Een man kwam bij de poort van het
paradijs.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Zijn goede en slechte daden hielden
elkaar precies in evenwicht.
De bewaker van de poort zei: Ga naar
de mensen die achter je staan en vraag of iemand uit zijn voorraad van goede
daden jou één goede daad wil schenken. Eén maar, dan mag je het paradijs in.
De man deed zoals hem gezegd was.
Maar zodra de anderen zijn vraag
hoorden,
wendden ze beschaamd en verlegen hun
hoofd af of antwoordden:
Mijn eigen lot baart mij zorgen
genoeg,
hoe zou ik jou iets kunnen geven!
De arme man was de vertwijfeling nabij,
toen iemand vroeg:
Wat zoek je?
Hij zei: Eén goede daad, eentje maar!
Velen die hier staan hebben er
duizenden,
maar niemand wil er mij ook maar één
geven.
Als je er maar één nodig hebt, kan ik
wel helpen.
Ik heb er zelf maar eentje en wat helpt
mij die ene goede daad.
Je mag ze hebben!
Vol vreugde stormde de man terug naar
de poort.
Toen de poortwachter vroeg: Hoe is het
je vergaan?
vertelde de man stralend van geluk wat
hem overkwam.
Daarop liet de poortwachter de
onbekende,
die zijn ene goede daad wegschonk,
roepen
en glimlachend zei hij: Neem elkaar
bij de hand en treed binnen!
|