Door de liefde werd Jezus gedreven bij Zijn lange apostolische tochten; toen Hij die talloze wonderen deed, waardoor Hij zelfs doden opwekte en allerlei soorten zieken de gezondheid gaf; toen Hij zware inspanning volhield; toen Hij in het zweet van Zijn aanschijn werkte en honger en dorst verdroeg; toen Hij de nachten doorwaakte in innig gebed tot Zijn hemelse Vader; en tenslotte bij zijn toespraken en het voorhouden en verklaren van gelijkenissen, vooral die over de barmhartigheid, b.v. over de verloren drachme, het verloren schaap, en de verloren zoon. Gregorius de Grote merkt op, dat juist in deze daden en woorden het Hart Gods openbaar wordt. "Leer Gods Hart verstaan uit Gods Woorden, om vuriger te verlangen naar wat eeuwig blijft".
Paus Pius XII, encycliek Haurietis aquas,30
|