ging licht blozen, keerde zich om en eindelijk vertrok het gezinnetje. De arme papa volgde schoorvoetend, zichtbaar opgelucht.
Waarom we ons steeds meer storen aan steeds kleinere futiliteiten? Waarom we steeds kleiner worden? Me dunkt dat dit er een mooi schoolvoorbeeld van was. Met een dergelijke opvoeding kan het niet anders.
Willy.
|