Op een dag was ik zo moe, machteloos, eenzaam,verdrietig dat ik zomaar op de aarde ging zitten. Mijn tranen liepen sneller dan de regendruppels, mijn geschreeuw was luider dan de stormwind. Ik weet niet meer hoe of wat maar kort daarna bevond ik me in de grond, in een donkere put, alleen gevuld met lucht en met een raar koordje aan mijn pols. Toen ik de draad naar me toe trok kwamen er ballonnen tevoorschijn Één had een opschrift : herinneringen
Op het moment dat ik de koord laat varen word ik verdwaasd wakker. Was dit een droom? Was dit een nachtmerrie? Was dit echt ? Ik voel me ook moe, machteloos en eenzaam zoals de inhoud van de put, is mijn leven meestal vluchtig, vergankelijk, vliedend, zoals de ballon met dat opschrift : herinneringen. Dat is alles wat overblijft en die draag ik heel dicht bij me Voor de rest ben ik machteloos, ik mag niets doen Het zou ook niet kunnen met die enorme muur voor me. Maar zonder warmte, veiligheid en geborgenheid drukt de eenzaamheid me in elkaar En het verdriet
dat niemand ziet breekt me langzaam in stukken Een nachtmerrie werd werkelijkheid.
Heer Ik groet U elke morgen en U weet dat ik probeer mijn dag zo goed mogelijk te maken vol mededogen voor anderen en voor mezelf. U kan aan deze situatie, net als ik, niets veranderen maar U bent er altijd en luistert naar me daar ben ik U enorm dankbaar voor en ik weet dat U me blijft helpen tot ik naar U toe kan komen.
|