WILSON,
A.N., De begrafenis van God. De ondergang van het geloof in de westerse
beschaving. (Vert. Gods Funeral. The Decline of Faith in Western Civilization)
Adam, Prometheus, 2000, 418 pp. ISBN 90 5333 889 6
De kwestie-God wil
maar niet verdwijnen, stelt Andrew Norman
Wilson. Tien jaar later is dit nog altijd zo. God
blijft stevig overeind. Uit opiniepeilingen blijkt dat de meerderheid van de
mensen nog steeds in God gelooft. Voor veel mensen telt en werkt het oude
verhaal nog steeds. Ongeacht of het bestaan van God kan bewezen worden heeft
godsdienst voor de meeste mensen nog zin.
En toch staat het bestaan van
God in het Westen al een paar eeuwen onder druk. Vanaf de 17e eeuw werden steeds
meer wetenschappelijke ontdekkingen gedaan die twijfels opriepen over de
waarheid van de aanspraken van het godsdienstig geloof. De fatale klap voor het
creationistische wereldbeeld was de publicatie van The Origin of Species
door Charles Darwin in 1859. Deze gebeurtenis veegde de religieuze grond onder de voeten
van het intellectuele Westen weg.
Voor wie in de tweede helft van de 20e
eeuw geboren is valt het moeilijk zich voor te stellen hoe groot toen de
ontreddering was bij de intellectuele en later ook de gewone mens. Konden
eerlijke mannen en vrouwen in alle eerlijkheid nog volhouden dat ze geloofden in
de onfeilbare waarheid van de Heilige Schrift als het geïnspireerde woord van
God? Tussen 1908 en 1910 schreef de Engelse dichter Thomas Hardy een gedicht
waarin hij zich verbeeldde dat hij de begrafenis van God bijwoonde. Het is een
immens verdrietig gedicht waarin het besef van een groot verlies de boventoon
voert.
In De begrafenis van God beschrijft Andrew Norman Wilson hoe onder
andere de filosofen Karl Marx en Herbert Spencer, de schrijver George Elliot en
de psychiater Sigmund Freud heftig worstelden met het verlies van hun geloof in
God en hun strijd met de kerk. God en godsdienst waren in de 19e eeuwse
Victoriaanse samenleving zo sterk verankerd dat leven zonder religie verre van
eenvoudig was. Het overboord gooien van de traditionele geloofsovertuigingen was
voor velen een uitdagend avontuur en de verkenning van nieuwe horizonten. Maar
voor velen was het ook een pijnlijk afscheid en besef van een diep
verlies.
De vraag hoe religie kon behouden worden zonder het opofferen
van intellectuele integriteit mondde op het einde van de 19e eeuw uit in de
modernistische beweging. De modernisten streefden ernaar religie en het moderne
leven verenigbaar te maken. Zij werden echter door de katholieke kerk met kracht
bestreden. In de heksenjacht onder Pius X hebben ze de strijd met de kerk
uiteindelijk verloren. Verschillende vertegenwoordigers werden geëxcommuniceerd,
in die tijd een verschrikkelijke straf. Het verhaal klinkt bekend: wie in de
kerk van binnenuit veranderingen wil bewerkstelligen komt meestal van een koude
kermis thuis.
Op basis van de titel en de achterflap verwachtte ik een
thematische studie van de teloorgang van het godsgeloof in de 19e eeuw. Wilson
beperkt zich echter tot de beschrijving van de individuele zoektocht van meer en
minder notoire figuren uit de Victoriaanse tijd. Op zich is dit een ambitieuze
onderneming, want ze vereist grondige kennis en studie van de (auto)biografische
geschriften van deze personen. Maar het zegt niet zo veel over de ondergang van
het geloof in de Westerse beschaving als geheel, omdat hij zich beperkt tot de
intelligentsia van die tijd.
Wilson levert het bewijs van een haast
encyclopedische kennis van het literaire en filosofische leven in de
Victoriaanse tijd. Voor een biografische specialist is dit natuurlijk niet
eigenaardig. Dit maakt het boek naar mijn mening echter alleen te smaken door
wie grondig vertrouwd is met het vooral Britse - filosofische en culturele
leven in de 19e eeuw. Over die specifieke voorkennis beschikt de doorsnee lezer
niet.
Al kan de zwierige literaire stijl van Wilson me wel bekoren, hij
slaagt er niet in zijn gegevens ordelijk te presenteren. Hij verliest
zich voortdurend in anekdotes die hij, zeker voor de minder onderlegde lezer,
onvoldoende kadert.
De lectuur van dit boek heeft wel een onbedoeld
effect gehad. Ik heb me voorgenomen een paar Britse Victoriaanse romans te lezen
die al heel lang op mijn leeslijst staan.