God, Gij kent mij door en door. Gij zijt in mij, overal om mij heen, in licht en donker zijt Gij. Ik adem in en uit: Gij zijt de ziel van mijn gedachten. Gij zijt er altijd; ik zal nooit aan U ontkomen. Uw rechterhand omvat mij, draagt mij, nooit zal ik vallen uit uw hand. Gij zijt bron en zee van mijn bestaan. Gij hebt me al gezien voor ik geboren werd. Wijs mij nu, getrouwe God, uw weg van eeuwigheid.
|