Een man kwam bij de poort van het paradijs. Zijn goede en slechte daden hielden elkaar precies in evenwicht. De bewaker van de poort zei: 'Ga naar de mensen die achter je staan te wachten en vraag of iemand uit zijn voorraad van goede daden jou één goede daad wil schenken. Eén maar, dan mag je door de poort van het paradijs.' De man deed zoals hem gezegd werd. Maar zodra de wachtenden zijn vraag hoorden, wenden ze beschaamd en verlegen hun h...oofd af of ze gaven als antwoord: 'Mijn eigen lot baart me zorgen genoeg, hoe zou ik jou iets kunnen geven?' De arme man was de vertwijfeling nabij, toen iemand uit de menigte hem vroeg: 'Wat zoek je?' Hij zei: 'Eén goede daad, één enkele maar! Velen die hier staan te wachten bezitten duizenden goede daden, maar er is niemand die mij er één wil schenken.' 'Luister,' zei de onbekende, 'wanneer je er maar één nodig hebt dan kan ik je wel helpen, meer heb ik namelijk zelf niet. Bovendien; wat helpt mij die ene daad? Neem haar, ik schenk hem je.' Vervuld van vreugde liep de man terug naar de poort en de poortwachter vroeg: 'Hoe verging het je?' Met een gezicht stralend van geluk, vertelde de man hoe het hem vergaan was. Toen liet de poortwachter de onbekende die zijn ene goede daad had weggegeven eveneens bij zich komen. Glimlachend zei hij tegen beide: 'Neem elkaar bij de hand en ga door de poort.'Meer weergeven'.
|