Heer, zend mij een eenvoudig, kinderlijk geloof neer, zonder redeneerzucht, dat mij altijd ondersteunt en mij bij geen enkele beproeving verlaat. Dat ik geloof in de onsterfelijkheid van de ziel en in een leven na de dood, dat mij wijsheid gewordt in plaats van loze redeneerzucht, dat ik mij niet elk uur van de dag zorgen maak om mijn huisgenoten, dat ik de standvastigheid heb verleidingen te weerstaan ... Het zij zo!
|