Ik ben myriam, en gebruik soms ook wel de schuilnaam moekeontour.
Ik ben een vrouw en woon in (belgie) en mijn beroep is .
Ik ben geboren op 19/08/1949 en ben nu dus 75 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: buiten reizen hou ik van tennis en ben ik fan van Kim Clijsters.
Mijn reisgezel is mijn man René en mijn hond, Amber.
we genieten van de natuur, de mensen. we blijven staan en trekken verder. we leven vrij maar respecteren de anderen
25-07-2005
Het stadje in de Camargue Stes. Maries -de-la-Mer
25/07/2005 We rijden eerst naar de sanitaire blok en daarna wordt de tocht verder gezet richting Camargue. René zou graag nog eens naar Stes. Maries-de-la-Mer gaan. Dus daarheen. We rijden terug naar Fleury, nemen de N 9 voorbij Beziërs en dan de N 112 voorbij Agde en Sète. Voor Montpellier nemen we de D 185 naar Pavalas, waar ook een mooie camperparking is naast de jachthaven. Dan Aigues-Mortes, stadje dat we in 1985 bezocht hebben, voorbij naar Stes Maries. Daar heb je ook een zeer grote parking met sanitaire blok. Men moet er 6 euro voor betalen. Het staat hier vol. We komen rond 15 h. aan en ik moet al naar een plekje zoeken. Er staan dit jaar wel enkele Belgen bij. Naast de parking is een laverie, dus gaan we eerst wassen. Daarna slenteren we wat door de gezellige straatjes. Verleden jaar heb ik hier 2 shorts gekocht. Een vlaamse krant vind je hier ook, zodat we wat nieuws uit België kunnen lezen. We zien op BVN om 19.15 h. ook naar het nieuws maar in een krant staat toch wat meer. We gaan iets drinken op een terrasje. We schrikken allebei van de prijzen. We zijn de Spaanse en Portugese prijzen gewoon en hier is het wel veel duurder. We slenteren naar de camper terug en zetten ons met de stoeltjes buiten. Amber ligt aan de lange lijn, dan heeft ze ook wat ruimte. Het is nog rustig, de meeste mensen liggen aan het strand of doen een dutje. Het is hier zalig.
26/07/2005 Vanmorgen met een lui gevoel wakker geworden. Het is hier echt zalig.We ontbijten en René gaat met Amber wandelen terwijl ik de camper op orde breng. Een bezoekje aan het stadje staat nog op het programma, voor de krant en de winkeltjes. Snollen in de boetiekjes is toch een vrouwelijke deugd hé. Een tasje koffie smaakt altijd en we krijgen er nog muziek bij ook. Een jongen zet zich met gitaar op een stoel en speelt wat zigeunermuziek. Het is om altijd hier te blijven, maar plicht roept, dus gaan we naar de camper, eten een boterhammeke en rijden door. De volgende bestemming is Fontaine-de-Vaucluse. Ik ga er lolly's kopen. Verleden jaar had ik enkele gekocht. Ze waren zo lekker dat ik er enkele wil kopen voor de kleinkinderen. Het blijft toch hetzelfde waar je gaat overnachten en hier is een grote camperparking tussen de bomen en aan de rivier. Bij aankomst zoek ik een plekje uit waar de sateliet boven de bomen uitkomt, want anders hebben we geen beeld. Amber kan gaan zwemmen. René en Amber spelen met een oude tennisraket, die ze uit het water moet halen. René hangt ze in een boom en wij wandelen rustig naar het centrum. Het is hier niet groot maar gezellig. Voor de brug staan enkele grote bomen die het pleintje voorzien van de nodige schaduw. Naar de bron van de Vaucluse wandelen is een must. Er staat weer minder water in dan vorig jaar. In 2003 was ik hier in maart en dan stoomde het waterbekken over en stortte zich met veel kabaal over de rotsen. Nu is de rivier een mak lammetje. We slenteren rustig terug en Amber rent vlug naar de boom. Ze weet nog goed waar René de raket verstopt heeft. Amber kijkt hem aan met een vragende blik. Zij houdt haar kopje dan links en rechts schuin en aan die blik kan je toch niet weerstaan. Ze heeft weer wat publiek. De wandelaars blijven staan om naar haar te kijken. Het doet deugd om te zien hoe ze geniet van het spelletje. We krijgen zoveel liefde van haar maar wij houden altijd rekening met haar. Haar een hele dag alleen laten in de camper doen we niet. Wanneer ze niet mee kan, houden we daar rekening mee of ik blijf bij haar.
27/07/2005 René gaat strijken. Ja dames, ik heb een ventje uit de duizend. Hij kookt, strijkt, doet graag boodschappen en als ik het wil doen neemt hij het uit mijn handen. Alleen met de camper rijden doet hij niet. Afwassen en poetsen is ook voor mij. Ik moet toch ook iets doen. Ik ga met Amber wandelen en als ik terug kom is de strijk gedaan. We rijden dan verder langs Carpentras, een stad gekend om zijn Berlingos. Dit zijn kleine snoepjes met fruitsmaak. In de verte zien we de Mont Ventoux liggen. Dit jaar rijden we niet naar boven. We zetten koers naar Vaison. De parking ligt naast een Romeinse opgraving. Hier krijg je 's avonds een koncert van de "cigalles" en kikkers. Niet van Hugo en Nicole maar van de echte krekels. Vaison-la-Romaine is meer een stadje. Aan de overkant van de brug over de Ouvéze is het middeleeuws gedeelte. Het heeft een eeuw leeg gestaan tot er in 1950 enkele kunstenaars de huisjes weer bewoonbaar maakten. Nu zijn er hotels en restaurantjes in ondergebracht. Van uit ons bed kunnen we de krekels en kikkers horen. Het is een mooie serenade.
28/07/2005 We zijn reeds in Vallon-Pont-d'Arc geweest maar de Gorges is nog een geheim voor ons. Het is dus tijd om dit te onthullen. We nemen de D 20 naar de D 94 richting Bolllène. We rijden de autostrade over naar Pont-St-Esprit. We zien daar de kinderen spelen aan het strandje. Zo komen we in St. Martin-d'Ardèche, het begin punt voor ons van de Gorges. We hebben niet veel geluk want de parkings langs de weg staan vol auto's. Dus zijn we steeds verplicht om door te rijden en kunnen geen kijkje gaan nemen in de kloof. Dat is natuurlijk altijd moeilijk met een camper. Zo passeren we de Belvédère du Ranc-Pointu. De baan is smal en kronkelig en loopt boven de rivier. Zo hebben we een uitzicht op een van de duizelingwekkende kloven van Frankrijk. Er is rechts van de baan een parking waar we gebruik van kunnen maken. Dus stappen we uit en bewonderen de weidse uitzichten. De rotsmuren zijn een 300 m. hoog en we zien heel kleine mensjes kanovaren in de rivier. Zo rijden we langs de Belvédères de la Haute Corniche en we eindigen in Vallon-Pont-d'Arc. Hier is nu een speciale camperparking. In 2003 was die er nog niet en stond ik op de parking voor het stadje. Nu hebben we hier een sanitaire blok, dus alle voorzieningen zijn aanwezig. Het is wel rustig. We staan hier alleen. Af en toe komt een camper aan maar dat is om water te tanken. Tegen de avond komen er toch overnachters bij. We zitten buiten en achter onze camper zie ik braambessen staan. Ik ga samen met Amber er plukken want zij lust dat ook. Ze lust alles behalve sla. Iedere avond eet René een appeltje en dan zit ze vlak vóór hem voor haar stukjes. Ze weet heel goed dat als hij tijdens de reklame op tv opstaat, het is om een appel en mesje te nemen. Daarna legt ze zich op haar plaats op het bed en ge hoort of ziet ze niet meer.
29/07/2005 We blijven vandaag hier een dagje rusten. Het is heerlijk weer en het stadje is een bezoek waard. In de straatjes staan de kramen met streekproducten. We kopen hier lekkere wijn en kaas. Ook fruit staat op ons lijstje. Ik lust dol graag kerzen en in de Provence en hier zijn ze overvloedig te vinden aan een schappelijke prijs. In een krantenwinkel vinden we een vlaamse krant en op een terrasje wordt die reeds uitgepluisd. Er zijn veel toeristen op stap en ze vanop het terras in het oog houden is al een bezigheid op zich. Daarna wandelen we rustig naar de camper. We zien een autobusje staan langs de kant van de straat. Het brengt de toeristen naar de Ardèche. Om 15 h. is de volgende rit, dus hebben we nog tijd om te eten. Ik ben moe en wil graag een dutje doen. René gaat dan maar alleen wandelen en Amber staat reeds klaar om mee te gaan. Ik wuif ze uit en leg mij op bed met mijn voetjes in een bak koud water. Het is hier ook zeer warm. Zo slaap ik enkele uurtjes en zet de koffie klaar voor de wandelaars. Het is een goede trip geweest maar te warm zegt René. Amber heeft gezwommen en is nog nat. Ze is moe en legt zich op het bed. Ik ben blij dat ik niet ben meegegaan.
30/07/2005 We hebben water getank, geloosd en toilet gereinigd. We kunnen weer verder. We rijden nu naar de Alpen. Daarvoor moeten we richting Aubenas en Privas.,de autoroute du Soleil over. We stoppen aan de Drôme in het dorp Aouste-sur Sye. Hier vloeit de Sye in de Drôme. Het is een typisch Frans dorpje. We staan op het plein voor het cultureel centrum. We wandelen wat door het dorpje en vinden een bakker. Hij is morgenvroeg open dus kan René verse broodjes gaan halen. We worden hier vriendelijk door iedereen gegroet. Zo weten we dat we hier welkom zijn.
31/07/2005 Het is de laatste dag van de maand. Op de teller staan nu 10.159km. René heeft als ontbijt verse croissants gekocht. Lekker met wat confituur of met wat boter en kaas. Met een buikje vol rijden we verder richting Alpen. We zien op de kaart dat we in Diè de D 93 moeten volgen naar Veynes. Deze stad is mij bekend. We hebben daar reeds de verbinding D 20 met de N 85 genomen. Dat is een baantje om "U" tegen te zeggen. Het is smal, kronkelig en soms rij je naast een afgrond. Er is een dorpje Barcillonnette, niet verwisselen met Barcelonnette, waar de huisjes heel dicht bij elkaar staan. We moeten daar de spiegels naar binnen klappen want anders kan ik niet door. Omdat het zondag is denk ik dat er niet veel verkeer zal zijn. Het is hier prachtig. Je rijdt steeds in de bergen maar je moet wel wat kunnen slalomen. We komen dus op de N85 en volgen de Durance tot de Barrage de Serre-Ponçon. Dit is een van de grootse Europese stuwmeren met zijn 3000 ha. oppervlakte. Het heeft 14 miljoen l. water inhoud, is 143 m. diep en de rotsen steken 600 m. boven het water uit. We nemen de D 3 en zoeken een plaatsje aan het water. Ik rij een zandwegje in en kom zo aan een zeilclub en iets verder staan verschillende campers. We worden verwelkomt met een groet en zoeken een plaatsje om te overnachten.