VERMEIREN, F., De man die in 70 het kruis overleefde. Adam, Uitg. De Prom, 2004, 304 pp. ISBN 90 6801 937 6 (11.05)
Jezus was een Esseense opstandeling in de Joodse Oorlog. Hij werd gekruisigd in 70 van onze jaartelling, werd levend van het kruis gehaald op voorspraak van Flavius Josephus en herstelde van zijn verwondingen. Het verhaal van de evangeliën is historisch niet correct, maar is opgesteld door zijn volgelingen met als doel religieuze weerwraak omwille van de militaire nederlaag van de Joden en de ondermijning vanhet Romeinse Rijk door de inwoners over te halen tot het nieuwe Joodse geloof. Hieruit is het christendom gegroeid.
Vermeiren slaagt erin zijn controversiële stelling een hoge graad van waarschijnlijkheid te bezorgen. Hij bespreekt achtereenvolgens de verschillende aspecten van zijn hypothese, en staaft deze door middel van deskundig onderzoek, zowel door anderen als door hemzelf. De Apocalyps vervult hierin een centrale rol.
Een aantal vragen omtrent het ontstaan en de groei van het christendom lijken mij door deze stelling goed verklaarbaar. De hypothese van Vermeiren stemt ook overeen met wat wij in onze tijd zien gebeuren bij onderdrukte en vernederde volkeren. Haat inspireert tot weerwraak, en godsdienst is daarvoor vaak een handig voertuig. Kan de revanche niet behaald worden op aarde, dan is er altijd nog een hiernamaals waar de vernederden gerechtigheid en vertroosting kunnen vinden, en de geweldenaar gestraft.
Alle aangehaalde argumenten voegen iets toe aan het uitgangspunt, maar ik mis de falsificatie in het betoog. Sommige stellingen had de auteur ook beter kunnen onderbouwen.
Niettemin zijn een aantal zaken voor mij veel duidelijker geworden. Vooral het belang en de plaats van de gewoon menselijke motieven en gevoelens van de protagonisten in het verhaal zijn overtuigend uitgewerkt. De bespreking van de Apocalyps is in dat opzicht zeer realistisch en exemplarisch.
Het boek leest vlot, is goed gedocumenteerd met een uitgebreide bronnenlijst en dito notenlijst.