Aan de kerk hebben we inderdaad heel veel te danken, ook al bekritiseren we haar, terecht of tenonrechte. Maara ls kinderen, zieken, beproefden, armen, ongelukkigen, hopelozen en angstigen naar ons toekomen, dan hebben we dat te danken aan de kerk. Wij zijn wel veel te zondig en te zwak om zoveel vertrouwen te genieten dat mensen blijven komen. En dat al eeuwen lang. Uit onszelf zouden we nooit zoveel krediet verdienen! Maar het is een grote vreugde in dienst van de kerk te staan en zo van al die mensen. Misschien ook een reden dat we hier zijn, zowel om te geven als te ontvangen?
|