De Leprozen konden niet in hun eigen onderhoud voorzien en leefden voornamelijk op straat, aldus verhaalt Victor Zorbas, die ook een paar boeken heeft geschreven over Spinalonga met als thema:"Who pays the Ferryman". De kooplieden die het eiland soms bezochten, verkochten hun vaak bedorven waar, dat zij op het vasteland niet kwijt konden, aan de Leprozen voor een absurd hoog bedrag, want iedereen wist dat de Leprozen een salaris kregen van de Griekse overheid, dat driemaal zoveel was als dat van de gemiddelde Kretenzer. Deze goederen werden via een luik aan de Leprozen gegeven, waarna het ontvangen geld werd gestoomd in een ketel alvorens de kooplui terugkeerden . De Leprozen zelf noemden Spinalonga het 'Alcatraz van Kreta', maar dan nog erger en dat zégt toch wel iets. Omdat de Griekse overheid de waarheid wilde verdoezelen, werden er in de jaren vijftig huizen gebouwd, voorzien van elektriciteit en werd er een straat aangelegd waar zogenaamd een bakker, slager en groenteman waren gevestigd. Deze straat werd de Marktstraat genoemd, maar volgens overlevenden heeft deze nooit bestaan.
Vanaf 1971 is het eilandje een toeristische trekpleister, die dagelijks door duizenden toeristen wordt bezocht, enerzijds om zijn geschiedenis, anderzijds voor het humanitaire drama, dat zich daar in het verleden heeft afgespeeld.
Op bijgaande foto is duidelijk te zien, dat op dit eiland oorspronkelijk een vesting was gebouwd.
|