God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Er woonde eens een vrome man in een dal nabij de zee, en op een dag spoelde een enorme vloedgolf over de bergen. De bewoners van het dal sloegen op de vlucht naar hogergelegen gebied, maar de man weigerde zijn huis te verlaten in de overtuiging dat God hem zou beschermen. Terwijl hij in het deurgat stond te kijken kwam er een ruiter voorbij, die zei: "Spring achterop, beste man. Mijn paard is sterk genoeg om ons allebei in veiligheid te brengen." De man weigerde, en zei dat zijn God hem zou beschermen, waarop de ruiter verder reed. Het water steeg, en de man klom op het dak van zijn huis, en terwijl hij daar zat zwommen er twee mannen voorbij, die riepen: "Spring in het water, vriend. Wij zullen je helpen aan land te komen." Opnieuw weigerde de man, omdat hij wist dat God hem zou beschermen, en de zwemmers zwommen verder. Het water steeg nog meer, en de man klom op zijn schoorsteen, en terwijl hij daar zat kwam er een boot voorbij geroeid, waarvan de inzittenden riepen: "Kom erbij, beste man. Er is nog plaats genoeg op de banken." Voor de derde keer weigerde de man, en zei dat God hem zou beschermen. De boot roeide verder en verdween in de verte. Het water steeg hoger, en de man verdronk. Wat later verscheen de man voor God, en hij was woedend. "Ik geloofde in U. Ik vertrouwde op U, en Gij hebt mij in de steek gelaten." God keek de man aan en zei: "Maar mijn zoon, Ik heb je een ruiter, twee zwemmers en een boot gestuurd. Wat had je nog meer willen hebben?"