Amerikaanse militaire ingenieurs bedachten dat het eiland Alcatraz in de baai van San Francisco een ideale plek was voor een fort, dat zou dienen als bewaking van de strategisch gelegen haven waardoor vroeger menig goudtransport plaatsvond. Hoewel het fort tot de nok toe gevuld was met wapens, is er slechts één keer geschoten vanaf dit fort en wel tijdens de Burgeroorlog.
In de jaren dertig ging een golf van misdaad door Amerika, o.a. geleid door Al Capone en George (Machine Gun) Kelly, en de regering besloot op Alcatraz een 'supergevangenis' te bouwen.
Gedurende 29 jaren ( 1934 - 1963) diende deze als gevangenis voor de ergste criminelen van Amerika. Alleen de dood bood een gegarandeerde ontsnapping. Alcatraz onderwierp hen aan een regime, dat er op gericht was hun opstandigheid te breken en hun identiteit te vermorzelen.
De legende wil, dat Alcatraz escape proof was en stond dan ook bekend als 'Uncle Sam's Devil's Island' en 'Hellcatraz'. Toch schijnt het een drietal mannen gelukt te zijn. Na een voorbereiding van zes maanden, waarin luchtkanalen toegankelijk werden gemaakt, konden de drie mannen het dak bereiken. Ze hadden van gestolen regenjassen een opblaasbare boot gemaakt. Gevangenismensen vonden wel persoonlijke eigendommen op zee, maar nooit de lichamen. Deze spectaculaire ontsnapping is later nagespeeld en inderdaad bereikte men op die manier de vaste wal.
(Later meer over Alcatraz)
|