|
|
|
|
Wie zijn vader eerbiedigt krijgt vergiffenis van zonden, |
|
en als iemand die schatten verzamelt |
|
is hij die zijn moeder eert. |
|
Wie zijn vader eert, beleeft vreugde aan zijn kinderen, |
|
en wanneer hij bidt wordt hij verhoord. |
|
Wie zijn vader eert zal een lang leven genieten |
|
en wie zijn vader gehoorzaamt |
|
verkwikt het hart van zijn moeder. |
|
Wie de Heer vreest, eert zijn ouders. |
|
Kind, draag zorg voor uw vader op zijn oude dag |
|
en doe hem geen verdriet zolang hij leeft. |
|
Op de dag dat je in nood zijt, wordt aan u gedacht: |
|
gij die nog in volle kracht ijt, veracht uw vader niet. |
|
Medelijden met uw vader zal niet worden vergeten, |
|
anders dan de zonden, bouwt zij uw huis op.
|