Ik ben De Boeck Etienne, en gebruik soms ook wel de schuilnaam tjenneke.
Ik ben een man en woon in Wommelgem (Belgie) en mijn beroep is gepensioneerd hoofdtreinwachter.
Ik ben geboren op 11/11/1951 en ben nu dus 72 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: miniatuurtreinen in clubverband-AMRA-modeltreinen.
Ik ging eens wandelen doorheen mijn verleden. Iks tond bij ons op het kruispunt te wachten op de boerentram die van Lier kwam.Ik stapte op en betaalde met wat centen een rechtdoor naar de stad.Ik was terug een ventje van negen jaar.Ik ging op verlof naar de stad.Aangekomen aan den terminus op de Geuzenhofkes stond de Moemoe al te wachten aan den Natenee(de atheneum).Den boelvaard over naar Sint Jakobsmart en zo naar de Paradaissroat(Paradijsstraat voor niet Antwerpenaren). een paar vriendjes en vriendinekes stonden al te wachten.Ik 35 gingen we binnen.Eerst door een gang-boven woonde Moe Kris en Tante Clara.De gang uit en ik kwam op een koereke en daar achter weer een huiseke-dat van de moemoe en de vava.Vava was nog gaan werken aan de dok.Hij was salesbos op de bananenboot. Ik had vakantie en dan was ik een tien dagen in mijn geboortestad.De Paradijsstraat kwam toen uit op de Pieter van Hobokenstraat waar ik geboren werd. Na het avondeten gingen de ouderen allen buiten op straat zitten met een bak bier.Wij kinderen gingen met de voetbal spelen en chotten tegen de muur van het klooster of wat het ook was.Verder dan de Kattenstraat mochten we niet gaan. De ganse dag op straat spelen zonder een ongeluk te krijgen.Of we stonden op de Sint Jakobsmarkt op de tram te wachten.Een geelachtige wagen met een trolly en een koffiemolen om te rijden.Daar een zestien,dan een ouwe tien. Op de Zaterdag wsa het feest.Te voet over de Sint Jakobsmarkt naar de Wolstraat en via de Koepoortstraat naar de Zirkstraat en de Zakstraat naar het cafee van Tante Rachel en zus van de Moemoe.En dit allemaal te voet. Het was een schipperscafee aan het kantje.Het cafee Chabau gingen we dan drinken.Mijn tante werd door de dokwerkers Moe Chabau genoemd. Ik keek naar buiten en zag daar half aangekleed een hoer die zo vet was als een varken.Haar klanten de scheepslui van de boten die aan de kade lagen.Omdat ze zo dik was en Maria heette noemde de dokwerkers haar MIE SPEK. In dat cafee werd meer gevloekt dan gewoon gesproken.Na een uur of twee en een paar pinten later gingen we terug naar huis. Ik was daar graag,niet druk maar dat is voorbij.Die huizekes zijn er niet meer alleen een plein blijft over. Dit is een mooie herrinnering aan mijn jeugd.Dit komt nooit meer terug. big ietie