Het doet me denken aan de 'zoon' waarvoor ik in de bres ben gesprongen in augustus en december verleden jaar, en die nu terecht is en recent op de koffie kwam. Het eerste wat hij zegde is "papa".
Lucas maakte ons al duidelijk dat Jezus leert dat bij zijn Vader armen en zieken welkom zijn. De vreugde om het weervinden van de verloren drachme en het verdwaalde schaap geven dan weer Zijn vreugde aan om het opnemen van wie afdwaalden. Daar kunnen de toehoorders van Jezus nog bij. Maar dat Tollenaars en zondaars, verloren zoons, komen om naar Jezus te luisteren - een heel goe...de ingesteldheid - en Jezus met hen eet, dat gaat te ver voor de oudste zonen die zichzelf o-zo-goed vinden. Voor hen vertelt Jezus het verhaal van de Goede Vader. Het is zeker niet het verhaal van de verloren zoon, eerder het verhaal voor de oudste zoon die mort, maar toch het meest het verhaal van de Liefdevolle Vader.
Jezus heeft het over zijn Vader, Hij heeft het ook over zichzelf, Hij zei: De Vader en Ik zijn één. Wie mij ziet, ziet de Vader. Die Goede Vader zet zijn hart open voor de zoon die er vandoor gaat en alles, meest nog zichzelf, verbrast. Die vader opent de deur van zijn hart voor hem, letterlijk drijft zijn liefde hem de deur uit. Buiten staat hij op wacht om hem met open armen te ontvangen. En
de zoon komt terug.
|