hij/zij zat met zorgen
zij/hij wou ze niet maken
wat moet hij/zij nu doen
om er van af te geraken
hij/zij vondt nieuwe vrienden
tegengekomen op groepen
dan een hulp van die mensen
probleem opgelost-hoera roepen
vrienden zijn er om te helpen
maar niet om ruzie mee te maken
als vrienden steeds samen komen
om aan oplossingen te geraken
big ietie
|