WELKOM
Foto
Inhoud blog
  • Dagboek 1933
  • Ingelepeld
  • De reis van onze genen
  • De opgewekte nihilist
  • De meeste mensen deugen
  • De goedheidsparadox
  • De eenzame eeuw
  • De gouden draad
  • De geschiedenis van de slavernij
  • Werk. Een geschiedenis van de bezige mens
  • De mens
  • Grote verwachtingen
  • Wat bomen ons vertellen
  • De barbaren
  • Eeuwen van duisternis
  • Terug naar de feiten
  • Focus AAN/UIT
  • De mythe van de moederliefde
  • Het bestverkochte boek ooit
  • Het menselijk getij
  • 250 jaar over misdaden en straffen. Cesare Beccaria
  • De waarde van alles
  • De opkomst en ondergang van de dinosauriërs
  • Katoen. De opkomst van de moderne wereldeconomie
  • De zijderoutes
    Zoeken in blog

    Categorieën
    Voor u gelezen
    over mens en maatschappij
    10-01-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het eeuwige tekort

    CLAASSEN, R., Het eeuwige tekort. Een filosofie van de schaarste. A’dam, Ambo, 2005, 275 pp. – ISBN 90 263 1842 1


    Waarom leven wij in een wereld die voor eeuwig gevuld lijkt te zijn met tekorten? Welke mechanismen creëren dat voortdurende gevoel niet genoeg te hebben? Waar komt ons oneindige verlangen naar méér vandaan – ondanks alle welvaart en overvloed? Het onderwerp van dit boek is zeer actueel en houdt iedereen bezig die reflecteert op onze hectische en ambitieuze maatschappij.


    Schaarste, of het eeuwige tekort, blijkt niet altijd het leven van mensen te hebben gedomineerd. Het is een symptoom van de moderne welvarende maatschappij, waarin aan materiële goederen geen gebrek is. Net in deze maatschappij lijkt het verwerven van steeds meer materiële goederen voor veel mensen en soort levensdoel te zijn.


    In het eerste deel van zijn boek onderneemt Claassen een filosofische zoektocht naar de oorsprong van schaarste. Hij omschrijft het begrip vanuit achtereenvolgens 4 invalshoeken: de economie, de liberale ethiek, de sociale filosofie en de sociale wetenschappen.

    Niet geheel onverwacht vindt hij in de laatste invalshoek een fundamenteel antwoord op de vraag naar de bron van het gevoel van schaarste. Het heeft te maken met de behoefte aan, en daaruit voortvloeiend, de strijd om sociale erkenning. Wij leven in een democratische maatschappij, gestoeld op het gelijkwaardigheidsbeginsel. In een dergelijke maatschappij wortelt sociale erkenning niet meer in de afkomst of het door geboorte behoren tot een groep. Doordat iedereen in principe gelijk wordt geboren, is sociale erkenning niet meer vanzelfsprekend. Ze hangt samen met prestatie en middelen. Deze verkrijg je door het verwerven van positionele goederen (bijv. een goede baan met dito salaris, een interessante vriendenkring). Die zijn echter niet voor iedereen even makkelijk te verwerven, en daardoor schaars. Alhoewel hij deze visie niet vermeldt, sluit de auteur hier aan bij Alain de Botton (Statusangst).


    Het tweede deel van het boek gaat over hoe wij met de schaarste kunnen omgaan. Moeten we haar bestrijden en proberen op te lossen of juist stimuleren en aanwakkeren? Of moeten we haar gelaten accepteren als een voldongen feit en ons er verder niet mee bezig houden?

    Er worden 3 verschillende filosofische reacties op schaarste besproken. Eerst komt de positieve houding van de liberaal en utilist aan de orde. Schaarste is voor hen een positief gegeven, individuele vrijheid een ‘goed’. Men moet dus niets ondernemen, maar wel de markt laten werken. Deze oplossing stimuleert echter het gevoel van schaarste en eist een hoge prijs op psychisch en sociaal vlak. In de radicaal tegengestelde houding van de asceet wordt consumptie hetzij afgewezen (‘consuminderen’), hetzij van bovenaf gereguleerd (er is goede en slechte consumptie). Men verzuimt hier echter een positief alternatief te bieden, en het biedt slechts een antwoord op de behoefte aan erkenning van enkelen.


    De oplossing die Claassen presenteert situeert zich in een pluralistisch antwoord op schaarste. Hij vertrekt van de notie van existentiële schaarste: het leven is kort, en we moeten kiezen waarmee we willen bezig zijn. Willen we dat leven zo zinvol mogelijk invullen, dan moeten we zorgen voor meervoudigheid van individuele activiteiten en maatschappelijke sferen. Arbeid en consumptie in functie van sociale erkenning mag niet overwegen, er moet voldoende plaats zijn voor anderssoortige activiteiten die in dienst staan van de gemeenschap.

    In de epiloog formuleert hij een aantal strategieën om dit in het dagelijkse leven waar te maken. Anders en bewust arbeiden en consumeren is hiervoor de leidraad. Als mens hebben wij de mogelijkheid om rationeel na te denken over onze wensen en verlangens, en op het ‘goede leven’ dat wij willen leiden.


    Bij deze oplossing blijf ik wat op mijn honger zitten. Dit betekent immers dat je je kan losmaken uit de ratrace om je te bezinnen op eigen handelen. Het probleem is net dat de mallemolen van onze economisch gestuurde individualistische samenleving dit voor heel veel mensen zeer moeilijk of schier onmogelijk maakt. Vraag is dan of het antwoord van de filosoof (de auteur) ook de beleidsmakers en de economisch-financiële sector kan/zal bereiken.

    Het was interessante en verrijkende, maar moeilijke, lectuur. De auteur heeft zijn invalshoeken zorgvuldig gekozen. De bronnen zijn gevarieerd en inspiraties goed bestudeerd. Het betoog is diepgaand uitgewerkt. Pas gaandeweg begon ik de structuur ervan te begrijpen. Het was goed geweest indien de auteur deze bij het begin van zijn boek beter had verduidelijkt.


    Het boek verdient zeker meerdere lezingen. Er worden zoveel verschillende begrippen gebruikt dat je die als lezer niet meteen kan bevatten. Er is echter een pluspunt. Doordat de verschillende benaderingen zeer duidelijk in verschillende hoofdstukken aan de orde komen, kan ieder hoofdstuk ook afzonderlijk gelezen worden.


    Er is een uitgebreide notenlijst voorhanden, dito bibliografie en een handig personenregister.

      

    Ps. De dag nadat ik het boek had beëindigd en bovenstaande had geschreven, verscheen in De Standaard van 13.01.06 een opiniestuk van de filosoof Johan Sanctorum, dat perfect weergeeft waarover het gaat: de liberaal-economische promotie van de auto als statussymbool dat algemene schaarste creëert.


    ©  Minervaria


     

     



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    BESTE BEZOEKER
    Foto


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Mijn favorieten
  • Minervaria
  • Dit is POTS
  • Geen dag zonder lach
  • Gedachten

  • Archief per jaar
  • 2023
  • 2022
  • 2021
  • 2020
  • 2019
  • 2018
  • 2017
  • 2016
  • 2015
  • 2014
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007
  • 2006
  • 2005
  • 2004
  • 2003
  • 2002
  • 2001
  • 2000
  • 1999
  • 1998
  • 1997


    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!