Vandaag is het de officiële feestdag van Don Bosco. Hij werd op 16 augustus 1815 vlakbij Turijn geboren in het Noord-Italiaanse stadje Castelnuovo d'Asti (nu: Castelnuovo Don Bosco). Voor zijn tijd had hij bijzondere opvattingen over zending en apostolaat. Hij maakte gebruik van alle menselijke middelen om het hart van anderen open te maken voor het evangelie. Hij kon goochelen, was acrobaat en atleet: voor een priester destijds bepaald ongewone eigenschappen. Maar hij was ervan overtuigd, dat de kerk van zijn dagen zich teveel richtte tot het verstand van de mensen en te weinig tot het hart.
Vanaf zijn priesterwijding in 1841 werkte hij in de achterbuurten van Turijn. Hij ontpopte zich als een geniaal pedagoog, wist door zijn onvermoeibare hartelijkheid en optimisme jongens aan zich te binden, maakte ze vertrouwd met de waarde van het evangelie en stichtte een plaatselijk bibliotheek, die uit zou groeien tot de Italiaanse jeugdbibliotheek.
Om nog meer tot uitdrukking te brengen dat de zorg voor de jeugd een uitdrukking was van Gods zorg voor de mensen, stichtte hij voor mannen de Congregatie der Salesianen (1859) en voor vrouwen de Dochters van Maria (1872). Na een liefdevol leven vol inspanning, waarbij hij veel tegenwerking had moeten overwinnen en had moeten oproeien tegen allerhande vormen van onbegrip in de eigen kerk, stierf hij op 72-jarige leeftijd. Hij kreeg de eretitel mee van 'koning van de straatjongens en apostel van de verwaarloosde jeugd'. Naar hem zijn de Don-Boscohuizen voor jongeren genoemd.
|