DUMMETT,
M., Vluchtelingen en immigratie. (Vert. On Immigration and Refugees)
London, Routledge, 2002, 183 pp. ISBN 90 415 29219 5
Michael Dummett , prominente
Britse taalfilosoof en professor in de logica aan Britse en Amerikaanse
universiteiten heeft een bijzondere afkeer van raciale
vooroordelen en de uitingsvormen ervan. Gedurende meer dan 30 jaar was hij
overtuigd en actief mensenrechtenactivist. Dit boek is de neerslag van zijn
opvattingen over de Europese politiek met betrekking tot vluchtelingen en
immigranten.
Het eerste deel is helemaal gewijd aan het politiek racisme en de weerlegging ervan.
Eerst komen enkele algemene uitgangspunten aan de orde m.b.t. nationale
identiteit, nationale
zelfbeschikking en burgerschap. Hij neemt het principe van de
soevereiniteit van staten op de korrel en keert zich radicaal tegen
nationalisme en de eruit voortvloeiende onderdrukking
van minderheden.
Vervolgens maakt hij een kritische analyse van de plichten van een staat jegens
vluchtelingen en immigranten. Alhoewel de autoriteiten graag een onderscheid
maken tussen beide categorieën is dat, zeker voor mensen uit arme landen,
helemaal niet zo evident. Op logische en inzichtelijke wijze ontkracht hij de redenen
die doorgaans door autoriteiten en bevolking aangevoerd worden om deze mensen
te weigeren. Deze gronden zijn niet alleen in de meeste gevallen onterecht en
onrechtvaardig maar ook dom. Immigratie is immers van praktisch belang voor het
immigratieland. Nagenoeg alle argumenten die door de Europese landen worden
aangevoerd om immigratie te beperken zijn drogredenen om racistische en
xenofobe motieven te verbergen.
Alle staten zouden moeten erkennen dat het principe van open grenzen de norm
is, waarbij het iedereen toegestaan is een land vrijelijk binnen te gaan en
zich te vestigen waar men wil. Toch behouden staten volgens Dummett een aantal
rechten om beperkingen aan immigratie op te leggen en toezicht te houden op wie
het land binnen komt. Ze zouden ook het recht hebben individuen te weigeren
wier aanwezigheid gevaarlijk is of van wie dat redelijkerwijs gevreesd wordt.
Om te voorkomen dat afwijzingen op bevliegingen en vooroordeel gebaseerd zijn
moeten deze rechten in objectieve criteria gevat worden. Een voorbeeld daarvan
vinden we in het puntensysteem zoals dit door Canada wordt gehanteerd en dat al
vele jaren goed functioneert. Dit zou ook in het voordeel zijn van
aspirant-migranten die afgewezen worden.
In het tweede deel belicht Dummett hoe steeds meer mensen in Groot-Brittannië
en in Europa als geheel racistische opvattingen gingen koesteren. Het grootste
deel van zijn betoog gaat over de situatie in Groot-Brittannië. Hij beschrijft
hoe daar in de tweede helft van de 20e eeuw het onverholen racisme is verschoven
naar beschaafd racisme. In het Verenigd Koninkrijk zijn politici, onder
invloed van de media en de jacht op stemmen, bezweken voor het discours van de
immigratiebeperking. Opmerkelijk is immers dat vooral niet-blanke immigranten
worden geweigerd, zelfs als ze uit de voormalige Britse koloniën afkomstig
zijn.
Met uitzondering van Luxemburg, het meest tolerante land van Europa waar 25%
van de arbeidskrachten uit immigranten bestaat, hebben verder alle Europese
landen vanaf het laatste decennium van de vorige eeuw met groeiend racisme te
kampen gehad. Onder druk van luid misbaar vanuit de bevolking en van
extreemrechtse politieke partijen, zagen we een algemene verscherping van de
immigratiewetgeving en een snel toenemend aantal geweldsmisdrijven tegen etnische
minderheden. De verwerking van asielaanvragen verloopt extreem traag en voor
asieltoewijzing worden de meest beperkende criteria toegepast. Vanwege
demografische redenen is de kans echter groot dat Europa binnenkort aan
grootschalige immigratie behoefte zal hebben.
Dummett ziet de toekomst niet rooskleurig. Totdat de toestand in de wereld
verbetert en er is weinig dat daarop wijst zal het fenomeen van de massale
exodus van vluchtelingen alleen maar toenemen. Momenteel worden de meesten
onder hen opgevangen door buurlanden die zelf al lijden onder tekort aan
middelen. In de landen van de Europese Unie staat de overgrote meerderheid van
de bevolking vijandig tegenover de toelating van buitenlanders in het algemeen
en die van buiten de Unie in het bijzonder. Gelukkig is er ook een resolute
minderheid die vastbesloten is zich tegen racisme en xenofobie teweer te
stellen en het uitsluitingbeleid dat hier de fundamenten voor levert aan te
vechten.
Het principe van vrij verkeer binnen Europa is nauwelijks werkbaar zolang er
geen uniform systeem is dat toezicht houdt op het verkeer dat van buiten Europa
komt. De soevereiniteit van de staten is een beletsel voor de rechtvaardige en
effectieve oplossing van het probleem van de vluchtelingen. Een staat heeft immers
slechts oog voor het belang van de eigen bevolking.
Het vluchtelingen- en immigratieprobleem kan alleen maar opgelost worden als de
landen overeenkomen dat zij zich naar de beslissingen van een internationale
autoriteit zullen voegen, die op een rechtvaardige en realistische wijze met
het probleem omgaat. Dummett pleit dus voor een globaal Europees vluchtelingen-
en immigratiebeleid. De oplossing ligt volgens hem in de opstelling en
handhaving van objectieve criteria om asielzoekers toe te wijzen aan bepaalde
landen. Asielzoekers moeten zich daar dan aan houden of terugkeren.
Dummett schreef dit boek voor de doorsnee lezer. Hij vermijdt hoogdravende
filosofische terminologie, maar wil een zorgvuldige argumentatie bieden voor
iedereen die bereid is om na te denken. Daarin is hij grotendeels geslaagd. Hij
pleit niet voor wereldvreemd idealisme, maar voor een combinatie van
menselijkheid en gezond verstand. Ietwat storend vond ik dat hij zichzelf
regelmatig herhaalt en af en toe het Evangelie als argument gebruikt.
Dit boekje is bijna 10 jaar geleden geschreven, maar het is jammer genoeg nog
altijd actueel. Door de grote leesbaarheid is het zeker een aanrader. Het is
echter enkel nog tweedehands en als e-book te koop.