BRUSSEL (Kerknet) - Tijdens de veertigdagentijd brengt Kerknet op zondag een beschouwende bijdragen. Vandaag een bijdrage van Mgr. A.H. van Luyn s.d.b., bisschop van Rotterdam.
Mgr A.H. van Luyn s.d.b., bisschop van Rotterdam (foto: KerkNet)
Christenen hebben de opdracht zich te bezinnen op hun mondiale verantwoordelijkheid en bewuste keuzes te maken die de armen en uitgeslotenen in onze eigen samenleving en wereldwijd ten goede komen. Deze opdracht is gegrond op de evangelische overtuiging dat wij mensen verantwoordelijk zijn voor elkaar, vooral voor de armsten en geringsten en dat we God niet onder ogen kunnen komen als we de hongerigen, dorstigen, naakten, zieken, vreemdelingen en gevangenen niet eerst de helpende en bevrijdende hand hebben geboden (cf. Mt 25). Vooral wij in het rijke Westen van Europa hebben hierin een bijzondere verantwoordelijkheid. Wanneer wij de onaanvaardbare armoede en uitsluiting zien van miljoenen mensen in andere continenten, vooral op het zuidelijke halfrond, kunnen we niet anders dan constateren dat wij te welvarend zijn. Als iemand uit Uganda bijvoorbeeld ons vraagt hoe het met ons gaat, zouden we niet, zoals gebruikelijk, moeten antwoorden: 'Het gaat ons goed', maar: 'Het gaat ons te goed', of liever nog, zoals Groningers plegen te zeggen: 'Het kan minder'. Het kan inderdaad hier bij ons, in elk geval bij velen van ons, veel minder en het moét minder. Waarom zou het ons in West-Europa, in Nederland, steeds beter moeten gaan, terwijl de kloof met de arme continenten almaar breder wordt en dieper? Waarom moeten we onze rijkdom en luxe voor onszelf veilig stellen in een tot fort omgebouwde Europese Unie? Waarom kunnen we met al onze economische kennis en ervaring geen systeem bedenken voor een economie van het 'genoeg' hier bij ons en een economie van tenminste 'voldoende' in andere werelddelen? Waarom zou ongeremde economische groei de hulpbronnen van de aarde mogen uitputten ten koste van de komende generaties? Om een duurzame toekomst mogelijk te maken voor de mondiale samenleving zowel in ruimte als in tijd zijn bewustwordingsinitiatieven zoals de vastenactie van Broederlijk Delen onontbeerlijk en zijn vele enthousiaste en gemotiveer de vrijwilligers nodig.
Het evangelie richt onze aandacht steeds opnieuw op het 'ene noodzakelijke gebod': onze verbondenheid in liefde met God en met elkaar in de persoon van Jezus Christus. In Hem zien wij dat God niemand uitsluit, integendeel, dat Hij zich juist vereenzelvigt met de geringsten van onze zusters en broeders. Het evangelie waarschuwt ons steeds opnieuw voor het de mens ingeboren gevaar dat hij alleen maar aan zichzelf denkt, dat het hem moeite kost van iemand te houden zoals hij van zichzelf houdt. Het evangelie spoort ons steeds opnieuw aan om meer en beter ruimte en tijd te scheppen in ons leven voor de ander/Ander, voor de twee basisrelaties, met God en met de medemens, zonder welke voor niemand een volwaardig menselijk bestaan bereikbaar is. Deze evangelische oproep klinkt het hele jaar, maar bijzonder duidelijk in de veertigdagentijd. Het is een periode voor concrete oefening in de beleving van het evangelie. Bedoeld als 'sterke tijd' kent de veertigdagentijd een drievou dige aansporing tot: gebed, aalmoes en vasten, ofwel in meer eigentijdse termen tot: spiritualiteit, solidariteit en soberheid. De laatste, de soberheid, is een onmisbare voorwaarde voor de eerste twee: wanneer we niet bereid zijn onszelf iets te ontzeggen, kunnen we niet voldoende aandacht en zorg besteden aan de ander en de Ander.
Het getal veertig geldt in de Bijbel als de levensduur van één generatie. Aan het begin van het derde millennium sinds Christus' geboorte is het nodig dat vooral jonge mensen de fakkel overnemen en zich er belangeloos en consequent voor inzetten, dat komende generaties kunnen opgroeien in een betere wereld, die niet meer de scheiding kent tussen eerste, tweede en derde wereld, maar die een humane samenleving wordt van alle volkeren in vrede en gerechtigheid. In grote projecten als dat van de 'Millennium Development Goals' van de Verenigde Naties - te realiseren voor 2015! - kunnen jongeren een geweldige uitdaging zien. Zij kunnen bijdragen aan het welslagen van deze mondiale projecten, zoals een post-vormselgroep in een van onze parochies in de stad Delft, die als naam koos "M-twentyfive". M25 slaat op Mattheus 25: de jongerengroep maakt concreet werk van de "werken van barmhartigheid"! Inderdaad, elke geloofsgemeenschap dient een M25 groep te zijn. Mgr A.H . van Luyn s.d.b., bisschop van Rotterdam.
BRUSSEL (KerkNet/IKON) - De Nederlandse omroep IKON zendt op vrijdag 6 april op Nederland 2 de veelgeprezen film 'Son of Man', een Zuid-Afrikaans drama over het leven van Jezus, uit. De film Son of Man plaatst het lijdensverhaal van Jezus midden in het Afrika van vandaag. Het bijbelverhaal over het leven van Jezus is genoegzaam bekend. Overgebracht naar de 21ste eeuw en het Zuid-Afrikaanse township Khayelitsha in de Oostkaap, krijgt de christelijke boodschap een verrassende en confronterende uitwerking. Alle bekende ikonen van het lijden van Christus zijn door regisseur Mark Dornford-May vertaald naar beelden die zo uit het Journaal geplukt lijken. Son of Man speelt in de staat Judea ergens in Zuid-Afrika, waar geweld, armoede en sektarisme aan de orde van de dag zijn. De Democratische Alliantie heeft het land bezet om onder gewelddadige bedreiging 'vrede' te brengen. Bloedige straattaferelen vergezellen de bezetting. Beloftes om een weg te effenen naar dem ocratie gaan vergezeld van standrechtelijke executies en meedogenloze slachtpartijen. Als de burgeroorlog een nieuwe fase ingaat, wordt uit een eenvoudig ouderpaar een goddelijk kind geboren. Als het kind opgroeit en getuige is van de onmenselijkheden in de wereld waarin hij leeft, bieden zijn beschermengelen hem aan te ontsnappen naar de hemel. Hij weigert. Dit is zijn wereld en hij moet deze wereld redden van het werk van duistere machten. Als volwassen man reist hij naar de grote stad. Hij verzamelt leden van bewapende groepen en rebellen om zich heen die kris kras door het land reizen. Hij eist van zijn volgelingen dat ze hun wapens inleveren. Ook confronteert hij hun eigen corrupte leiders met zijn visie van geweldloos protest en solidariteit. Het is onontkoombaar: zijn gedrag valt de Judeese ambtsdragers op. Zij gooien het op een akkoordje met de kille en afstandelijke gouverneur Pilatus. De man van het volk moet omgebracht en vernietigd worden. Het zou een hele ge wone 'verdwijning' moeten worden, zoals vele andere. Deze opmerkelijke interpretatie van de christelijke boodschap van Mark Dornford-May is gemaakt in samenwerking met de Zuid-Afrikaanse theatergroep 'Dimpho Di Kopane' en een koor. Net als in zijn eerste film, waarvoor hij de klassieke opera Carmen omzette in de Xhosa-taal en die hem in 2005 een Gouden Beer in Berlijn opleverde, zien we ook hier traditionele dans, liederen en ritmes die de film Son of Man een krachtige bezieling geven. Regie: Mark Donford-May; Jesus: Andile Kosi. Dit is een productie van Spier Films, Film and Music Entertainment en Nando. Zuid-Afrika, 2006.
MILJOENEN EXEMPLAREN VERKOCHT VAN 'DEUS CARITAS EST'
BRUSSEL (KerkNet/CWN) - Sinds het verschijnen van 'Deus Caritas Est', de eerste encycliek van paus Benedictus XVI, op 25 januari 2006 werden er daarvan al miljoenen exemplaren verkocht. In het Italiaans alleen al werden er 1,5 miljoen exemplaren verkocht. Ook van de Duitse en Spaanse versie waren drie herdrukken. Daarnaast waren er nog vertalingen in ontelbare talen, waaronder deze keer ook het Russisch en het Chinees. Voor het eerst in de moderne tijd was er van de Latijnse versie van het document een tweede druk nodig, nadat de eerste druk was uitverkocht. Aanvankelijk werden slechts 1.000 exemplaren in het Latijn gedrukt.
'Prijs armoede uitsluiten is een belangrijke aanmoediging'
BRUSSEL (Kerknet) - De vzw Domo uit Leuven heeft gisteren uit de handen van Vlaams minister Inge Vervotte van Welzijn en Gezin de jaarlijkse prijs 'Armoede Uitsluiten' gekregen. "We zijn erg blij met die prijs", zegt medestichtster en oud-voorzitster Lieve Devos aan KerkNet. "We kunnen deze prijs financieel heel goed gebruiken. We beschouwen het ook als een belangrijke aanmoediging." Adèle Picard, die met haar mee aan de basis lag van Domo - wat staat voor Door Ondersteuning Mee Opvoeden - knikt bevestigend. De vzw werd vijftien jaar geleden opgericht, op een ogenblik waarop een begrip als 'opvoedingsondersteuning' nauwelijks gekend was. Doorheen de jaren heeft Domo altijd geprobeerd de nodige ondersteuning te geven aan kwetsbare gezinnen met kleine kinderen. De gezinnen die bereikt worden, zijn vaak sterk sociaal geïsoleerd, hebben weinig contact met de buren en hebben vaak een lange geschiedenis. Domo tracht hun vertrouwen te winnen en aanwezig te zijn waar dat kan en no dig is. Maar daarbij zal men zichzelf nooit opdringen. "We trachten ook de cultuurparticipatie te bevorderen en soms worden de gezinnen aangespoord om professionele hulp te zoeken."
Huidig Domo-voorzitster Brigitte Croes
Vriend aan huis Voorzitster Brigitte Croes legt uit dat Domo momenteel kan terugvallen op een dertigtal vrijwilligers, die bij 27 gezinnen actief zijn. "Die vrijwilligers worden niet betaald en hebben vaak nog een job en een eigen gezin." Omdat Domo-vrijwilligers vaak jaren met deze gezinnen op pad gaan, worden ze vriend aan huis en vervangen ze de buur die vaak ontbreekt. Ze gaan spelen met de kinderen, zodat ze leren winnen en verliezen. Ze lezen boeken voor of laten de kinderen lezen, ze geven bevestiging aan de ouders, helpen bij de feesten, brengen de kinderen van de gezinnen met andere kinderen in contact of nemen die kinderen als gast in huis, zodat de ouders eens een weekend van die druk ontlast zijn. "Vijftien jaar geleden zijn we met twee vrijwilligers van start gegaan", zegt Adèle Picard. "Bij mijn werk als vrijwilligster in het UZ merkte ik dat er veel gezinnen met verwaarloosde kinderen binnenkwamen. Die kinderen moesten we na twee of drie maanden laten gaan, hoewel we bij hen met opvoedingsondersteuning veel meer zouden kunnen bereiken. Zo is Domo stilaan gegroeid." Domo ging toen met twee mensen van start, maar al snel kwamen er vijf vrijwilligers bij. "We hebben daarna een vzw opgericht en kregen ook wat steun van de overheid."
Medestichster en oud-voorzitter Lieve Devos
Niet bedreigend Lieve Devos onthult een van de belangrijke sleutels van het succes. "We zijn juist zo succesvol omdat we niet bedreigend zijn. Bij steun van de overheid is men al snel bang dat men zijn kinderen zou kunnen verliezen. Wij kunnen geen kinderen afnemen of sancties opleggen." Zo kan Domo ook het vertrouwen van deze gezinnen winnen. Brigitte Croes onderstreepte gisteren dat het belangrijk is dat de overheid geld vrijmaakt voor dit soort kleinschalige projecten. "We willen onze expertise ook graag in Vlaanderen uitdragen." Zij wees er ook op dat Domo, net als vele andere vrijwilligersorganisaties, steun krijgt van de overheid voor de werkingskosten. "Maar die steun is er niet voor de andere kosten. Daardoor moeten we een groot deel van onze energie en tijd besteden aan het zoeken van middelen om die kosten te dragen." Domo hoopt alvast dat de erkenning door Welzijnszorg ook een aansporing kan zijn voor de Vlaamse en nationale overheid om o ok dit soort laagdrempelige initiatieven te blijven steunen. Alleen zo'n lage drempel kan mensen uit hun isolement halen en kwetsbare gezinnen met kinderen op weg zetten naar een betere toekomst.
INDRUKWEKKEND HULDEBETOON VAN KARDINAAL BARBARIN VOOR ABBE PIERRE
BRUSSEL (Kerknet/CEF/Kipa-Apic) - Kardinaal Philippe Barbarin, de aartsbisschop van Lyon, heeft vrijdagmorgen tijdens de uitvaartplechtigheid in de Notre-Damekathedraal van Parijs een indrukwekkend huldebetoon gebracht aan Abbè Pierre. In zijn homilie vatte hij het leven van Abbé Pierre in een woord samen: Emmaüs. Dat Bijbelse verhaal, aldus de kardinaal, maakt de weg duidelijk die de Franse priester met zijn vele medestanders in zijn leven bewandeld heeft, vanaf het einde van de jaren 1940.
Op weg met Emmaüs
"Emmaüs", aldus kardinaal Barbarin, "is eerst en vooral de pagina uit het evangelie die we net beluisterd hebben. Het vertelt ons hoe de weg van droefheid kan uitgroeien tot de belofte van hoop. Twee ontmoedigde leerlingen verlieten Jeruzalem. Naarmate ze zich verder van de heilige stad verwijderden, sloot een vreemdeling zich bij hen aan, ondervroeg hen en begon met hen te spreken. In deze passage op de vooravond van Pasen zag Abbé Pierre zijn hele missie, het hele avontuur van Emmaüs, samengevat. Georges was zijn eerste metgezel, maar naarmate de jaren vorderden kwamen er steeds meer en meer. Enkele jaren later waren de opvanghuizen van Emmaüs een feit, al werden de bewoners nog bekeken als uitgeslotenen of mensen die door het leven gekwetst werden. In werkelijkheid waren ze zaaiers van hoop geworden." De kardinaal vroeg zich af waar Abbé Pierre de moed bleef halen, ondanks zijn zwakke gezondheid en het feit dat hij al van in zijn kinderjaren constant ziek was. Zijn antw oord? "Die kracht haalde hij uit het gebed en het dagelijkse gesprek met Jezus. Men kan zich niet voor de armen blijven engageren tot zijn vierennegentigste zonder die kracht van elders te ontvangen."
Emmaüs, is een huis
"Maar Emmaüs is ook een huis, een herberg", sprak de kardinaal. Daar probeerde Abbé Pierre mensen hun waardigheid terug te geven. "Dat was het grote geheim van Abbé Pierre. Daarom is het pad eenvoudig: een huis dopen, de zin en de smaak van het werk herontdekken, een loon verdienen om in zijn leven te voorzien en zonder aarzelen te hulp komen aan al diegenen die een nog grotere miserie kennen. Daarbij heeft hij altijd eerst aan anderen gedacht." De kardinaal herinnerde eraan hoe alles ooit in 1947 in een kleine barak in Neuilly Plaisance begon. Twee jaar later kwamen de eerste medestanders en verscheen boven de deur de naam 'Emmaüs'. Door de jaren heen zouden de foyers zich steeds verder uitbreiden. Daarna volgde de winter van 54 en de dag waarop Abbé Pierre Frankrijk uit zijn slaap haalde met zijn oproep op Radio Luxemburg. Hij was ervan overtuigd dat elke mens recht heeft op waardig onderdak. "Vijftig jaar later gaat het avontuur verder en is de strijd nog verre van gewo nnen (...) Hij heeft niet alleen de armen verdedigd, maar hij is ook altijd zelf als arme blijven leven. Vanaf zijn negentiende deed hij afstand van zijn erfenis en verdeelde hij al zijn bezittingen die hij van zijn familie gekregen had (...) Tot op het einde van de weg heeft hij, ondanks zijn bekendheid, de armoede bewaard. Dat is de garantie voor de authenticiteit van zijn inzet."
Emmaüs, is ook een maaltijd
"Emmaüs is ook een maaltijd. In de foyers vond men een tafel waar iedereen welkom was met een eenvoudig maal of een feestmaal. Iedereen vond er zijn plaats en in de winter werd de warme koffie er gewaardeerd (...) Het evangelie van Emmaüs doet ons begrijpen dat ook wij voor een ander maal zijn uitgenodigd. De Heer zet zich voor ons aan tafel. Hij neemt het brood, zegent het en geeft het aan ons. Het is een gebaar dat de hele missie van Christus en het streven van Abbé Pierre samenvat. Niets is nuttiger voor de mensheid dan dit broederlijke delen en doorheen heel zijn leven bleef hij steeds trouw aan deze maaltijd van de Heer. Iedere avond droeg hij op hetzelfde uur de mis op. Alles werd met zorg voorbereid in zijn kamer: de tafel werd geplaatst, een kelk, enkele hosties en zijn boek waarop hij op elke pagina nota's gemaakt had (...) Bij Emmaüs herkende men op dat ogenblik de Heer en besefte men dat hij echt is opgestaan. Ondanks alle lijden in de wereld is de overwinning v an de liefde gegarandeerd." "Dat is ook de maaltijd die we hier nu in de Notre-Dame van Parijs vieren en waar Abbé Pierre op mysterieuze wijze ook aanwezig is (...) 'Heilige Maria, Moeder Gods, bidt voor ons arme zondaars, nu en in het uur van onze opstanding'. Laten we op deze morgen bidden opdat God hem zijn vergiffenis schenkt en hem de immense vreugde geeft Hem te ontmoeten."