Als kind meende ik dat dominante figuren sterke persoonlijkheden waren. Ik heb die mening later toch wel in heel veel gevallen moeten herzien! In zoverre toch dat ondertussen het merendeel van de dominante mensen in mijn ogen zielige persoonlijkheden zijn geworden, die hun gebrek aan zekerheid proberen te verstoppen achter dominant gedrag! Héél erg doorzichtig als je er even bij stilstaat!!!
En dan heb ik het niét over een chef of staatsman die wel moét domineren om zijn taak naar behoren te vervullen. Neen. Ik heb het over gewone mensen, die, zodra ze in contact komen met anderen, die relatie onmiddellijk als een soort competitie gaan aanzien met een winner en een verliezer. En zich dus hoognodig als de dikste, de beste, de grootste en de slimste moeten manifesteren om de winner te zijn. Ze moeten het luidste roepen, de anderen de mond snoeren met hun meestal dom gebabbel.
Wil jij een verhaal vertellen, dan breken ze daar dwars doorheen met hún verhaal, dat in hun ogen veel belangrijker is. Want luisteren doen ze trouwens al evenmin. Het einddoel is: Ik ben de grootste, en alle middelen zijn goed om dat te bereiken.
Waar is dat goed voor? Om de relatie of mogelijke vriendschap maar al meteen te verknallen?
Welk soort mensen vind het nodig dat te doen? Wat streven ze na?
Vragen die me al zowat mijn hele leven achtervolgden. De antwoorden heb ik ondertussen ook al gevonden, en die zijn niet erg vleiend voor de dominanten!
Ik ondervond namelijk dat het in die gevallen vooral over mensen gaat die zich minderwaardig voelen en dat door dominant optreden proberen te verdoezelen.
Want als je goed in je vel steekt, geen minderwaardigheidscomplexen hebt en tevreden bent met je eigen persoontje, waarom in s hemelsnaam zou je het dan nodig vinden anderen te gaan domineren?
Omdat het toevallig, als chef, je job is en het van je verwacht wordt? Dat je job verwacht dat je anderen niet over je heen laat lopen?
Ja
dàt is een geldige reden! Maar een andere kan ik echt niet vinden. Het enige wat die andere soort dominerenden bekomen is afkeer door hun omgeving. Want zélfs als je het beroepshalve moet doen, kun je meestal op weinig sympatie rekenen. Waarom zou je het dan als hobby moeten doen?
Als je het namelijk gewoon doet om jezelf een goede score te geven, verpest je op de duur elke mogelijke relatie. Geef je jezelf geen kans op vriendschap of liefde. Of, áls die liefde er al is, dan kun je ze alleen maar grondig afbreken. Liefde is namelijk, wàt idealisten ook beweren, nooit onvoorwaardelijk. Vriendschap al evenmin. En toch blijven sommige mensen dat geloven, met alle gevolgen vandien. Wélke relatie is nu eenmaal gediend met scores? Daar doe je het toch niet voor?
Wat eigenlijk is de kick die dergelijke mensen zoeken?
Doet domineren hen zich beter voelen?
Is het in staat hun eigen onzekerheid te compenseren?
Natuurlijk niet! Maar dat dénken ze wel. En zijn zich totaal niet bewust van de vele kansen op vriendschap en genegenheid die ze zichzelf op die manier ontnemen. Veel huwelijken lopen totaal nutteloos op de klippen door dit ongewenste fenomeen. Niets kan de liefde sneller afbreken dan zich gedomineerd te voelen door de ander. Onvoorwaardelijk? Kom nou!
Hoe ik tot mijn persoonlijke antwoorden op dit fenomeen ben gekomen? Door, als een soort aangeboren natuur, telkens weer de mensen in mijn omgeving te proberen te analyseren. Door vast te stellen dat mannen over het algemeen weinig behoefte hebben aan domineren, tenzij het beroepshalve moét. Dat het, als het zomaar als hobby wordt gebruikt, eerder vrouwen zijn die er trouwe aanhangers van worden.
En vrouwen worden nu eenmaal als het zwakke geslacht afgeschilderd. Reden temeer dus om blindelings op de stellingen te gaan springen! Maar ook mannen die weinig in hun mars hebben bezondigen zich maar al te graag aan dominant optreden.
Vind ik gewoon belachelijk! Van beide geslachten. Het enige wat je er mee onderstreept is je eigen zwakheid.
En trouwens, nu we het er toch over hebben
wat is er eigenlijk zwak aan een vrouw? Ze is anders, ja. Heeft andere prioriteiten en vaardigheden. Maar anders betekent helemaal niet minderwaardig. Moest ze zich om te beginnen al tonen zoals ze is en geen behoefte hebben aan enige vorm van domineren, zou ze al veel beter aanvaard worden door veel mannen.
Mannen doen trouwens helemaal niet denigrerend als ze over het zwakke geslacht spreken. Maar vrouwen ervaren dat wél als zodanig, en zo zit de kans er meer in dat een vrouw dominant wordt in een tot mislukken gedoemde poging het tegendeel te bewijzen.
Jammer, want het doet veel relaties op de klippen lopen!
Beter ware de geslachten het zachte en het harde geslacht te noemen. Komt dichter in de buurt vind ik, en onderstreept ook nog eens duidelijk waarom ze mekaar zo nodig hebben ter compensatie.
En nu denk ik al direct aan het nummertje van Robert Long Het leven was lijden, waarin hij het heel raak heeft over de onmogelijkheid van een katholiek opgevoed meisje om zich helemaal te geven vanwege de geïndoctrineerde verzinsels van kerk en ouders! Was destijds inderdaad wel héél erg. En gelukkig grotendeels voorbijgestreefd.
Maar de volgende vijand: domineren, begint nu steeds meer de kop op te steken en vormt alweer hetzelfde obstakel om jezelf de liefde van een partner te gunnen. En dat geldt voor zowel mannen als vrouwen.
Wanneer raken we dié vijand kwijt? En zit er daarna nog eentje om de hoek te loeren om volwaardig partnerschap te verpesten en te verhinderen dat van beide zijden complexloos van de liefde kan worden genoten? Wie weet?
Dit alles in ogenschouw genomen denk ik dat onze evolutie nog lang niet zijn einddoel heeft bereikt! En, de huidige mentaliteit in acht genomen, zich daar eerder steeds verder van verwijdert.
Willy.
|