Het zal niemand verwonderen dat we ook even
de rommelmarkt aandoen om te zien wat daar allemaal aan de kant wordt gezet. We
ervaren telkens dezelfde tweedeling. De waarde van het erfgoed is
onvoorspelbaar subjectief.
Dat het onvoorspelbaar is hangt uiteraard
af van de zeldzaamheid, maar ook van de verzamelwoede van bepaalde op super-privé
ingestelde individuen. De enige openbaarheid of etalerende mededeelzaamheid is
recht evenredig met de achting die ze ervoor opdoen en/of de "recup"
die eraan vastzit. We hebben niet de bedoeling de privaat eigendom te benijden
of te onttronen.
Maar er bestaat ook een andere categorie.
De mensen die erfgoed. Als een gunst van de voorouders, als een geschenk, een
cadeau zien. Ze willen dat erfgoed niet alleen tonen. Ze willen dat iedereen er
toegang toe heeft.
Op de rommelmarkt werden we met beide
instellingen geconfronteerd. De Heilieg Antonius met zijn zwijntje. Hij wordt
vereerd in Oostvleteren en Dranouter. Op de rommelmarkt 12 cm. 20 euro. Ons
adagium indachtig hebben we het voor de bovengenoemde individuen gelaten.
We willen hiermee niet alle rommelmarkters als
'tollenaars' uitschilderen. We kregen van een verkoper, zomaar gratis een
unieke "pulle van Lourdes". Merkwaardig stuk.