Als ik je vandaag tegenkom God, in welk mens dan ook, en je doet een beroep op mij; laat me dan voor één keer niet piekeren of ik wel tijd genoeg heb, of ik wel geld genoeg heb, of ik wel sterk genoeg ben om je te geven wat je vraagt.
Als ik je vandaag tegenkom God, in welk mens dan ook, en je hebt hulp nodig; laat mij dan voor één keer niet treuzelen tot een ander het opknapt. iemand die vast sterker is, iemand die vast meer tijd heeft, iemand die beter missen kan waaraan jij gebrek hebt.
Als ik je vandaag tegenkom God, in welk mens dan ook, en ik hoor je vraag; laat me dan voor één keer niet afwegen of het niet anders kan of je het wel waard bent of ik er wat mee opschiet of ik niet wat beters te doen heb,
Als ik je vandaag tegenkom God, in welk mens dan ook, en je kijkt me aan; laat me dan voor één keer onbezorgd alles uit de kast halen, niets achter de hand houden, mijzelf helemaal geven in het volste vertrouwen dat ik goed terecht kom.
|