Bij de bakkerstoog sta ik te wachten.
Het vrouwtje voor mij kiest lang en nauwkeurig,
verbetert zichzelf en kijkt opnieuw rond.
Is dat alles, mevrouw? ratelt het winkelmeisje.
Ja, zucht het vrouwtje en de telkast rammelt.
Och nee, juffrouw, geef nog maar dat taartje daar.
En ze wijst naar iets met aardbeien.
De wereld barst van signalen, voor wie ze wil zien.
Dat is weer een eenzame mens, gaat het door me heen.
Ze heeft telkens één stuk aangewezen.
Eén klein broodje, één koffiekoek, één broodje ...
en ten slotte één taartje om haar alleen-zijn te versieren.
Ze stapt bedachtzaam de deur uit.
Het is twee uur, zondagmiddag.
Wellicht is het vandaag de laatste keer
dat deze vrouw iemand heeft gesproken.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
KAREL
STAES. Niet om uit te spreken. Welzijnszorg 2006, p. 72
|